Een nieuw lied.
Op de hedendaagsche Meisjes.
Op een Ahngenaame Wys.
1.
Vrienden blyft een weinig staan,
Luistert hoe de Meisjes gaan,
Opgeschikt wilt my verstaan,
En geen Jonkman kykt haar aan;
Is het dat een Jon man grapt,
ô Het Meisje gouw toe hapt,
Zy denkt mogt dat myn vryer wezen,
Ik wou wel maar 't is lak.
2[regelnummer]
Vele meisjes ziet men lopen,
Met een Soldaat naast haar zy,
's Avonds ziet men heele hopen
Drie Vier Soldaten met een Meid.
Landmilitie staan hun aan,
Zy is in haar schik als zy mag gaan,
Ja al zou zy een pantje maken,
Dat trek zy haar niet aan.
3[regelnummer]
de meisjes gaan haan muts verzette
Ja al was het haar Jak en Rok,
Al om een vryer en die pretten,
Geld te geven in zyn zak,
Ja zy geeft hem graag een zoen,
Want daar is 't al om te doen,
Wil hy haar eens proberen,
4[regelnummer]
Ik zag laatst een Meisje lopen,
Die had verzet haar hemd van 't gat
Om een vryer op te kopen,
Daar zy een grote zin in had,
Maar toen zy by die Jonkman kwam
Liep zy een blauwe scheen er aan,
Want hy wou haar niet eens hebben,
hy keek haar niet eens aan.
5[regelnummer]
De meisjes doen al wat zy kunnen,
Zy blanketten haar wat op,
Met pomade het haar op pennen,
Of paveljotten om haar kop,
Dan veel krullen in het haar,
Kurketrekkers geloof het maar,
't Is maar om een vryer te krygen,
Daar jeuk haar hart zo na.
6.
's Avonds ziet men een meisje lopen,
Door de straten van de stad,
En die ziet men heele hopen,
Elk wenscht dat zy een vryer had,
Zienen zy een Jonkman staan,
Zy kyken hem zo vriendelyk aan;
Maar hy spot met al die Meisjes,
Hy kykt ze niet eens aan.
7[regelnummer]
Jonkmans die na de Colonies varen,
Dat staat de meisjes ook wel aan,
Zy wil met hem op de baren,
Als zy een Vrijer had, zal 't wel gaan
Dan trekt de meid een broek aan 't gat
En zy kan zo handig klimmen,
De liefde maakt haar rat.
8[regelnummer]
Veele meisjes thans weer treuren,
Roepen ik ben myn Vrijer kwyt,
Och wat zal my nu gebeuren,
Zy huilt en kermt de lieve meid,
De een haar Lief na de Oost toe gaat
De ander onder Landmilite staat,
De Burger kan 'er zo veel krygen;
Dat hy er weet toe geen raad.
9[regelnummer]
Jongmans wilt gy meisjes hebben,
Aan elken vinger nu weer een,
Je kunt ze krygen ik wil wedden,
Jij loopt niet weer een blauwe scheen
Elken dag een nieuwe meid;
Met vermaak slijt gij u tijd;
Het meisje wil voor u afschuiven,
Al zij krijgt is zij blijd.
10[regelnummer]
Meisjes stelt u maar te vreden;
U Knapen komen gauw weerom,
Een jaar vier of vijf geleden,
Dan plukt hij u maagdeblom;
't Is voor Vorst en Vaderland;
Meisjes houd u maar constand,
Wil: nog wat geduld maar geven,
Het is tot ons nuttig Vaderland.
EYNDE.
|
|