De Nieuwe Stem. Jaargang 22
(1967)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 187]
| |
6 000 000een mens die leeft
blijft achter
mij zijn er zoveel voorgegaan
en zoveel tegelijk
treinen treinen treinenvol
daarna werd blij zijn
blij zijn met dit achterblijven
slapengaan
een schuilen in de nachten
die diepten zonder bodem
tussen de onbeklimbare hoogten
van de dagen
die hoogten naar u
die diepten naar u
| |
[pagina 188]
| |
slootkantdezelfde knotwilg
onder water
bladstil
ook daar
de blaren
een spiegelbeeld van stilte
| |
laatste blikte sterven
met een spiegel in mijn hand
tot het laatst
te kijken naar mijn zien
|
|