't Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens
(1728)–Anoniem Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens, 't– AuteursrechtvrijToon: Laura.Aan de Bruydegom.
Op nu Bruygom van den Disch
’’t Hemels ligt is lang gaan dalen
En het Minnegoodjen is
Met zijn toorts-ligt in u zalen,
Om u vriend-lijk in te halen,
En u Bruydjen staat gereet
Om u met een wip te ontslippen,
Pas in ’’t loopen haar te kippen,
Of z’’is weg eer gy het weet.
Aan de Bruyd.
2 Bruydje hoe sit gy dus suf,
Tusschen twee soo blye Maagjes?
Maakt u ’’t overdenken duf
Vana u weelderige daagjes,
Vreesje Bruygoms minne-vlaagjes,
| |
[pagina 219]
| |
Schrik niet, ’’t is geen geylen aart
Of geen Bos god van Arkaadje:
’’t Is een Aartz die u quelaadje
Vriend’’lyk heeft door Mannen-aart.
Aan de Speelnoods.
3 Hoor, de koets die kraakt van vreugt
Iuffers voelje mee geen lusjes?
Graagt u vleeje ook vol jeugd,
Mee niet na dees bedde kusjes,
Volg mijn raat dan soete susjes,
Wordje tot de Trouw gebeen
Van een die u iets bekoorde,
Sla niet af met bitse woorden,
Seg haast ja, en zwijg het neen.
S.W.
|
|