Nieuw Letterkundig Magazijn. Jaargang 15
(1997)– [tijdschrift] Nieuw Letterkundig Magazijn– Auteursrechtelijk beschermdInterview met prof. P.J. Uitermark, deelnemer aan het forum over de vaste boekenprijsAls econoom en als boekenminnaar trekt u fel van leer tegen de voorstanders van de vaste boekenprijs. Uw standpunt is des te opmerkelijker omdat het stoelt op zowel culturele als economische argumenten. De vaste boekenprijs dient geen cultureel doel, stelt u vast. Welk doel dan wel?
Een economisch doel. Het ‘culturele argument’ vertaal ik zoveel mogelijk in wetenschappelijk economische termen. De vaste boekenprijs bereikt niet de drie doelen die volgens de voorstanders ervan bereikt zouden moeten worden: een fijnmazig net van rijk gesorteerde boekhandels in stand houden, boeken met een hoge culturele waarde helpen voortbrengen en het subsidiëren van het culturele erfgoed. In 1980 stelde het boekenvak zelf als criterium voor een assortimentsboekhandel een minimum van 25% tot 30% van de bestaande titels. Anno 1997 constateer ik dat van een fijnmazig net van assortimentsboekhandels, in Nederland eenvoudigweg geen sprake is. Dat verzin of bedenk ik zelf niet. Ik constateer alleen dat de in stelling gebrachte argumentatie niet met de werkelijkheid klopt. Hetzelfde geldt voor het idee dat de uitgever namens de overheid in de bescherming van de cultuur participeert. Dat klinkt indrukwekkend en cultuurminnend. In feite handelt de consument, de boe- | |
[pagina 72]
| |
kenkoper zoals hij of zij wenst. De vaste boekenprijs brengt dáárin geen wijziging. Wat in feite gebeurt is dat de vaste boekenprijs een vorm van interne subsidiëring is die met liefde voor de cultuur weinig te doen heeft. Van de tien boeken, lopen er twee goed, twee gemiddeld en op de zes overige wordt verlies geleden. Deze verliezen - of dat nu een dichtbundel betreft of een kookboek - worden dus altijd intern gecompenseerd (bedrijfsinterne subsidiëring). Het behoort tot de ‘condition humaine’ van het boekenvak. Dat ‘mooie’ maar moeilijk verkopende boeken op deze wijze aan het grote publiek gepresenteerd kunnen worden is een fabel. Deze boeken staan achter slot en grendel in de ongeveer honderd assortimentsboekhandels die Nederland kent. En voorts natuurlijk in het Centraal Boekhuis in Culemborg. Maar daar komt geen consument en dus weet deze eigenlijk niet eens wát er, buiten de top-tien stapels, te koop is. De vaste boekenprijs is vooral een instrument voor het veiligstellen van de belangen van de uitgever.
De wederzijdse klachten van boekverkopers en van boekenkopers zijn niet nieuw. In feite zijn ze gelijktijdig met de uitvinding van de drukpers ontstaan. Boekenliefhebbers vinden de prijzen altijd te hoog, uitgevers en boekverkopers hun marges te beperkt om een rijk assortiment te kunnen aanbieden. Op het boekenbedrijf rust een soort mythe. Deze mythe maakt het mogelijk de marktwerking buitenspel te stellen zodra het om boeken gaat. Hoe analyseert u deze mythe?
Al bestaat inderdaad deze merkwaardige mythe rondom het boek als cultuurdrager bij uitstek, het zou een misverstand zijn om te geloven dat de marktwerking in de boekhandel buitenspel is gezet. De marktwerking kan door de vaste boekenprijs niet lam worden gelegd. Het argument van de te hoge prijs van boeken heb ik persoonlijk nooit gehanteerd. Maar voorzover de prijsbinding gehanteerd wordt om de economisch inefficiënte boekhandelaar in de markt te houden gaat dat argument wél op. In feite leidt het systeem er eigenlijk toe, dat de boekhandelaren zetbazen zijn van de uitgevers en zich ongeveer kunnen gedragen als de postzegelverkoper op het postkantoor. Dit gedrag beperkt hun vrijheid aanzienlijk. Het vloeit voort uit de angst het te verliezen van grote supermarkten. Risico's worden dus vermeden. Waarom is een poëziebundel verhoudingsgewijs zo duur? Omdat de oplage klein is, wordt er beweerd. Maar als de interne subsidiëring via de vaste boekenprijs zou functioneren, zou deze prijs vanzelfsprekend aanzienlijk verlaagd moeten worden. Maar dat gebeurt niet. De mythe is dus werkelijk een mythe.
Volgens u heeft de vaste boekenprijs - een vorm van verticale binding - al veel te lang geduurd en benadeelt deze een gezonde economische werking binnen de boekenbranche. Het is niet zonder felheid dat u deze mening verdedigt. Waarom?
De vasthoudendheid waarmee ik mijn mening over de gewenste afschaffing van de vaste boekenprijs verdedig, is heel eenvoudig uit te leggen. Als wetenschapper kan ik niet aanvaarden dat valse argumenten gebezigd worden. En in dit debat moet ik concluderen dat zulks het geval is. Als econoom wordt mij meestal verweten weinig tot geen voeling met de cultuur te hebben. Maar ik ben geen barbaar. Boeken koop ik als ieder ander, veel zelfs. Dat er een ramp op ons af zou komen als de vaste boekenprijs afgeschaft zou worden is pertinent onwaar. Wel voelen boekhandelaren en uitgevers die hun handelwijze niet wensen te veranderen, laat staan te vernieuwen, zich bedreigd. Dat laatste is dan ook de werkelijke bedreiging.
Christiane Berkvens-Stevelinck Algehele verzorging: Grafaria - Leiden |
|