De barmhartige Samaritaan. -
In het Evangelie van den twaalfden Zondag na Pinksteren stelt de Kerk de roerende gelijkenis van den barmhartigen Samaritaan aan onze godvruchtige overweging voor. Ieder jaar luisteren wij met vernieuwde aandacht naar de eenvoudige en toch zoo aandoenlijke geschiedenis van den man, die op reis door roovers uitgeschud, voor dood op den weg bleef liggen. Een priester en een leviet kwamen achtereenvolgens voorbij, doch zij vonden het niet de moeite waard, den ongelukkige op te nemen. Eindelijk kwam er een man langs den weg, die zich over hem ontfermde: hij wiesch zijn wonden, goot er olie en wijn in, legde hem op zijn lastdier en bracht hem naar de stad in de herberg, waar hij den waard gelastte den lijder goed te verzorgen. En deze man, dus luidt het in zijn eenvoud zoo treffende slot der parabel, was... een Samaritaan. Hij, die door de Joden veracht en verfoeid, bijna als een verworpeling beschouwd werd, had aan een der hunnen de naastenliefde betoond, die zelfs de beste kenners en predikers der wet hun broeder geweigerd hadden! Die ongeloovige kende de wet niet, zooals die door de Joden uit de gewijde Schriften geleerd werd: maar hij had ze in zijn hart en hij beoefende ze: dat was veel meer.
generaal w.r. shafter,
Commandant der Noord-Amerikaansche troepen voor Santiago.
generaal wesley merritt,
Commandant der Noord-Amerikaansche troepen voor Manila.
De schilder onzer gravure heeft in de schoone gelijkenis de stof gevonden tot een treffend tooneel. Wij zien den barmhartigen Samaritaan over het mishandelde lichaam gebogen om het liefdevol op te beuren. Toch is het den schilder blijkbaar niet zoo zeer te doen geweest om ons gemoed te treffen door deze aandoenlijke groep, als wel ons een bijbelsch landschap te schilderen, waarvan die groep enkel een kleine stoffeering uitmaakt.
Het woeste gebergte van Judea met zijn rotsen en kloven, met zijn door stormen geteisterd geboomte en zijn verre verschieten, heeft hij ons willen schilderen en daardoor een beeld van verlatenheid voor de oogen getooverd, dat ons toch weer de ellende van den uitgeplunderden reiziger te dieper doet voelen en daardoor het fijne sentiment van de groep weer verhoogt. Zoo werkt het eene met het andere samen tot een pakkend geheel, dat den beschouwer onweerstaanbaar boeit.
maarschalk blanco,
Spaansch Opperbevelhebber op Cuba.