De Nieuwe Gids. Jaargang 1
(1885-1886)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 298]
| |
I.Engelenzang.Van verre komt het als een schoon gerucht:
Daar is een kind gebore' in Bethlems stal -
Zijn naam is Zaligmaker, want Hij zal
De wereld redden, die in weedom zucht.
De wereld kent Hem niet, maar in de lucht
Zijn teekenen en wond'ren door 't heelal;
Uit de open heem'len klinkt een schoon geschal
En eng'lenscharen zingen in de vlucht:
‘Vrede, vrede, - van nú aan en altijd -
Liefde voor állen mensch, ´llen, die
klagen:
Zij zullen allen smaken 't hoogst genot.
Vrede, vreden op aarde! en wélbehagen
In alle menschen! Eere, eere zij God!
Eere in den Hooge en Liefde in eeuwigheid!’ -
| |
[pagina 299]
| |
II.Christus aan het kruis.O Man van Smarten met de doornenkroon!
O bleek, bebloed gelaat, dat in den nacht
Gloeit als een groote, bleeke vlam, wat macht
Van eind'loos lijden maakt Uw beeld zoo schoon! -
Glanzende Liefde in eenen damp van hoon -
Wat zijn Uw lippen stil - hoe zonder klacht
Staart ge af van 't kruis - hoe lacht gij soms zoo zacht
-
God van Mysterie! Gods bemindste Zoon!
O Vlam van passie in dit koud heelal,
Schoonheid van smarten op deez' donkere aard!
Wonder van liefde, dat geen sterfling weet! -
Ai mij! ik hoor aldoor den droeven val
Der dropp'len bloeds - en tot den morgen staart
Hij me aan met groote liefde en eind'loos
leed....
| |
[pagina 300]
| |
III.Christus van het kruis.Vestig die oogen niet op mij: hun blik
Is stijf, als van wie stierf in gruwb're pijn;
Hef niet die handen - 'k zag ze lang - zij zijn
Doorboord - o God, geronnen bloed kleeft dik
Op Uw gewonde voeten - Neen, verschik
Ze niet in hunnen dood: daar is een schijn
Van stille glorie rond Hem en op zijn
Gelaat zie 'k eind'loos leed, maar vrees noch schrik.
O liefste God, dien 'k liefheb wijl Ge lijdt,
Sluit gij mijn oogen, dat ik niet meer zie,
Bind gij mijn lippen dat ik niet meer spreek':
Opdat ik niet, tot stervens bang,
uitbréek
In hoon en eenen storm van snikken, die
Ú zouden smetten in Uw heerlijkheid.
|
|