schien waart er toch een spook door Europa, een spook met de dubbele naam van ontideologisering en depolitisering’.
H.A. Brasz vraagt: Tweeërlei bestuurlijk onderzoek? En hij antwoord: Ja, er is een duidelijk onderscheid tussen de theoretische universitaire research en de onderzoekingen verricht in een praktische proces van beleidsvorming in het bestuur. Hij wil meer politicologische opleidingen in de faculteiten der sociale wetenschappen, meer bestuursdeskundig gespecialiseerde politicologische professoren, maar ook een interuniversitair instituut als bestuursstudiecentrum met belangrijke deelneming van de overheid. Niets minder blijkbaar.
A. de Swaan bespreekt een kritiek van Stanley Hoffmann in zijn Contemporary Theory in International Relations op het boek van Morton A. Kaplan, System and Process in International Politics in een artikel: Hoffmann's Anti-Kaplan.
De jaargang heeft voorts nog een bibliografie, samengesteld door G.H. van Es, van 303 nummers met een auteursregister. Summaries der artikelen voltooien het deel. Het verbaast mij dat onder de vermelde publicaties, waaronder er ook zijn van enkele pagina's, die sinds de tweede wereldoorlog zijn verschenen, geen enkele is vermeld van de politicoloog dr. J. Suys, die notabene aan de Universiteit van Amsterdam heeft gedoceerd. Ik neem aan dat het feit dat zijn benoeming als hoogleraar in de wetenschap der politiek door de toenmalige minister van Onderwijs, Gielen, niet is bekrachtigd, geen reden kan zijn geweest hem uit de bibliografie te weren. Zijn De Nieuwe Politiek. Over politieke beginselen in deze tijd, Amsterdam, H. Meulenhoff, 1964, het daarop gevolgde: De rechten van de mens, Amsterdam, 1947 en Politiek en Vrede. Rekenschap van een antithese, Arnhem, Van Loghum Slaterus, 1955, behoren natuurlijk thuis in deze bibliografie. Maar ja, het is ook al weer tien jaar geleden dat hij overleden is.
O.N.