Dr Beer heeft eenen man gekend die zeven-en-dertig jaar geleefd heeft zonder ongemak, met eenen kogel in zijn herte.
Reeds in 't jaar 1894 heeft een Italiaansche geleerde, del Vicchio, de zake van nader pogen te kennen. Te dien einde heeft hij zeventien konijntjes - och! arme! - het hertje doorsteken, en aanstonds de wonde weder toegenaaid: vier hebben 't, ter daad laten steken; drie zijn twee dagen achterna gestorven; tiene zijn in 't leven gebleven.
Van den konijne zijn de heelmesters tot den mensche overgegaan, en 't is nu bijna algemeen aanveerd dat de wonden in 't herte, gelijk alle andere wonden moeten onderzocht en toegenaaid worden.
Om het herte bloot te leggen, is het noodig eene venster in de borstwand te kappen, 't is te zeggen van de drie of vier ribben, die voor het herte liggen, uit te zagen.
Over twee jaren reeds is een Russensche heelmeester, Podres, alzoo te werke gegaan bij eene jonge dochter van 16 jaren die haar, met eenen kogel in 't herte, had pogen van 't leven te helpen. Hij deed het ribbenkot wijd open en hij lei het herte bloot; twee duimen breed van den top van 't herte vond hij eene wonde; hij onderzocht die wonde van binnen met een ijzeren naalde om den kogel te zoeken en uit te halen, maar hij en vond hem niet; dan nam hij het herte tusschen beide handen en duwde er op, altijd opzoek naar den kogel, maar hij en voelde hem niet; en al dat handwerk en die pootelinge geschiedde zonder dat het herte ophield van kloppen; dan zuiverde hij de wonde van klonters en onreinigheden en hij naaide ze toe: 't meiske genas.
Mag ik nog een ander voorbeeld aanhalen? Op nieuwjaardag van 1900, wierd er, ten 6 ure 's morgens in 't gasthuis van Toulon, een zieke man gebrocht, met zes steken in de linke borstwand. Daar hij bijna stervend was van 't bloedverlies, wierd zijne borst terstond opengedaan, en zijn hert, ter inzage, bloot geleid. Als de bloedklonters weggespoeld waren, vond Dr Fontan een diepe bloedende wonde, 12 millimeters lang, vlak in 't herte. Hij naaide zorgvuldig de wonde toe en de gekwetste genas; maar hij doet bemerken dat het nog al moeilijk is eene wonde hertwonde aldus te stoppen, niet alleenlijk omdat het herte nooit stil en gedurig aan 't kloppen is, maar ook omdat het herte, in zijn geheele genomen, door de adembewegingen gestadig omhooge en dan omleege geschud wordt.
Zooeven heb ik gezeid dat de heelmeesters, om in de borst te geraken, drie of vier ribbenstukken uitzagen. Dr Fontan heeft het beter verzind: hij en heeft de ribben, die het herte bedekken, maar doorzaagd, langs den binnenkant; al den buitenkant heeft hij ze afgebroken, ze vastgehecht latende aan 't vel al buiten en aan 't vlies van binnen, zoodanig dat hij, na dat zijn werk in de borstholte voleind was, die vier ribbenstukken, met vel en vlies daaraan, gelijk eene luike weder toegeleid heeft. Op die wijze is de beenderne rooster, die 't hert en de longen duikt en dekt, op zijn geheele en ongeschonden gebleven.
Dr Em. Lauwers.