De Nieuwe Stem. Jaargang 6(1951)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 279] [p. 279] Firmin van Hecke Zuster Anna Waarom dien sleutel dan ons in de hand gegeven, Wanneer 't verboden is den drempel te overtreên Van het geheim vertrek van 't ongekende leven Waarin 't geraamte rot van wie hem overschreên? Daagt er verlossing slechts voor hen die biddend beven Voor slot en het verbod? En leeft en streeft er geen Die alle deuren inbeukt en die niet zal sneven Omdat zijn zegezwaard blauwbaard heeft neergestreên? Wie, van het leven of de dood, moet eeuwig voortgaan? Waartoe die wacht, die immer blijft voor elke poort staan? Rijdt er een redder langs den zoom van 't somber bos? - Er zal niets komen ooit, want alles is gekomen, Het stond geschreven, zuster Anna, in uw dromen, Die broeder is een schim op een gedroomde ros. Vorige Volgende