Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 31(1978)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 741] [p. 741] Het lied van het zuiverste water met weinig ben ik tevreden: een plekje om languit te liggen van je voeten tot je hoofd geen licht dan je ogen geen warmte dan je hart geen voedsel dan je mond geen kleding dan je huid niet meer geluid dan je stilte niet meer wind dan je adem niet meer regen dan je tranen niet meer zon dan die opkomt in je bloedhete nest en ruiken wil ik niets dan je haren en proeven wil ik niets dan je lippen en tasten wil ik niets dan de grenzen van je lijf geen drinken dan het water tussen je tanden geen muziek dan de tedere snaar van je stem geen vogellied dan je opperste kreet [pagina 742] [p. 742] geen vrolijkheid dan je lach geen schaduw dan je verdriet geen dak boven 't hoofd dan je windvrije gedachten geen god dan je vlees en bloed geen hemel dan de aarde van je lichaam geen eeuwigheid dan je korte duur ik zou je willen geven een mooie droom als je slaapt in het donker een vuur als je bloed bevriest en honderd papavers om de herfst te verdragen wat kan ik je anders geven dan een hand die tast in het duister dan een zoeklicht dat zwaait over 't strand dan een zwaluw onrustig op reis veel meer kan ik je niet geven dan een wonderboom een zachtzinnige aardschok dan een warme beek die uitstroomt in zee samen het kwadraat van één Geert VAN BEEK Vorige Volgende