De Nieuwe Stem. Jaargang 10(1955)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 573] [p. 573] Paul van Caspel Neem pen en inkt Neem pen en inkt neem pen en inkt en schrijf. Neem pen en inkt en schrijf van dag tot dag wat aan de wand u vlammend wordt gemeld. Neem blank papier waarop gij kunt vertalen al wat de spanrups driftig voor u spelt. En zeg de massa die met starre blikken naar geld en ongeld haakt en oogt: ‘Wantrouw de appel en het stenen brood - elk paradijs brengt moederkoren voort, vogelverschrikkers en een strafwetboek.’ De tuinslang kronkelt zich en zegt: ik ben de regen, de bron en oorsprong van uw roos. Het fietspad keert zich om en zegt: u blijft geen keus, ik ben het hier en ginds, het want, het daarentegen, het Halfweg en het Appelsga. Neem pen en inkt neem bloed en gal en schrijf. [pagina 574] [p. 574] Nacht Het fluiten van de treinen in de nacht sterft langzaam aan dovemans oor. Niet voor mij springen seinen in 't gelid. Niet mijn hand speelt blindeman met een andere hand in de dansende gang. Niet mijn voorhoofd leunt koud tegen het raam. Want onder de brug van je armen vaar ik zonder geluid door sluizen van glas naar steden van leem waar de liefde in hangmatten woont. Vorige Volgende