Zo kwamen in de Olympia Press aan het licht: Markies de Sades Bedroom philosophers, Millers Plexus, Samuel Becketts Watt en Molloy, Jean Genets The Thiefs Journal en Our Lady of the Flowers, enz.
‘In 1955 (aldus Maurice Girodias) kreeg ik twee belangrijke manuscripten van meer dan gewoon belang; beide door verschillende Amerikaanse uitgevers geweigerd: J.P. Donleavy's The Ginger Man, en Vladimir Nabokovs Lolita.
‘De geschiedenis van Lolita omsluit enkele der beste en enkele der slechtste ervaringen die ik als uitgever heb opgedaan...
Ik zal me altijd de uitwerking herinneren die het lezen van Lolita op me had: dat gevoel van grote opwinding en volslagen zekerheid, dat zo zelden in het leven van een uitgever voorkomt, soms nooit. Ik was geheel en al geboeid door de vele paradoxen waarop dat subtiele monument was opgebouwd, de literaire vorm die tot de vroegere Russische traditie behoort en het onderwerp dat in de psychologie van de Nieuwe Wereld thuishoort; de onmenselijke koelheid en het grandioze gevoel van eigenwaarde van de schrijver-hoofdpersoon, die zo vreemd samengaan met zijn neiging zichzelf te willen offeren, zijn ultrareactionaire standpunten die zo moeilijk in overeenstemming te brengen zijn met zijn nihilistische aanval op de bestaande orde...
Ik had er echt geen vertrouwen in dat er zakelijk wat in het boek zat (blijkbaar wordt hier door Girodias bedoeld dat het boek niet het uitgesproken karakter had van een gangbare, vulgaire pornografie). Mijn besluit om het uit te geven berustte louter en alleen op mijn persoonlijke geneigdheid hiertoe. Aanvankelijk was Nabokov overtuigd dat Lolita nooit in Amerika gebracht kon worden. Hij stemde met mijn voorstel in om een aantal Franse zinnen en aanhalingen te schrappen, die, naar mijn mening, zijn stijl wel wat al te geaffecteerd maakten...
De publikatie in 1955 werd volkomen doodgezwegen... Maar einde 1955 had The Sunday Times een vraaggesprek met ettelijke schrijvers omtrent ‘het beste boek van het jaar’. En Graham Greene sloot Lolita bij zijn keus aan. Dit maakte John Gordon, de hoofdredacteur van The Sunday Express, zo razend dat hij in zijn rubriek schreef: ‘Op deze aanbeveling heb ik Lolita gekocht, dat is ongetwijfeld het smerigste boek dat ik ooit heb gelezen, niets dan onbeperkte pornografie’.
Daarop nam het boek een enorme vlucht’.
(......)
In 1957 werd het in Amerika vrijgegeven en onmiddellijk ving voor Nabokov een schitterende schrijverscarrière aan, dank zij Lolita. Het aandeel dat Maurice Girodias daarbij heeft gehad is aanzienlijk geweest.
‘Lolita (zo vertelt hij verder en ik doe er goed aan hier te beklemtonen dat ik zijn woorden aanhaal uit de Nederlandse vertaling die John Vandenbergh ervan in ‘Randstad’ geeft), Lolita is natuurlijk een proefproces geworden in de meeste landen waar het boek is uitgegeven en verkocht. Op het moment is het nog altijd verboden in Australië, Nieuw Zeeland, Zuid-Afrika en gedeeltelijk in Oostenrijk. In Argentinië was het boek in het Spaans verboden, maar ook dit verbod is ingetrokken. In de strijd tegen de censuur in de Engels sprekende landen, is de publikatie van Lolita de belangrijkste gebeurtenis sedert jaren geweest, en heeft ze de weg gebaand voor het eerherstel van Lady Chatterley's Lover, dat, naar ik hoop en vertrouw, binnenkort