De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 16

[p. 273]

[Nummer 35]

Op het kerkhof.

't Was in Lucern. - Doelloos kringend

Om 't eerwaardig heiligdom,

Leidde toeval mijne schreden

In den hof der dooden om.

'k Zag er fraaie marmerbeelden,

Monumenten, rijk gebouwd,

Op 't verlaten graf der grooten,

Die daar rusten, jong en oud....

Koude steenen!.... En gevoelloos,

Denkend aan geen liefde of rouw,

Naderde ik een grauwe grafterp....

En daar knielde een arme vrouw.

En dààr was 't of van den Hooge

Eene gouden lichtstraal viel,

Die op eens weer wakker kuste

Mijne sluimerende ziel.

'k Zag ze bidden,.... 'k zag ze zeegnen

Graf en kruis,.... 'k zag haar in 't oog....

En ik voelde veel van 't lijden,

Dat op zooveel graven woog.

................
‘Arme droeve! - Och van de tomben

Rest geen enkele indruk mij:

‘Slechts uw beeld, uw kruis en groeve

‘En uw zegen bleef me bij.’

Groesbeek.
H. Donders, Pr.

op het kerkhof, naar de schilderij van leopold rothaug.