't Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens
(1728)–Anoniem Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens, 't– Auteursrechtvrij
[pagina 158]
| |
Toon: Lieve Dochters vol, &c.Vreugde, vreugde, ja wel vreugde
Spek en boter tot de boom,
Wijn en suyker tot de room.
Roept en wenst meest al de jeugde,
Maar Paap Maartens sang bekent
Roept al armoed in ’’t end.
2 ’’t Zy hoe vredig hier te samen,
Of hope vreugdig hier vergaat,
En hoe wel na wensch gepaart,
Dat ja yder een seyt Amen,
Als het luk-rat maar eens wend,
Soo is ’’t armoed in ’’t end.
3 Trouwje een rijk j’’hebt te vresen,
(Schoon gy haar hebt lief en waard)
Voor haar trotse en fieren aard,
Sy sal willen Meester wesen:
Sooje na haar pijp niet singt.
’’t Is van ’’t haren dat ’’er klinkt.
4 Trouwje daar niet is ten besten,
Vrouw en vrienden moet gy voen,
Nog en kont gy niet voldoen,
Van den eersten tot den lesten
Moet gy slooven armen bloed.
| |
[pagina 159]
| |
Is dat dan geen arremoed.
5 Trouwje een die schoon van leden
Schoon van wesen en op ’’t oog,
Schoone Vrouwen sien wat hoog,
Schoone Vrouwen trots van zeden,
Schoone Vrouwen trots of geyl;
Schoone Karsen draagt niet veyl.
6 Gaat gy met een leelyk trouwen
Of een klein of spytig dier,
O dan is ’’t een helle schier.
Al ’’t geslagte moet gy houwen,
Gy verlieft meer aan het Kind,
Als gy met de Moeder wint.
|
|