Nieuw Letterkundig Magazijn. Jaargang 32
(2014)– [tijdschrift] Nieuw Letterkundig Magazijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 65]
| |
Clare Lennart (1899-1972)
| |
Muzen en mentorenAls jonge onderwijzeres in Olst kreeg Clara een verhouding met een gehuwde man, bij wie ze op kamers woonde. Toen ze was verhuisd en hem niet meer dagelijks zag, begon ze een dagboek om haar emoties kwijt te kunnen. Dat schoolschriftje bevat de vroegste geschreven teksten van haar hand en gedichten die haar inspireerden. Enkele jaren later, toen Clara op een Utrechtse lagere school werkte, kreeg ze een relatie met de militair Wim van den Boogaard (1888-1960). Ook hij was getrouwd en vader van zeven kinderen. Hun geheime relatie werd ontdekt, waarna ze van het behoudende Utrechtse gemeentebestuur haar baan moest opgeven. Wims vrouw wilde niet scheiden en Wim kon geen twee vrouwen onderhouden. Hij werd ‘de man die af en toe langs kwam’ en Clara verdiende haar brood voortaan als hospita. Als bijverdienste begon ze verhalen te schrijven: het begin van haar carrière als schrijfster. Ze heeft het vaak gezegd in interviews: was ze rijk geweest, dan was ze haar verhalen blijven dénken. Dan had haar fantasie nooit het papier bereikt.Ga naar eind2 Haar volgende liefde was de, eveneens gehuwde, criticus en romanschrijver Frans Coenen (1866-1936). Hij is van onschatbaar belang geweest voor haar werk.Ga naar eind3 Coenen stimuleerde Clara om romans, zoals Mallemolen (1936) en Avontuur (1935), te gaan schrijven en stond aan de wieg van de literaire waardering voor haar werk. Zonder zijn aanmoediging zou ze verhaaltjes voor kioskbladen zijn blijven schrijven. Een korte affaire in 1936 met de componist Alexander Voormolen (1895-1980) bracht het sprookje terug in haar werk. Hij liet haar weer ‘spelen’. De flamboyante Voormolen, die recentelijk was gescheiden en ‘voor het instituut huwelijk bepaald ongeschikt’ was, inspireerde Clara tot haar vierde roman, Tooverlantaarn uit 1937.Ga naar eind4 Dit speelse, bijna overmoedige verhaal is heel anders van toon dan de sombere, naturalistische roman De blauwe horizon (1936), die ze onder invloed van Frans Coenen schreef. | |
[pagina 66]
| |
Clara Klaver, begin jaren 1920. Collectie familie Klaver.
Wim van den Boogaard had Clara's relaties met Coenen en Voormolen met lede ogen aangezien. Zijn geduld en kameraadschap werden beloond: in de laatste vooroorlogse jaren stabiliseerde hun stormachtige relatie tot een rustige liefde. Toen Wims vrouw in 1944 stierf, was hij eindelijk vrij om voor zijn ‘Claartje’ te gaan zorgen. Dankzij zijn toewijding en huishoudelijke talenten heeft Clara vanaf 1945 tot 1960 haar beste literaire werk kunnen schrijven, zoals de bejubelde romans Serenade uit de verte (1951) en De ogen van Roosje (1957). Wim, de eenvoudige Utrechtse volksjongen, met wie ze eigenlijk niet kon praten, bleek de ideale kunstenaarsechtgenoot. Kortom: zonder Clara Klavers liefdesavonturen had de schrijfster Clare Lennart nooit bestaan. Dat zijn de feiten. Maar gaandeweg wilde ik méér. Ik werd nieuwsgierig naar het hoe en waarom. Ik vroeg me af wat haar bewoog om iedere keer het geluk te zoeken in de armen van een man. Waarom ze op oudere mannen viel. Of ze zich bekommerde om de bedrogen echtgenotes. En of ze écht lak had aan conventie. Drie van de vier antwoorden vond ik deels in haar werk. | |
Geen ogenblik berouwMijn biografie is gebaseerd op historische feiten. Wel illustreer ik momenten uit haar leven met passages uit de romans die ze als Clare Lennart schreef. Niet om personages één op één te vergelijken met Clara of mensen uit haar omgeving, maar omdat haar beeld scherper is dan ik het zelf zou kunnen schrijven. Want, de schrijver en de mens, die zijn toch echt een en dezelfde persoon. In toon en stijl, obsessies en voorliefdes klinkt een persoonlijkheid door.Ga naar eind5 Clare Lennarts werk bevat veel biografisch traceerbare, zelfs nadrukkelijk herkenbare autobiografische elementen. Over haar vroege verhaal ‘Liefde en logica’ zei ze zelf bijvoorbeeld: ‘Het was ernstiger geworden dan ik bedoeld had en ik had er meer van mijn eigen gedachteleven in prijs gegeven.’Ga naar eind6 In de romans Tooverlantaarn, Avontuur, Kasteel te huur (1948) en Stad met rose huizen (1954) geven jonge vrouwen zich zonder voorbehoud aan de man op wie zij verliefd zijn. Zowel emotioneel als lichamelijk storten zij zich in het liefdesavontuur, op zoek naar het geluk van het moment. Of de man in kwestie getrouwd is, doet er helemaal niets toe. Haar personages bekommeren zich zelden om (burger) fatsoen. Over Isabels ontmaagding in Stad met rose huizen schrijft Clare Lennart droog: ‘Zij had geen ogenblik berouw achteraf.’ In ‘Liefde en logica’ ligt de sympathie overduidelijk bij de overspelige geliefden. De echtgenote en de huwelijksmoraal doen er niet toe: Ik heb later altijd gedacht dat je aan moraal eigenlijk zo betrekkelijk weinig hebt. Het laat je altijd in de steek als je het nodig zou hebben. Als je werkelijk verliefd bent, dan denk je niet meer aan weerstand te bieden. Je zou het waarschijnlijk niet kunnen. Het is te machtig. Maar het komt zelfs niet bij je op. Het is even absurd als om van een goede zwemmer te verlangen dat hij zich zinken laat. Het is je leven zelf. Zo komt het je voor in ieder geval.Ga naar eind7 | |
[pagina 67]
| |
Clare Lennart op latere leeftijd. Collectie familie Klaver.
In haar romans en verhalen schreef Clare Lennart vrijmoedig over seksualiteit, zonder in details te treden. Het is nergens kleingeestig of damesachtigpreuts en het valt ook weer niet in het andere uiterste van moderne ‘would-be moraalloosheid’, die ze verafschuwde.Ga naar eind8 Verliefdheid leidt dikwijls snel tot een vrijpartij. Haar personages voelen zich niet geroepen tot kuisheid. Als ‘de klaroenstoten van de seks weerklinken voelt de jonge mens zich meegesleurd door een machtige stroom. Hij kan, hij wil ook geen weerstand bieden.’Ga naar eind9 Daarbij heeft Clare altijd oog voor de vrouwelijke beleving van de daad, zelfs als het om troostseks met een Engelse onderduiker gaat: Lichamelijk gaf deze verhouding Isabel geen bevrediging, maar dit volkomen nuchter bedrijven van de liefde, dit zakelijk innemen van de medicijn, die ‘bad dreams’ voorkomen kon, genas toch iets in haar. De lichamelijke kant van de liefde kreeg er een aardser, een minder geëxalteerd aanzien door. [...] Het was of ook in haar de ‘bad dreams’ uit het verleden afdreven.Ga naar eind10 Over het risico op zwangerschap schrijft Clare Lennart open. De mannen in haar romans ‘passen op’, sommige vrouwen worden opzettelijk zwanger en anderen onbedoeld. Hoe dan ook, de consequenties van hun liefdesleven dragen ze zonder morren. De vrouwen (én mannen) voeden hun kind alleen op en krabbelen hun levensonderhoud bij elkaar. | |
Geen preuts trutjeBij het onderzoek naar het liefdesleven van Clara Klaver kijk ik extra kritisch naar mijn bronnen. Vriend en vijand vertellen dat de verlegen Clara Klaver enorme scènes kon maken en dikwijls zeer angstig was. In interviews en herinneringen noemen ze haar ‘zenuwachtig’ en emotioneel, want met haar levendige verbeelding blies Clara kleine voorvallen op tot catastrofes. Deze temperamentvolle vrouw had een even romantisch als radicaal beeld van de liefde. Ze ging volstrekt haar eigen gang in liefdeszaken, ook als ze daarmee echtgenotes of opinies bruuskeerde. Die bedrogen echtgenotes deed ze af als ‘egoïstische vrouwen achter hun theeblad’ die geen oog hebben voor de emotionele noden van hun echtgenoot. Maar voor de mensen van wie ze hield en die ze vertrouwde, was ze een heel loyale en trouwe vriendin. En zo discreet dat vrienden van elkaar niet wisten dat ze bij Clare Lennart over de vloer kwamen. Wat de papieren bronnen betreft: Clara is in 1972 vrij plotseling overleden en had weinig opgeruimd, zodat ze een omvangrijk archief achterliet. Haar literaire nalatenschap is door Dolf Verroen bezorgd en bij het Letterkundig Museum ondergebracht. Daarvóór had haar zuster Eveline Klaver al persoonlijke brieven weggehaald. De documenten die ik onder ogen krijg in het Letterkundig Museum, zijn dan ook een selectie. Telkens vraag ik mij af waarom ik een bepaald document wél mag zien, zoals het dagboekje over Clara's eerste liefde in Olst, en andere, zoals Clares correspondentie met Frans Coenen, niet.Ga naar eind11 Hebben Verroen en Klaver een bepaald beeld van Clares (liefdes)leven in Den Haag gedeponeerd? Wat is er bedekt onder de mantel der liefde? | |
[pagina 68]
| |
Waarschijnlijk niet veel. In mijn biografie komen geen sappige onthullingen over Clara's liefdesleven. De meeste feiten zijn al bekend, want in de ‘vrijgevochten’ jaren zeventig namen haar collega's en familieleden geen blad voor de mond. Nog geen drie jaar na Clara's dood verklapte Harriët Freezer dat Clare Lennart een abortus had ondergaan.Ga naar eind12 Vier jaar later schreef Clara's zuster Eveline Klaver openhartig: Ze was geen conventioneel meisje, dat zich aan de regels van ‘Hoe hoort het eigenlijk?’ stoorde. Vriendschappen met jongens die ze sloot ontstonden niet bij vrienden of kennissen. Als ze iemand in trein, tram of bus, eventueel op straat ontmoette, die notitie van haar nam, graag een eindje mee opliep, had ze daar geen bezwaren tegen, als het tenminste een aardige jongen leek. Ze had tamelijk oppervlakkige relaties met een zekere James, met een Leo, een Henk, ook wel op erotisch gebied, maar het raakte haar niet diep. En over Wim van den Boogaard: ‘Waarschijnlijk is hij een goede bed-partner geweest.’Ga naar eind13 Eveline maakte heel duidelijk dat haar zus ‘geen preuts trutje’ was.Ga naar eind14 | |
Het is je leven zelfZowel uit Clara Klavers werk als uit haar levenswandel rijst het beeld op van een gereserveerde vrouw met een rijk gevoelsleven, voor wie seksualiteit belangrijk was. De liefde (bedrijven) hoorde onlosmakelijk bij het leven en bij haar werk: ‘Het is je leven zelf.’ Over Clara's liefdesavonturen zal ik dan ook uitgebreid schrijven. Zowel de feiten als het hoe en waarom. Vrijuit, want alle feiten liggen al sinds de jaren zeventig op straat. En Clara had geen kinderen die ik hoef te beschermen tegen mogelijk gênante details. Maar ik vraag me telkens af wat Clara zelf van die openheid over haar relaties zou vinden. Haar personages mochten dan openlijk ‘in zonde’ leven, zelf verstopte ze haar minnaar Wim van den Boogaard jarenlang. Pas toen ze in 1947 met Wim trouwde, durfde ze zich veilig in het openbaar te presenteren als schrijfster. Als interviewers iets over haar verleden vroegen, omzeilde ze handig haar avonturen in de jaren dertig.Ga naar eind15 Haar onconventionele levenswandel was het gevolg van haar consequente keuze van haar liefde voor een bepaalde man, niet omdat ze per se ‘ruimdenkend’ wilde zijn. Ze vond het gewoon - ook met het oog op de verkoop van haar werk - niet nodig de katholieke moraal of behoudende protestantse lezers te choqueren. Die keurden haar romans toch al af, want het ‘volkomen afwezig zijn van alle moraal wijst op puur heidendom.’Ga naar eind16 Bovendien vond ze dat er in het prijs geven van ieder geheim, van alle reserve, iets minderwaardigs lag: ‘Openheid - tegenwoordig zo hartstochtelijk nagestreefd - ligt vaak heel dicht bij exhibitionisme en niet zelden overlappen beide elkaar.’Ga naar eind17 Daarom ben ik in haar geest terughoudend met hints en details die ik niet kan verifiëren. Als bepaalde informatie niet in andere bronnen is terug te vinden, niet in haar oeuvre resoneert en evenmin tot een beter begrip van het werk leidt, laat ik die weg. Hoe nieuwsgierig ik persoonlijk ook ben. Maar mijn vierde vraag, waarom Clara Klaver op oudere mannen viel, hoop ik nog wel te kunnen beantwoorden. petra teunissen-nijsse studeerde Nederlands aan de Universiteit Leiden. Zij is zelfstandig tekstschrijfster en werkt aan een proefschrift over Clare Lennart. Zij publiceerde ook over Louis Couperus en coördineerde het Jubileumjaar Louis Couperus 2013. |
|