Nieuw Letterkundig Magazijn. Jaargang 9
(1991)– [tijdschrift] Nieuw Letterkundig Magazijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 8]
| |
Camera Obscura annotata IIn het verhaal Begraven in de Camera Obscura (ik citeer uit de Een-en-Twintigste, met zorg herziene druk, 1901) komt op blz. 420 de volgende zinsnede voor: ‘De thermometer daalde van Bloedwarmte tot Vorst.’ De beginkapitalen van twee van de drie substantieven zijn evenzovele waarschuwingstekens voor de annotator dat hier iets aan de hand is. Het WNTGa naar eind1 vermeldt onder de samenstellingen van bloed in de eerste betekenis (‘De vloeistof in de aderen van het dierlijk lichaam’Ga naar eind2) met een bijvoeglijk naamwoord: ‘bloedwarm is eene gewone aanduiding op de schaal van thermometers’. Nog even afgezien van het feit dat in de tekst sprake is van bloedwarmte (al hebben Proza en poezy, 1840, waarin Begraven voor het eerst is afgedrukt, en de Vierde, volledige Uitgave, 1854, tot en met de Dertiende, herziene Druk, 1880, van de Camera Obscura wel degelijk het adjectief) is dit een weinig verhelderende mededeling. Hier wreekt zich het feit dat de schaalverdeling volgens Fahrenheit die ten tijde van de verschijning van deel twee van het WNT nog de normale op de huis-, tuin- en keukenthermometer was, thans geheel in onbruik is geraakt. Als het woordenboek faalt, moet gespecialiseerde literatuur uitkomst brengen. In een artikel in het Chemisch Weekblad,Ga naar eind3 geschreven naar aanleiding van het 250ste geboortejaar en 200ste sterfjaar van de instrumentenmaker en amateur-natuurkundige Daniel Gabriel Fahrenheit, maakte het echtpaar Ernst Cohen en W.A.T. Cohen-de Meester (de Jan en Annie Romein van de geschiedenis van de natuurwetenschappen) een brief openbaar van hem aan de beroemde Leidse medicus Boerhaave (1668-1738), gedateerd 17 april 1729, waaruit ik de volgende relevante passage citeer:Ga naar eind4 ‘Wat de middelen aangaat door de Welke ik op den Weg der Verbeetering van de Thermometers geraakt ben, zoo diend tot UWelEdele Dienst Vriendelyke Naarigt, dat ik Ao. 1708 door de Verkeering met den Voortreffelyken roemer te Koppenhagen [de Deense wis-, natuur- en sterrenkundige Olaf Rømer (1644-1710) - D.W.] de eerste aanleyding daartoe gekreegen hebbe, want op een morgen eens aan zyn Huys koomende vond ik dat hy eenige Thermometers in Water en Ys staan hadde, die hy naderhand wederom in Warm Water plaatste twelk bloed louw warm gemaakt was, & naar dat hy deese twee termini op alle beteekend hadde, zo wierd de helfte van 't gevondene Spatium nog onder den terminum van 't V[at] met Ys gevoegd, & dit geheele Spatium wierd dan in 22½ Deele verdeelt beginnende van onderen met 0 koomende dan 7½ gr. voor den terminum van 't V[at] met Ys, & 22½ voor den terminum van 't Bloedwarme van welke verdeeling ik my ook nog tot in 't Jaar 1717 bediend hebbe, met dit onderscheyd alleenlyk dat ik nog elken graad in 4 klynere verdeelde.’ Aan het begin van 1717 vestigde Fahrenheit zich in Amsterdam waar hij kwikthermometers ging maken.Ga naar eind5 Deze hadden, zoals hij in 1724 schriftelijk vastlegde in het periodiek Philosophical Transactions, een schaalverdeling gebaseerd op drie termini fixi.Ga naar eind6 De laagste daarvan | |
[pagina 9]
| |
was de temperatuur van een mengsel van ijs, water en ammoniak- of zeezout, 0o F ofwel ca. - 17,5o C, en de hoogste de lichaamstemperatuur van een gezonde man, 96o F ofwel ca. 35,5o C. Zoals goed is af te lezen op de hierbij afgebeelde schaal van een thermometer van omstreeks 1760, afkomstig uit de collectie van het Museum Boerhaave te Leiden, werden deze cijfermatige waarden weergegeven door de woorden vorst en bloedwarm.
Dick Welsink |
|