Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 22

Een schande: spiegel van de Nederlandse poëzie 5

(Dr. Victor E. van Vriesland, Amsterdam, 1968)

Van Vriesland heeft het recht waardeloze verzen uit te lezen, maar hij heeft niet het recht valse informatie over dichters te leveren, en niet het recht om een bundel ‘hedendaagse dichters’ te heten als hij het hedendaagse niet behandelt.

De keuze van kopij werd afgesloten in 1966. Laten we even kijken welke Vlamingen toen nog schreven volgens Van Vriesland.

Aerts, P. (laatst vernoemde bundel 1956); Auwera, S. van der (1960); Backer, M. de (1962); Beeck, Nic van (1947); Berghmans, J. (1962); Bern, B. (1964); Bontridder, A. (geen bundel, tekst van 1951); Braet, M. (1965); Brouwers, J. (1959); Bruggen, G. (1965); Bruggen, N. van (1963); Brussel, G. van (1959); Bruylants, L. (1952); Cauwels, J. (1965); Christiaens, D. (1967); Claus, H. (1961); Corban, Cl. (1957); Cranshoff, W. (1966); Dalschaert, A. (1960); Dangin, M. (1960); Doorn, W. van (1959); Duma-

[p. 596]

rais, F. (1964); Durant, R. (1956); Durnez, G. (1960); Frateur, L. (1963); Gils, G. (1966); Goddijn, P. (1963); D'haen, C. (geen bundel, tekst uit 1954); Haes, J. de (laatste bundel 1954); Haesaert, Cl. (1961); D'haese, K. (1964); Halsendaele, M. van (1964); Handtpoorter, F. (1962); Heidbuchel, E. (1965); Herreweghen, H. van (1953); Hoeven, J. van der (1959); Hooybergs, R. (1965); Insingel, M. (1966); Janssen, D. (1960); Joossen, F. (1964); Kerckhove, R. van de (1951); Kerckhove, I. van (1965); Keymeulen, P. van (1948); Kruithof, C. (1956); Lernout, W. (1957); Lotens, W. (1965); Maele, M. van (1956); Magerman, A. (1962); Malbrancke, P. (1961); Mechelen, J. van (1964); Mesotten, B. (1955); Meyland, F. (1953); Michel, L. (1965); Pernath, H.C. (1963); Poppe, A. (1948); Possemiers, P. (1962); Preester, E. de (1964); Preter, F. de (1961); Renis, R. (1964); Rens, L. (1952); Roggeman, W. (1960); Roover, A. de (1953); Rottiers, A.K. (1952); Schouwenaars, Cl. (1966); Smet, P. de (1955); Snoek, P. (1955); Speliers, H. (1963); Suenaert, A. (1956); Turnhout, J. van (1965); Vandeloo, J. (1965); Vandeloo, P. (1955); Verm, B. (1967); Verstraete, J. (1964); Veulemans, J. (1960); Wauters, M. (1958); Wilderode, Van (1947); Willekens, E. (1963); Zone, W. (1962).

De feiten springen in het oog. Volgens Van Vriesland is het laatste vers van De Haes uit 1954, het laatste vers van Van Herreweghen uit 1953, van Jan van der Hoeven uit 1959, van Rens uit 1952, van de Roover uit 1953, van Snoek uit 1955, van Van Wilderode uit 1947 (Spiegel Ned. Poëzie, 4).

Van mijzelf is nog nooit een bundel verschenen - maar ‘Gedichten 1946-58’ werd gepubliceerd bij Meulenhoff, waar ook de Spiegel van de Nederl. Poëzie verschijnt - en ik ben de eerste Vlaamse schrijver die de uitzonderlijke Nederlandse onderscheiding van de vander Hoogtprijs (Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden) verkreeg.

In bundel 4 en 5 ontbreken Gilliams, Jonckheere, Vercammen, de Corte, Reninca, Ben Cami, De Vree. Wat hebben al die mensen toch Van Vriesland aangedaan?

Ik beschuldig Van Vriesland niet van nalatigheid, neen, ik beschuldig hem van grove vervalsing, leugen, ontoelaatbaar en vrijwillig bedrog.

In Vlaanderen schrijven de belangrijke dichters - op enkele uitzonderingen na - niets meer. De Hollandse

[p. 597]

dichters echter schrijven wel. Andreus schrijft nog in 1965, Campert in 1965, Elburg in 1965, van der Graft in 1961, Kouwenaar in 1965, Nooteboom in 1964, Polet in 1963, Warmond in 1966, Buddingh' in 1965, Vroman in 1965.

De conclusie ligt voor de hand: de Nederlandse dichters hebben geen concurrentie te vrezen. Vlaamse dichters schrijven niet, Vlaamse dichters kunnen dus niet gekocht worden.

En dit boekdeel van Van Vriesland kostte mij 210 Belgische frank. De Vlamingen betalen die stok om hen mee te slaan duurder dan de Hollanders.

Waartoe dienen de Conferenties der Nederlandse letteren, als wij ons op dergelijke manier laten in de luren leggen?

Christine D'haen