fresco's van Masaccio te Florentië daar beginnen 'n meer realistische kunst.
Zoo algemeene drangen schijnen 'n eigenschap van den tijd. 't Is waarschijnlijk en misschien onmogelijk op te sporen langs welke geheime wegen ze komen tot in de ziel der menschen. Ze zijn 'n karakteristiek van de dagen en wie dan leeft, heeft moeite om te verklaren waarom hij zoo voelt, evenals wij die moeite kennen op onze dagen. En wanneer men toch wil 'n verklaring opdelven wordt men opeens gewaar te staan voor het gevoels-mysterie, dat 'n afgrond is.
Het allereerste karakter der primitieve kunst in Vlaanderen is het behandelen van godsdienstige tafereelen: kruisrechtingen, aanbiddingen, beweeningen, enz. En voor wie terug denken wil in dien tijd is dat zóó wel te begrijpen, bijzonder als hij zijn aandacht vestigt, tot hij vat, op wat zijn die twee eigenschappen van alhier: den lust naar inwendige vurigheid en extaze; en den natuurlijken drang naar mysticisme; dit in landen, die kennen Jan Ruusbroeck de bewonderenweerdige, die schrijft de Geestelijke bruiloft, de heilige Ludwina, de lieve, de afzichtlijke Ludwina, de allerverschrikkelijkste heilige, levend verteerd door het heilige vuur en meer onlangs nog, Anna-Catharina Emmerich, die, in heur Pijnlijke passie, beschrijft tooneelen heel gelijk aan de schilderijen der primitieven uit Zwaben en uit Vlaanderen, Grünewald, Rogier Vander Weyden, Massijs: extazen en lijden, droomen en smert, tranen en bloed...
Die twee dingen in hen, die lust en die drang, dat leven op zich zelf, verklaren zooveel in hun schilderijen. Het maakt begrijpbaar de allermoeilijkste houdingen, het verwaarloozen der lichamelijke schoonheid, het zoeken naar gelaatsuitdrukking en het zorgvuldig, gewetensvol weergeven er van, de slanke magerte der vormen, die ons soms pijnlijk aandoet, en nog al meer, ook het eerbiedige in de manier van schilderen. Het spreekt van zelf, dat heel de primitieve kunst zich niet opsluiten kon in het weergeven alleen van godsdienstige tafereelen. Welhaast komen er dan ook zedekundige voorstellingen uit het gewone leven en het portret, - en dit, laatste zoo schoon aangedurfd en zoo flink afgemaakt dan reeds, wanneer de italiaansche kunstenaar nog heel ver is van het aan te durven als de Vlamingen en nog veel verder van het zóó af te werken. Elk portret van 'n Vlaamsch primitief is daarenboven 'n echt portret dragend het kenmerk, de ziel van den mensch, wiens beeltenis op het paneel komt. De Italiaan is veel meer vormkunstenaar. Hij verwaarloost de uitdrukking.
Men vergelijke het mannenportret van Jan van Eyck: de Man met de Anjelier, de kanunnik Vander Pael, de Kanselier Rolin, Arnolfini en zijn vrouw, met de mannen-of vrouwenportretten van Pierro della Francesca, Domenico Veneziano, Antonello de Messina, en anderen.
Heel de Vlaamsch-primitieve school is gekenmerkt door heur fijn uitgewrevene, zuivere, opene kleuren, door het werken op paneelen, - het fresco is alhier tot dan onbekend, - de gewetensvolle,