De nieuwe hofsche Rommelzoo
(1655)–Anoniem Nieuwe hofsche Rommelzoo, De– AuteursrechtvrijGedischt voor de laatdunkende knip-rymers en rymerzen
[pagina 177]
| |
2 Hoe de Meid’ neederleid,
Ende dat om eens te poenen;
Die nu graag’ alle daag
Haar wel eensjes laten zoenen,
3 Vat haar eerst’ onbevreest,
By haar halsje, of 'er kropje,
En daar na’ g'swint en dra,
By haar holle neute-dopje.
4 Zo zy dan’ u vat an
By u stooker van het hare;
Zo steekt toe’ vry en vroe,
Tot dat zy het word geware.
4 Als ghy dan’ g'lijk een man,
Uwe dingen hebt geklaart;
Zo gaat vry’ van haar zy,
Met een pijpje by den haart.
| |
[pagina 178]
| |
Uit was de Boere deun, men teger voort aan 't leppen,
Aan 't smooken, aan 't drinken; de kanne kleppen
Gestadig weêr om nat, het roepen was: Waardin,
Geeft my hier wat Toebak, en doet hier weêr wat in.
Langt hier een schoone pijp, tza lustig past wat op;
Schrijft dit op mijn gelach. havoes ghy. hier, Heerschop,
Ik breng u 't hallef-bier; ik dank u, zeid die quant,
tZa lustig dit moet uit, 't geen jy hebt in de handt:
Daar dronkmen elk om 't zeerst, tot dat de buik was vol;
d' Aâr speelde I anterlu, en dobbelde als dol,
Zo lang de veurs was leeg, en heel en al berooit;
Doen wenst' men om het geld, 't geen men der hadt ver- ..... .
Hola! ik hou hier op, eer dat mijn zinnen dwaalen,
Men kan noit eenig eer by zulk gezelschap haalen.
Lievre.
|
|