De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

Het bezoek onzer Koninginnen aan het Duitsche Hof.

Elk rechtgeaard Nederlander, ‘wiens hart voor land en koning gloeit’ (wij zien de noodzakelijkheid niet in, de woorden van het lied te moeten veranderen, wijl een koninginnetje de plaats van den koning heeft ingenomen) heeft indertijd met belangstelling in de bladen de bijzonderheden gevolgd van het onthaal, onzen beiden koninginnen aan het Duitsche hof te beurt gevallen. Mocht het een eer voor ons land heeten, toen de machtige keizer verleden jaar eenige dagen de gast wilde zijn van onze geëerbiedigde koningin-regentes, met niet minder nationalen trots vernamen wij dat aan onze vorstinnen bij haar tegenbezoek aan den Duitschen nabuur een ontvangst was bereid, zoo luisterrijk, als volgens de buitenlandsche pers zelve alleen tegenover de machtigste souvereinen gebruikelijk is. Het streelde ons vaderlandsch hart, te zien hoe de kleine vorstin van het kleine Nederland met haar beminde moeder aan het hof van den machtigsten der Europeesche vorsten werd geeerd, en met genoegen zullen onze lezers ongetwijfeld de platen zien, die aan het vorstelijk bezoek herinneren.

Daar het keizerlijk gezin den zomer in het nieuwe paleis te Potsdam doorbrengt, werden ook daar onze koninginnen ontvangen, en onze jeugdige vorstin Wilhelmina heeft dan ook geen voet in Berlijn gezet. Alleen de koninginregentes vertoefde een dagje in de Duitsche hoofdstad tot bijwoning van de groote voorjaars-parade; zij ontving daar de besturen der Nederlandsche vereenigingen te Berlijn en bezocht onder geleide van den keizer enkele bezienswaardigheden.

Wegens de verschillende reisplannen zoowel van den hoogen gastheer als van de koninklijke gasten was het samenzijn maar kort van duur, doch in die weinige dagen heeft de keizer onzen vorstinnen de grootste oplettendheid betoond en het begroetingstooneel aan het Wildparkstation, door onze gravure voorgesteld, heeft een bepaald hartelijk karakter.

[p. 412]

De algemeen bekende en geroemde innemendheid der keizerin had reeds het vorig jaar het hart harer beide gasten gewonnen, en vooral onze twaalfjarige koningin scheen een bijzondere genegenheid voor de moeder der keizerlijke prinsjes te hebben opgevat.

ontvangst onzer beide koninginnen aan het wildparkstation bij potsdam, 30 mei ll.

Bij de ontvangst aan het Wildparkstation waren behalve den keizer en de keizerin alle te Berlijn vertoevende prinsen alsmede de leden van het Nederlandsch gezantschap verschenen. Zoodra de gasten waren uitgestapt, kuste de keizer onze koningin-regentes de hand en de kleine koningin op voorhoofd en wang. Daarop bood hij koningin Emma den arm, terwijl de keizerin haar kleine vriendin Wilhelmina bij de de hand nam.

Wij zullen hier niet in een herhaling treden van al hetgeen indertijd door de bladen is meegedeeld omtrent de feestelijkheden ter eere onzer koninginnen aan het Duitsche hof gegeven, en ons enkel bepalen tot de parade, waar-

[p. 413]

aan onze regentes een werkzaam aandeel nam en welker voornaamste momenten men in dit nummer ziet weergegeven.

De groote voorjaarsparade vormt voor Berlijn steeds het glanspunt van het seizoen, maar ze krijgt nog grooter beteekenis, wanneer vreemde gekroonde hoofden als gasten van den Duitschen keizer het krijgshaftig schouwspel bijwonen. Al is de hitte ook zoo bovenmenschelijk als bij voorbeeld dit jaar het geval was, toch komen op dien dag tienduizenden nieuwsgierigen van alle standen uit Berlijn en omstreken op de been en getroosten zich alle vermoeienissen om zich in den schitterenden aanblik der defileerende troepen te verlustigen. Hun moeite wordt trouwens beloond door een schouwspel, zooals misschien heel Europa er geen tweede kan aanbieden.

Met het oog op de groote hitte was de parade reeds op 's morgens negen uur vastgesteld en vroeg in den ochtend rukten de troepenafdeelingen van haar deels vrij afgelegen kwartieren naar het Tempelhofer veld, om zich in twee kampen op te stellen op het oostelijk deel van het ontzaglijk exercitie en paradeveld, dat niet minder dan acht millioen vierkante meters omvat. Eindeloos schenen de glinsterende rijen der beide legers, die zich van het noorden tot het zuiden over het gansche onafzienbare veld uitstrekten.

De garnizoenen van Berlijn en de omstreken waren in de parade opgesteld. Van Potsdam kwam de keizer naar de kazerne van het eerste regiment dragonders in de Belle Alliance-straat en steeg daar met zijn gevolg te paard. Toen hij op het paradeveld verscheen, kwam onze koningin-regentes aan de zijde der keizerin in een rijtuig met zes paarden gezeten, van het spoorwegstation aangereden.

trompett[e]rkoor van het garde-regiment kurassiers.

de keizerin en de koningin-regentes der nederlanden.

[p. 414]

Na de begroeting der dames begeleidde de keizer het rijtuig naar de in parade opgestelde troepen, die op dit oogenblik den presenteermarsch deden hooren, terwijl de soldaten een driewerf hoera! aanhieven. De keizer hield zich aan de linkerzijde van het rijtuig, waarin onze koningin regentes gezeten was, en wel een weinig naar achteren, zoodat hij slechts het rijtuig begeleidde en feitelijk koningin Emma de parade afnam.

Terwijl de verschillende regimenten en bataillons elk afzonderlijk de wapens presenteerden, rukten de beide groote legerafdeelingen op en wel de tweede van den linkervleugel uit, waarna al de troepen zich weer verzamelden tot het voorbijmarcheeren. De keizer met zijn gasten, de prinsen, die zelf niet mee paradeerden, al de Duitsche prinsessen en heel het verdere schitterend gevolg, waarin de uniformen van alle legers der wereld vertegenwoordigd waren, hadden inmiddels aan den zoogenaam-keizerpopulier, den eenigen boom op het oostelijk einde van het paradeveld, plaats genomen.

Ook hier stelde de keizer zich zoo naast het rijtuig der koningin-regentes, dat hij op den achtergrond bleef en koningin Emma de parade afnam.

De eerste voorbijmarsch had bij de infanterie in compagniefronten plaats. Zoodra het te Spandau in garnizoen liggende vierde garde-regiment te voet naderde, in welks uniform de keizer voor deze gelegenheid was gedost, trok hij den degen, reed het regiment te gemoet en voerde het de koningin regentes voor, waarop hij haar verzocht het commando over dit regiment aan te nemen.

Het eerste garderegiment dragonders werd door prins Albrecht, regent van Brunswijk, in de uniform van generaal veldmaarschalk metden commandostaf in de rechterhand, voorgevoerd. Terwijl nog de artillerie den eersten voorbijmarsch in batterijfront uitvoerde, verzamelden de troepen zich reeds tot den tweeden voorbijmarsch, dien ditmaal de infanterie in colonne, de cavalerie en artillerie in de vorige opstelling, maar in draf uitvoerde. Vooral deze bewegingen leverden een schilderachtig, echt krijgshaftig schouwspel op.

Tegen elf uur was de militaire vertooning ten einde, waarbij aan onze koningin-regentes zooveel eer was bewezen als misschien nooit te voren een gekroond hoofd te Berlijn is te beurt gevallen. Koningin Emma begaf zich met de keizerin per rijtuig naar het paleis te Berlijn, terwijl de keizer nog eenige critische opmerkingen betreffende de parade met de hoofdofficieren wisselde en zich vervolgens aan de spits der vaandelcompagnie van het tweede garderegiment te voet naar het paleis begaf. De parade werd door het heerlijkste weer begunstigd.

Onze koningin-regentes heeft op dien dag behalve de verrassende aanbieding van het commando over het vierde garderegiment te voet nog het commando over een ander regiment gekregen, namelijk dat hetwelk vroeger den naam droeg van prins Frederik der Nederlanden, den schoonzoon van den Pruisischen koning Frederik Wilhelm III. Sedert prins Frederiks dood in 1881 was dat regiment zonder chef, tot thans de keizer het commando daarover aan onze koningin-regentes opdroeg. Verder verleende hij haar nog het grootkruis der Pruisische Louise-orde.

Ook onder de Berlijnsche bevolking schijnt het bezoek onzer koninginnen de aangenaamste herinneringen te hebben achtergelaten. Dagen achtereen waren de Duitsche bladen vol opgetogenheid over de beminnelijke en waardige verschijning onzer regentes, die in haar somber weduwkleed een werkelijk majestueuze figuur vormde, en over de lieftalligheid van ons koninginnetje, dat zich als kleine Majestät onder de gemoedelijke Berlijners onmiddellijk populair had gemaakt.