een avondvullende documentaire die het linkse standpunt over ‘de geschiedenis van de vooruitgang’ uit de doeken doet. Dat daarbij ook een behoorlijke dosis zelfkritiek meespeelt, maakt het lezen van de bundel alleen maar spannender.
Ook getuigt Mausoleum van een prachtige paradox. In een interview met mij, afgenomen tijdens Poetry International 1979 en gepubliceerd in de Volkskrant van 16 juni 1979, zegt Enzensberger: ‘Ik geloof dat mijn belangstelling voor contradicties en verschillen is toegenomen. Ik ben er niet meer zo in geïnteresseerd om altijd aan “de goede kant” te staan, ik ben me gaan interesseren voor de vijand, voor de machten die tegenover ons staan. Ook in een historisch perspectief gezien kan het van belang zijn soms met je tegenstanders te sympathiseren. We moeten ons namelijk afvragen waar we, in de geschiedenis van de vooruitgang, in de fout zijn gegaan. De vijand is niet iemand die alleen buiten onszelf bestaat, hij is niet alleen de klassevijand en de kapitalist, hij zit ook in onszelf. In de zestiger jaren profeteerde de Amerikaanse Black Power-filosoof Eldridge Cleaver: “You're either part of the problem, or you're part of the solution.” Ik geloof dat dat een denkfout is: je bent ook altijd een deel van het probleem. Ik heb dat in mijn bundel Mausoleum willen illustreren. Mausoleum gaat uit van de paradox dat de vooruitgang inherent destructief is, maar dat we zonder vooruitgang niet kunnen bestaan.’
Eind vorig jaar verscheen in de Bondsrepubliek een tweede bundel van langere adem, Der Untergang der Titanic. In ‘Titanic’ figureert niet alleen letterlijk de ondergang van het in 1912 als een wereldwonder beschouwde schip, dat niettemin al op zijn eerste tocht met een ijsberg in aanvaring kwam en werd opengescheurd en zonk, ook het politieke idealisme van de jaren zestig speelt op de achtergrond mee. Gedichten over het zinken van de Titanic worden afgewisseld met gedichten die op Cuba (tropenzon, utopie anno 1969) en in Berlijn (sneeuw, ondergang van de utopie anno 1969) gesitueerd zijn. Het eigenlijke verhaal wordt analoog aan Dante's Louteringsberg in 33 zangen neergezet. Daarnaast zijn er nog gedichten die alleen zijdelings met deze onderwerpen te maken lijken te hebben.
Het belangrijkste thema van Der Untergang der Titanic lijkt mij echter de ondergangsgedachte als ‘idée fixe’ te zijn, de fixatie van het