't Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens
(1728)–Anoniem Nieuw groot Hoorns lied-boekje, bestaande in veel stigtige en vermakelyke bruylofts liedekens, 't– AuteursrechtvrijStem: Lieve Dohteres vol &c.Bruydegom en Bruyt ter eeren,
| |
[pagina 96]
| |
Laten wy in dese Feest
Vroolijk, vroolijk, bly van geest,
Nu in deugt om vreugts vermeeren,
Zingen met zedig geluyt,
Geluk Bruyd’’gom en Vrouw Bruyt.
2 Voor de golven en de baren
Van een ongeruste zee,
Eenen goede soete ree,
Gy nu beyde hebt bevaren,
En gekregen tot een buyt,
d’’Een een Bruyd’’gom, d’’aar een Bruyt.
3 ’’k Wens u God geluk wil geven,
In de soete lieve staat,
Sie gy nu met liefd’’ aanvaard,
Dat gy meugt in vreugde leven,
Tot de dood u oogen sluyt,
Geluk Bruyd’’gom en Vrouw Bruyt.
4 Soekt elkander te behagen,
Neemt het sot altyd in soet,
Duyt het quaad altijt in ’’t goet,
Leert u leet geduldig dragen,
Drijft de twist ten huyse uyt,
Geluk Bruyd’’gom en Vrouw Bruyt.
5 Leeft dat gy voor andere lieden
| |
[pagina 97]
| |
Met u leven t’’aller tijt,
In ’’t goed’’ een goet voorbeelt zijt.
Wilt u eigen tuyntje wieden,
Suyvert het van al ’’t onkruyt:
Geluk Bruyd’’gom en Vrouw Bruyt.
6 Groeyt en bloeyt altyt in deugden,
Als de Lauwerieren doen,
’’s Winters Somers even groen.
Want d’’opregte ware vreugden
Alleen uyt de deugden spruyt,
Geluk Bruyd’’gom en Vrouw Bruyt.
7 Princen, d’’Opper-Prins der Princen,
Die al eeuwig eeuwig leeft,
Die all’’ goede gaven geeft,
Geeft u al ’’t geen gy meugt wenschen,
Wenschen wy tot een besluyt.
Geluk Bruyd’’gom en Vrouw Bruyt.
|
|