Noord en Zuid. Jaargang 15
(1892)– [tijdschrift] Noord en Zuid– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdNoord en Zuid. Jaargang 15. Blom & Olivierse, Culemborg 1892
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Noord en Zuid. Jaargang 15 uit 1892.
redactionele ingrepen
p. 96: in het origineel is een gedeelte van de tekst slecht leesbaar. De redactie heeft de tekst tussen vierkante haken aangevuld.
p. 209: révoutionnaire → revolutionnaire: ‘Confessions d'un révolutionnaire’.
p. 226: voetnoot ‘1’ heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editie is de noot onderaan de pagina geplaatst.
p 272: voetnoot 1) heeft in het origineel abusievelijk voetnootnummer 3) gekregen aan de voet van de pagina. In deze digitale editie is dat verbeterd.
p. 418: voetnoot 1) heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editie is de noot onderaan de pagina geplaatst.
p. 560: voetnoten 2) en 3) hebben in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editoe zijn de noten onderaan de pagina geplaatst.
p. 561: voetnoot 1) heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editie is de noot onderaan de pagina geplaatst.
p. 562: voetnoot 1) heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editie is de noot onderaan de pagina geplaatst.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (II, IV, VIII) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
NOORD en ZUID.
tijdschrift ten dienste van onderwijzers.
[pagina III]
NOORD en ZUID.
TIJDSCHRIFT
TEN DIENSTE VAN ONDERWIJZERS
BIJ DE STUDIE DER
NEDERLANDSCHE TAAL - EN LETTERKUNDE
ONDER REDACTIE VAN
T.H. DE BEER en C.H. DEN HERTOG.
Vijftiende Jaargang.
BLOM & OLIVIERSE. - 1892. - CULEMBORG.
[pagina V]
INHOUD VAN NOORD EN ZUID XV.
Bladz. | ||
---|---|---|
I. | Geschiedenis der Nederlandsche taal, door Dr. Jan te Winkel I | 1 |
II. | Staring's Jaromir, doer Taco H. de Beer | 34 |
III. | Iets over onze uitspraak, door C.F.A. Zernike | 56 |
IV. | De leer van den samengestelden zin, (Vervolg) door C.H. den Hertog | 64 |
Bijw bijzinnen van plaats, van tijd, van oorzaak en gevolg. | ||
V. | Verscheidenheden | 90 |
Bulderbas. - Doekenspeler. - Daar is iets op til. -Baljaren. | ||
VI. | Uit den Inhoud der Tijdschriften | 92 |
VII. | Bibliographie | 96 |
VIII. | Geschiedenis der Nederlandsche taal, door Dr. Jan te Winkel. (Vervolg) | 97 |
IX. | De Naamvallen, door D. Boswijk | 110 |
a. Waarvan zij het gevolg zijn. | ||
b. Waarom wij van vier naamvallen spreken | ||
c. De naamvallen bij ons taalonderwijs. | ||
X. | Trijntje Cornelis, door J.L.C.A. Meijer | 127 |
XI. | De geschiedenis der Nederlandsche letteren 1880-1890, (Slot) door Taco H. de Beer | 136 |
XII. | De leer van den samengestelden zin, (Vervolg en slot van bl. 86) door C.H. den Hertog | 141 |
XIII. | De ‘Jamben’ van Staring, door J.L. van Dalen | 157 |
Met Naschrift door C.H.d.H. | ||
XIV. | Schriftelijke taalopgaven bij de examens voor de akte van Onderwijzer(es) in 1892 | 167 |
XV. | Nauwkeurig lezen, door C.H. den Hertog | 175 |
Uit Potgieters Proza: Karel V uit het Rijksmuseum. | ||
XVI. | Nog iets over Staring's Jaromir, door F.A. Stoett | 179 |
[pagina VI]
Bladz. | ||
---|---|---|
XVII. | Verscheidenheden | 185 |
Destijds en indertijd. - Ongeoorloofde samentrekking. - Een zich zelven opgelegde taak. - Verkeerd gebruik van figuurlijke taak. - Bijdehandsch, Vandehandsch. - Vrouw Snaversnel. - Absolute nominatieven. - Afschrikwekkende beeldspraak. | ||
XVIII. | Bibliographie | 190 |
XIX. | Klein Duimpje in zijn mythische beteekenis, door Fiore Della Neve | 193 |
XX. | Dr. H.J.A.M. Schaepman, I, door Leo Rimantus | 203 |
XXI. | Kleine bijdragen tot de studie van Staring, door P.H. Mulder | 224 |
De Min. - Oogstlied. - Doodgraverslied. | ||
XXII. | Theophilus, door J. Prinsen J. Lz. | 233 |
Ootmoed, hulde en genade. | ||
XXIII. | Hendrik Laurensz. Spieghel, door J.L.C.A. Meijer (Slot volgt) | 250 |
XXIV. | Litteeken, door Dr. F.A. Stoett | 273 |
XXV. | Nog een enkel woord over Staring's Jaromir door Th. J. Bosman | 277 |
XXVI. | Bloemlezing uit het woordenboek der Nederlandsche taal, door A.M. Molenaar | 279 |
XXVII. | Huygens gedichten, door Taco H. de Beer | 284 |
XXVIII. | Bibliographie | 288 |
XXIX. | Hendrik Laurensz. Spieghel, door J.L.C.A. Meijer. (Slot) | 290 |
XXX. | Da Costa's meesterwerken, I. Hagar, door C.H. den Hertog | 309 |
XXXI. | Taalkundige aanteekeningen bij ‘Hagar’, door C.H.d.H. | 328 |
XXXII. | Onderwerps- en Gezegdezinnen, door C.H. den Hertog | 338 |
XXXIII. | Schriftelijke taalopgaven bij de examens voor de akte van Hoofdonderwijzer(es) in 1892, (met Bijschrift) | 350 |
XXXIV. | Proeven van Zinsontleding, door C.H. den Hertog | 362 |
XXXV. | Bloemlezing uit het Woordenboek der Nederlandsche taal, door A.M. Molenaar | 369 |
XXXVI. | Uit den inhoud der Tijdschriften | 378 |
[pagina VII]
Bladz. | ||
---|---|---|
XXXVII. | Verscheidenheden | 384 |
Persoonsvorm + infinitief. - P. Visser, Uit Vondel's ‘Leeuwendalers’ (vs. 446-448). | ||
XXXVIII. | Aren-lezing op letterkundig gebied, door A.S. Kok | 385 |
XXXIX. | Iets over Mr. Joh. Kinker, door J.L. van Dalen | 398 |
XL. | Prof. Matthias de Vries, door Taco H. de Beer | 410 |
XLI. | Over eenige woorden en verklaringen, die bij Van Dale ontbreken, door Taco H. de Beer | 417 |
XLII. | Da Costa's meesterwerken. II. De slag bij Nieuwpoort, door C.H. den Hertog | 430 |
XLIII. | Bijdragen tot de studie van Potgieter. IX. Aan New-York. X. Zandvoortsche wedrennen, door C.H. den Hertog | 456 |
XLIV. | Verscheidenheden | 474 |
J.L. C A. Meijer, H. Lzn. Spieghel, (Naschrift.) - v. M., Aver. - Doen en Maken. - Groote cijsen. - Het varken onder zijn magen. - Jephta, vs. 1890. - P. Visser, Nog eens ‘Voor de Vuist.’- d. B, Ik kan van mijn hart geen smoorkuil maken. - Kuilen voor anderen graven. | ||
XLV. | Boekenlijst | 479 |
XLVI | J. van Lennep's Nederlandsche legenden I. Het Huis ter Leede en Adegild, door J.L.D.A. Miijer | 481 |
XLVII. | Dr. H.J.A.M. Schaepman, door Leo Rimantus | 498 |
XLVIII. | Na een halve eeuw. Aanteekeningen bij Waarheid en Droomen I, door Taco H. de Beer | 527 |
IXL. | Het dialect in de lagere school, door G.A. Geerligs | 545 |
L. | Bloemlezing uit het woordenboek der Nederlandsche taal, door A.M. Molenaar | 554 |
LI. | Da Costa's Hagar, door S. | 560 |
LII. | Verscheidenheden | 565 |
J.P., Den dans ontspringen. - d. B., Over de kling laten springen. - Eldorado. - Triviaal. - Een bakvischje. - Paletot. | ||
LIII. | Uit den inhoud der Tijdschriften | 571 |
LIV. | Bibliographie | 573 |