't Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens
(1728)–Anoniem Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens, 't– AuteursrechtvrijToon: Hou voerman van der hel.’’t Is lief’’lijk Philis ag! aan dat Paleis te komen,
Alwaar men binnen sakt, langs bergjes niet van steen
| |
[pagina 292]
| |
Maar voor de min gemaakt, zo fris als waterstroomen,
Aanbiddens waarde mond, dog niet voor yder een.
2 Sal ik mijn Philis lief daar eens toe zijn gebooren,
Om in ’’t bezit te zyn van zo een marmer Boot?
Was my van u o Goon! zo groot geluk beschooren,
Ik deed voor u op Aard al wat gy wenschen dorst.
3 U mals ontfonkte krop, daar honing uyt komt bloeyen,
Die torst het schoon Albast in witheyt zo ver uyt,
Dat die u regt beziet wel vreugdig heen mog spoeyen,
Na ’’t weegje in ’’t gebergt, dat ons tot minne duyt.
4 Als ik dan wederzijds de topjes wil beklimmen,
Zy zijn ’’t Koraal gelijk uyt wit Yvoor geknopt;
Dan wort mijn geest verrukt, en smelt vast in ’’t bezinnen,
| |
[pagina 293]
| |
Als ’’t lieflyk geurig nat ten voor eens uyt dropt.
5 Is ’’t niet een Kanaas
Te drinken daar het hert in liefde zo op uyt?
Wie zoud geen Gode-zaal voor sulken plaats verruylen.
En kussen dese Borst tot u den Adem stuyt.
|
|