Nieuw Leven. Jaargang 1(1908)– [tijdschrift] Nieuw Leven– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 21] [p. 21] Lied Vreugde of smart wordt genot als zij lacht In een lied, van mijn woord hoogste pracht Vrange vrucht van mijn ziel die het schiep, Lichte laai van een gloed die er sliep. Want het lied rijst omhoog uit de rust Van het hart, wijl de wind die me kust Zijn gewaad over 't land lijze spreidt En zijn zucht avendzwaar langs me glijdt. En de droom rept zijn wiek en hij vliegt Lijk een pijl naar de zon en daar wiegt Hij in 't licht, waar mijn blik hem verloor. Slechts een glans schijnt nog mat op zijn spoor. [pagina 22] [p. 22] Maar vol smart daar een droom haar bedroog Blikt mijn ziel nog naar 't beeld dat vervloog. Vage schijn, nauw een beeld... dan weer 't niet... Hoogste heil 'k heb u lief, o mijn lied. Paul Kenis. Vorige Volgende