Invloed van licht op boter.
De invloeden van het licht op de boter zijn grooter dan men zou meenen. De ondervinding heeft geleerd dat zuivere, echte roomboter na betrekkelijk korten tijd geheel den smaak van slechte kunstboter aanneemt, wanneer men haar in 't volle daglicht laat staan.
Hoogst belangwekkend zijn daarom de proeven door prof. Soxhlet genomen bij gelegenheid van de zuiveltentoonstelling te Munchen, om de oorzaak van het talkachtig worden van de boter onder inwerking van het licht na te gaan.
Bij die proeven bleek het, dat bij de 40 graden gesmolten en gefiltreerd vet van zuivere versche uit koemelk bereidde boter, dat in drie porties onder klokken van rood, geel en groen glas werd geplaatst, doch zoo, dat de buitenlucht niet afgesloten werd, bijna volkomen onveranderd bleef. Daarentegen bleek een proefje, onder eene blauw glazen klok geplaatst, volkomen talkachtig geworden te zijn. Hieruit is de gevolgtrekking te maken, dat de sterk breekbare lichtstralen van korte trillingen - de blauwe en violette - het talkachtig worden veroorzaken, terwijl de minst breekbare lichtstralen met lange golflengte - de gele en roode - slechts eene zeer geringe verandering in het vet te weeg brengen.
Daaruit volgt, dat men boter en ook room zooveel mogelijk voor de inwerking der sterk breekbare stralen van het zonlicht beschutten moet; kamers of kelders, die voor bereiding of bewaring van melk en boter moeten dienen, mogen dan ook niet te sterk verlicht zijn.
Bij het verkoopen van boter in de open lucht is het bedekken met groene bladen, zooals dit trouwens reeds veelvuldig geschiedt, zeer aan te raden, omdat de groene kleurstof der bladen (het chloropyl) de lichtstralen, die het meest breekbaar zijn en schadelijk op de boter inwerken, verandert in stralen van mindere breekbaarheid en die slechts eene geringe scheikundige werking uitoefenen.