Bijblad behoorende bij No. 3 van den Zevenden Jaargang van Noord en Zuid.
Vragen en Opgaven, waarvan de beantwoording en uitwerking wordt ingewacht voor den 1en Juli aan het adres van de Redactie 83 P.C. Hooftstraat Amsterdam.
N.B. De namen der inzenders worden in No. 4 bekend gemaakt, tenzij men dit anders verlange. De beste stukken worden geplaatst.
Men gelieve het papier aan eene zijde te beschrijven.
I.
In proza over te brengen en van aanteekeningen te voorzien: De slag bij Nieuwpoort reg. 1-21 van da Costa (bij Honig en Vos, Van Eigen bodem, Slotbundel bl. 251).
II.
Schema voor een opstel, (bestemd om door leerlingen der hoogste klasse te worden uitgewerkt), over Wintervermaken.
III.
Worden afleidingen van causatieven ook causatieven genoemd?
IV.
Hoe kan de beteekenis verraden in de volgende regels van Da Costa: ‘sprak niet wat anders nog op dat gelaat, dat neen, geen kroost van Ismaël verraadt, maar stamverwant’ verklaard worden met het oog op de oorspronkelijke beteekenis van ‘ver’ en ‘raden’?