Nieuwe Wegen. Jaargang 2(1911)– [tijdschrift] Nieuwe wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Avondzaligheid. Volzalig die, na 't werken den heelen langen dag, zich laven en versterken aan d' avondvrede mag! Voorbij de hitte en 't zwoegen! Voorbij het zerp gezweet! Een vredig vergenoegen zich om de ziele breedt. De navond! Tijd van droomen in stillen, geur'gen vreê: De goê gedachten komen, de ziel zweeft op in beê. Ze zweeft ter gouden sterren. naar de open' hemelsfeer; niets kan haar vlucht versperren, haar opvlucht tot den Heer! Vergeten zijn de menschen, vergeten 't kranke lot; al 't denken, al het wenschen stijgt zuiver op tot God!... Als de avondwindjes komen na heeten zomerdag, volzalig die dan droomen in zuivren vrede mag! Arm. Van Veerdegem. Vorige Volgende