- Na de oorlog zal de staat vast drie koeien aan je vader schenken, beloofde de hoofdman, en jij krijgt een ereteken.
Een ereteken is een lintje met de landskleuren en daaraan een blinkende schijf, net een muntstuk. De oude Sandor bezit drie eretekens omdat zijn twee benen werden afgeschoten. Misschien zal zij nog trotser zijn dan de oude Sandor, als vader in de herberg zegt: Kijk, Wanda schonk mij drie koeien, want zij wierp vier soldaten dood.
Daarop houdt zij stil. Achter de Napoleonsrots staat het houten hok. De ouden zeggen dat vroeger een grenadier het hoofd van zijn veldheer uit de rotsen heeft gekapt toen hij weerkeerde uit Rusland. Maar de meester leerde dat de natuur aan de stenen had gevreten. En dat bovendien geen enkel grenadier er wat voor voelde het hoofd van Napoleon uit de stenen te houwen, na de Berezina.
Zij staat in de schaduw van het profiel, luistert. De bergen zwijgen en de wind. Zelfs haar hart hoort zij niet want zij heeft geen angst. Eenmaal achter de rots moet zij tot aan de berken lopen en nooit de veer lossen voor zij werpt. Het zal een geweldige slag geven. Het hok steekt vol munitie. Misschien horen zij het wel tot in het dorp en zal enkel Sandor weten wat het beduidt.
Daar in het duister betast zij met de vingers de diepe groeven, de runetekens van het ei dat begint te drukken als een andere, bevriende hand. Een rijkdom. In één slag vermorzel je er alles mee. Munitie, hout, soldaten. Een bal, zal zij denken terwijl zij werpt, sierlijk, niet te hard, maar juist. Door het vierkante raam waarachter de lamp brandt. Zij zal net doen alsof zij alleen de lamp moet treffen. Die hangt middenin het vertrek. Daarna terughollen naar de dertig. Zij kent de weg blindelings. Niemand kan haar achterhalen. Wie zou het? Allen zullen dood zijn na haar feilloze daad.
Bijna gelukkig schuift zij over het laatste eindje harde grond, naar de berken. Eindelijk verlost worden van de dringende veer. Zij strekt het bovenlichaam, de arm gaat trefzeker de hoogte in.
- Kalm aan, zegt de man.
Haar pols zit onbeweeglijk. Dan herkent zij de helm. Zij wil werpen want misschien is dit inbeelding of angst. Maar zij heeft geen angst. De man wringt haar pols tot