Ex libris
Men moet wel een onverwoestbaar optimist zijn of (en, tegelijk) een zeer gelovig mens om een hoera te kunnen uitbrengen op het leven. Zo heet de levensgeschiedenis van Dr. J.J. Buskes (Hoera voor het leven, Amsterdam 1959). Wie het leest en wie hem kent weet dat het geen uitbundigheid betekent maar in een krachtige en toch gedempte toon de ernstige uitspraak van een diepe overtuiging. Hierin te vergelijken met de titel van Henriëtte Roland Holsts levensgeschiedenis: Het vuur brandde voort. Buskes heeft willen zeggen dat het leven verdient geprezen te worden, en men kan hem hierom benijden. Het valt niet gemakkelijk om, met de geschiedenis en het heden voor ogen, de mens en de wereld te prijzen, en eigenlijk doet ook de schr. van dit boek dat niet: hij prijst het leven, dat ontegensprekelijk meer is dan de mens, boven ons oordeel uitgaand en in wezen onaantastbaar. Hij prijst het op zijn wijze, met een lofzang: Ere zij God.
Hij doet zijn levensverhaal vooral aan de hand van degenen die hij gekend heeft, daardoor is het een even bescheiden als vurig en vroom boek, en het bevat er een groot stuk Nederlandse geschiedenis door, van kerkelijk leven en sociale strijd, want het is voor hem de geschiedenis hoe die beide onverbrekelijk tot één verenigd werden. Het bevat hierdoor veel wetenswaardigs en behartenswaardigs over mannen, zo uiteenlopend en soms tegengesteld als Abraham Kuyper en Prof. Bavinck en Prof. Gunning, als Domela Nieuwenhuis en Troelstra, Pos en Buytendijk, Kees Boeke en Slotemaker de Bruine, A.H. de Hartog en Karl Barth. En anderen, aan het begin van dit strijdbaar gelovige leven, die de grondslagen legden. Hij verklaart: ‘De Vrijer bracht mij in aanraking met de theologische en kerkelijke problemen en De Ligt ontsloot mij de wereld van de politieke en sociale strijd.’ Het was Bart de Ligt, die hem ‘de ogen opende voor de anti-kapitalistische, anti-imperialistische en anti-militaristische tendenzen van de bijbel.’
Maar het was ook De Ligt van wie hij later vervreemdde, toen deze brak met het Christendom. Buskes kon dit slecht hebben, het vergrootte de eenzaamheid waarin hij als belijdend Christen zijn weg ging naar de sociale strijd en de geweldbestrijding, die hem als dominee en als socialist in twee levenskringen tot een halve vreemde zouden maken, alleen doordat hij beide tot één geheel wilde maken en ze als in wezen één geheel beleefde. Met een man als De Ligt strijdmakker maar geen geloofsgenoot meer, met zo velen zijner geloofsgenoten geen geestverwant meer in de strijd in de wereld, die hem al vroeg naar brandende vraagstukken van de maatschappelijke klassen en van de mensenrassen drong, heeft hij letterlijk vaak en ook tot heden toe tussen twee vuren gestaan. Zo bestreed hij het