zich aan hen toe met eene ware liefde. Hij is niet enkel de vakman die meesterlijk schaar en vliem hanteert, hij kan tevens, wonderwel moed en troost in spreken; hij weet altoos iets opwekkend te vertellen en haalt graag een leuk gezegde aan dat onweêrstaanbaar de lachspieren der lijders in beweging zet.
Een volmaakt geneesheer! een geleerde daarbij, die verschillige talen machtig, onder ander in 't vlaamsch overbracht: het werk over chirurgicale vrouwenbehandeling van Prof. Hofmeyer uit Würzburg, de ‘Surgical applied anatomie’ van Prof. Tredes uit Londen, de ‘Wochenbetskrankheiten’ van Prof. Fritsch uit Bonn,
- die geneeskundige kongressen bijwoont en milden steun verzekert,
- die medeijvert aan tal van wetenschappelijke tijdschriften en jaar in jaar uit menigvuldige chirurgicale verhandelingen in 't licht geeft,
- die, ter erkenning van zijn uitstekend talent en zijne hooge verdiensten, Ridder werd geslagen in de Leopoldsorde en onlangs zijne benoeming ontving als werkend lid van de geneeskundige akademie van België. Deze gelegenheid waarnemend, besloot de beroepsvereeniging van geneesheeren uit 't arrondissement Kortrijk, aan Dr Lauwers haren zoo roemrijken voorzitter eene opentlijke eer te brengen. Met tweeden Sinxendag heeft zij hem zijne beeltenis overhandigd, een degelijk en artistiek gewrocht van Meester Frans Van Holder.
Niet enkel de Westvlaamsche geneesheeren hielden eraan Dr Lauwers te vieren; ambtgenooten uit gansch het land wilden hem hulde brengen en zoo treffen wij als leden van 't feestkomiteit de befaamste onzer belgische geneesheeren. Vreemde toetredingen ontbraken evenmin. Melden wij deze van Prof. Stofmeyer, Würzburg - Prof. Pozzi, Parijs - Prof. Treves, Londen - Prof. Duret, Rijssel - Prof. Fritsch, Bonn.
- Ook op maatschappelijk terrein bleef Dr Lauwers niet onledig; zoo behertigt hij alles wat in verband staat met 't heelmeestersvak en eenigermate dienen moet tot deszelfs veredeling en meerderen bloei; zoo ook neemt hij gewetensvol de leiding waar der Kortrijksche geneesheerenvereeniging.
Spijts zijne drukke bezigheden als chirurgijn, spijts zijnen zoo vruchtbaren wetenschappelijken arbeid, vindt Dr Lauwers nog genoegzamen tijd om de vlaamsche letteren te beoefenen. Hij schonk ons eene heerlijke vertaling van Shylock, van King Lear, van The Song of Hiawatha, wijl menig tijdschrift, o.m. Nieuwe Wegen, zich verheugt in zijne medewerking.
Dr Lauwers vertelt boeiend, gemakkelijk, somtijds ietwat ruw; meestendeels neemt zijn stijl eene humoristische wending aan. Kan men iets mooiers, iets pittiger uitpeinzen dan zijn ‘Vrouwenhoedjes’ verschenen in een der vorige Leliejaargangen.? En als 't zaak is iets wetenschappelijks te behandelen of verklaarbaar uiteen te zetten, daarvan, beter dan iemand, heeft Dr Lauwers de knepe. In Biekorf namentlijk vergast hij ons nu en dan op echte meesterstukjes, die men in éénen adem doorleest, en wier lezing men steeds eindigt met dezelfde bedenking ‘'t smaakt naar den trog om nog’! Terecht mag Dr Lauwers doorgaan als een onzer fijnste schrijvers. Men viere hem met geestdrift! Hij staat hoog in de achting en genegenheid zijner ambtgenooten.
- En ook het vlaamsche volk weet Dr Lauwers te waardeeren. Het huldigt in hem een zijner knapste en meest begaafde werkers, een zijner edelste en krachtigste voormannen.
Kortrijk.
Apoth. J. IMPE