| |
| |
| |
Bibliographie
Top Naeff. Een huis in de rij. Van Holkema & Warendorf, Amsterdam.
Dit nieuwe boek van Top Naeff is mijns inziens een meesterwerk. Waarom een meesterwerk? Omdat het heelemaal goed is, goed van karakterbeelding, van psychologie, van realiteitsweergave, van stijl. Met stijgende bewondering, met steeds gelijk blijvende innerlijke bevrediging, heb ik dit werk gelezen, dat onder den al te eenvoudigen titel een uitnemend waargenomen brok waarlijk leven verbergt. Nergens, nóóit, heeft de schrijfster de werkelijkheid geweld aangedaan; elk gesprek, elke handeling, elke overpeinzing, elk gevoel der personen is aannemelijk en verantwoord. Deze roman is boeiend in den besten zin van het woord, en tot de laatste bladzijde houdt hij onze aandacht vast met onverminderde kracht. De figuren leven voor ons; in de beschrijving ervan detoneert geen enkel detail: hoe voortreffelijk is de practische, soliede, sterke Toos geteekend, met hoeveel liefde heeft Top Naeff de nobele, sensitieve kunstenaarsnatuur van Gustaaf Rippe nagevoeld, en met hoeveel inzicht en begrip is Hilde, de frivole, oppervlakkige, en tegelijk fijnzinnige en goedhartige, artistieke en menschelijk-feilbare, de sensueele en acrotismische, gegeven! Nogmaals, hóe lang men het bekijkt, en er over nadenkt, dit boek is een precieus geschenk, ons door de schrijfster (toegedacht met het haar eigen zelfvertrouwen, dat volkomen recht heeft van bestaan.
‘Een huis in de rij’ wacht een lange toekomst, en zal menigeen even lief en dierbaar worden als het geniale ‘Voor de poort’.
Het lezend publiek houdt over het algemeen in critiek niet van louter lof: ziehier dus één aanmerking, op een omstandigheid, die zich echter, van het standpunt der schrijfster zeer goed laat verklaren: al schrijvende heeft Top Naeff de door haar gecreëerde menschen zoo lief gekregen, dat zij er niet van scheiden kan. Zij schrijft voort en voort, vertelt de eene episode na de andere, en laat jaren en jaren nà het oogenblik, dat Gustaaf zijn illusiebestaan afsloot, afsluiten moest, voorbij gaan, zonder dat zij het bemerkt. Wat is nu het geval? Wij zijn zeer zeker genoegzaam geïnteresseerd
| |
| |
in de familie Rippe, om te willen weten, hoe het hun verder ging, maar...... de roman, die, tot bladzij 380 kennelijk absoluut in het heden speelt (het toiletje op blz. 274 is hiervan o.a. wel een zeer ‘sprekend’ bewijs) daarna opeens een anachronisme wordt, want blijkbaar tien, vijftien jaren vroeger is gebeurd! Hetzelfde was het geval met Voor de Poort, waarop ik indertijd eveneens heb gewezen; ook toen kon de schrijfster moeilijk een slot vinden... en misschien zou Top Naeff, die in de gelukkige omstandigheid van b.v. een Elisabeth Barrett Browning verkeert: van alleen te hoeven schrijven, als zij er zich volmaakt geïnspireerd en gestemd voor gevoelt, beter doen, éér zij begon, eerst te wachten, totdat de compositie in haar geest en verbeelding geheel en onveranderlijk vast stond. ‘Ik weet nooit, als ik ga schrijven, wat het worden zal, een novelle of een roman,’ heeft Top Naeff eens gezegd: welnu, laat zij, die nooit onder hoogdruk heeft te werken, dan liever wachten met den aanvang van haar werk, totdat zij het wel weet. Dit is de goed-gemeende raad van iemand van veel ervaring en veel routine! Deze ‘aanmerking’ doet echter niets af aan mijn groot enthousiasme voor Een huis in de rij, een uitgave, waarmee ik heel blij ben, en die ongetwijfeld door een breed publiek van ganscher harte zal worden liefgehad en innig gewaardeerd.
| |
C. van Lienden-de Greve. Van Holkema & Warendorf, Amsterdam.
De overgang van Top Naeff naar C. van Lienden-de Greve is wel héél groot! maar om den vorstelijk-verzorgden maaltijd, dien we genoten, behoeven we daarom het zoete ‘toetje’ niet te versmaden, dat op zichzelf ook heel smakelijk kan zijn. Deze nieuwe schrijfster heeft durf en vaardigheid, en haar eersteling, vlot, levendig, geanimeerd geschreven, geeft op aardige, aantrekkelijke wijze een modern levensbeeld.
| |
S.J.G. Premsela-den Boer. De jeugd van Jettie Verhoeken. Z.H. Uitg. Maatschappij, 's-Gravenhage.
Ook deze eersteling leest aangenaam. Mevr. Premsela vertelt oprecht en onomwonden alle ups and downs uit een meisjesleven;
| |
| |
en ook deze tranche de vie brengt ons weer wat nader tot de kennis der ingewikkelde vrouwelijke psyché. Bizonder geslaagd is de serie ‘Kleine geschenken’, waarin dit even eerlijke als welbeheerschte verhaal verscheen.
| |
Marie Gevers. Guldentop. Z.H. Uitg. Mtsch., 's-Gravenhage.
Verrukkelijk, verrukkelijk boekje. Zoo frisch en jong en bekoorlijk als een bouquet versche rozen. Zelfs de strengste, strakste geest zal hierdoor nog worden gecharmeerd, evenzeer als door het spel van witte wolken over een pastelblauwe lucht, het fladderen van vlinders over kleurige bloemen, het schuimen der golven op het zonbeschenen strand......
| |
Henriëtte van Eyk. Gabriël, De geschiedenis van een mager mannetje. Querido, A'dam.
Ik herinner mij, dat Gabriël (misschien gedeeltelijk) is verschenen als een cahier der Vrije Bladen en dat het toen door de jongeren nogal geprezen is. Maar het lijkt mij toch werkelijk ‘overdone’, als men hier en daar Henriëtte van Eyk ‘onze eenige humoriste’ hoort noemen. Een ongebreidelde fantasie, een stuurloos voorthollen op allerlei vreemde paden, is soms wel grappig, is soms wel amusant, - maar humor, het product van een zeer fijnen, lichtelijk ironischen, diep-peilenden, het tragische, zoowel als het comische evenzeer exact aanvoelenden geest, is toch nog wel iets anders! Deze wilde, onsamenhangende droom staat op een vrij wat lager niveau en ontkomt volstrekt niet altijd aan het epitheton ‘goedkoop’. Een beetje meer zelfbeheersching zou aan het werk van deze schrijfster zeker ten goede komen; we zouden dan niet meer onthaald worden op een ‘verhaal’, dat wel iets heeft van ‘a tale told by an idiot’; Henriëtte van Eyk heeft capaciteiten genoeg, - laat zij ze dan ook gebruiken; haar werk zal er stellig aan blijvende waarde door winnen.
| |
C.N. Ritter-Landré. De 5 en de inbraak. Z.H. Uitg. Maatsch., 's-Gravenhage.
Henriëtte van Eyk zou onze eenige humoriste zijn? 't Mocht wat! Deze verrassende eerstelinge van mevr. Ritter bevat humor in rijke
| |
| |
mate, maar van een veel substantiëeler gehalte dan het borrelende spuitwater van Henriëtte van Eyk's fantasie. Hier is niet alleen een ongeremde verbeelding aan het werk, neen, mevr. Ritter discht ons reëele feiten op, en alleen de wijze van voorstellen maakt ze humoristisch, zoodat we er nu en dan hartelijk om moeten lachen. Deze roman is stevig gebouwd, men heeft er overal houvast aan, en in den tegenwoordigen tijd, nu men wat echte vroolijkheid zoo goed gebruiken kan, is De 5 en de inbraak een ware verkwikking, waarvan het succes onmogelijk uitblijven kan.
| |
Marianne Philips. Het oogenblik. C.A.J. van Dishoeck, Bussum.
Marianne Philips, die hoe langer hoe meer op den voorgrond komt, heb ik altijd zeer gunstig kunnen beoordeelen. (Des te meer verwondert het mij, haar Bruiloft in Europa niet ter recensie te hebben ontvangen.) Deze bundel verhalen legt opnieuw getuigenis af van haar veelverscheiden talent, dat deze schrijfster altijd smaakvol genoeg is ‘van vreemde smetten’ (in casu tendenzen) vrij te houden. In deze novellen wordt het gevoel vaak verborgen achter een zeker wrang cynisme, maar geen oogenblik verliezen wij den indruk, dat hier aan het woord is een schrijfster van diep sentiment en van groote knapheid. De laatste schets Weensche film zou niet misplaatst zijn geweest in de Contes cruels van Villiers de l'Isle Adam.
| |
Leck Fischer. Toen het Maandag werd. Vert. Dr. Annie Posthumus. Z.Holl. Uitg. Mtsch., 's-Gravenhage.
De boeken der Cultuur-serie van de Z.H. Uitg. Mtsch. zijn door hun kloek formaat, de als schilderijen zoo fraaie omslagteekeningen, welverzorgdheid van hun uitzicht, den uitstekenden druk, alreeds een voornaam en kostbaar bezit, maar ook de keuze der boeken is onfeilbaar, zoodat de inhoud altijd iets bijzonders is, en ons intellect en ons gemoed blijvend verrijkt. Drie dagen uit het leven van één gezin...... maar in deze drie etmalen synthetiseert zich de geheele moderne wereld: wij allen voelen iets van de spanning en de onrust, die de uitnemend geteekende fictieve personen zèlf ondervinden. Ook iets kenmerkends voor de Directie der Z.H. Uitg.
| |
| |
Mtsch. zijn de altijd voortreffelijke vertalingen; uit het Deensch werd bovengenoemd boek in het Hollandsch zuiver overgebracht door Dr. Annie Posthumus. (Eigenaardig doet het aan, telkens te lezen: ‘Svea vroeg’, enz., waar wij gewoon zijn te zeggen: ‘vroeg Svea’.)
| |
Jo Roger-Tourte. Drie jaren tentleven. J. Noorduin & Zn., 's-Gravenhage.
Twee ondernemende jonge menschen zijn den aardbol omgetrokken. Zij hebben er drie jaar over gedaan en in dien tijd zooveel gezien en zooveel beleefd, dat het vrouwtje er een geheel boek over heeft kunnen schrijven, dat boeiender leest dan den meest sensationeelen roman. De tekst is verlucht naar teekeningen en fotografische opnamen. En wie van reisverhalen houdt, vindt er hier een om van te smullen zoo interessant.
| |
Trygve Gulbranssen. En eeuwig zingen de bosschen. Z.H. Uitg. Mtsch., Den Haag.
De knapste en het meest de aandacht trekkende Noorsche auteur van het oogenblik is Trygve Gulbranssen, en zijn eerste boek is thans onder het bereik van het Hollandsche publiek gebracht door de voortreffelijke vertaling van Dr. Annie Posthumus. Wij in Nederland hebben altijd een ‘zwak’ gehad voor Noorsche, Zweedsche en Deensche productie, maar ieder zal moeten erkennen, dat deze krachtige, indringende auteur een grandioos aspect op het leven geeft, en de oudere schrijvers: Jonas Lie, Gustav af Geyerstam, Axel Lundegard en zelfs Herman Bang verre, verre achter zich laat, Dit boek met den suggestieven omslag is een cadeau van blijvende waarde, dat door iedereen zal worden geapprecieerd.
| |
Anna van Gogh-Kaulbach. Schaduwkinderen. A.W. Sijthoff, Leiden.
Met de haar eigen, vaste hand zet mevrouw Van Gogh twee levens naast elkaar, van een paar meisjes, die zij met den suggestieven naam van Schaduwkinderen betitelt. Zeer knap, zooals deze ernstige, degelijke schrijfster dat kan, ontwikkelt zij hunbeider leven op logische wijze, dat van Nora, hetwelk voert naar den dood, dat van Lies, dat leidt naar het geluk. Een mooi, heel mooi boek.
| |
| |
| |
Willy Corsari. Alleen maar Peter. H.P. Leopold's U.-M.N.V., 's-Gravenhage.
Willy Corsari is de eenige schrijfster in Nederland, die overeenkomst toont met Vicki Baum. Ook zij bezit een universeelen geest, een cosmopolitische menschenkennis, een exact voorstellingsvermogen, een heldere fantasie. En met deze vergelijking tusschen de beide schrijfsters bedoel ik natuurlijk voor Willy Corsari niets dan lof. Want het hindert mij altijd, als ik would-be-critici ‘von oben herab’ over Vicky Baum zie schrijven. En wederom, als zoovele malen, zou ik hun willen vragen: Laast ge alles van deze schrijfster, die ge verguist? Ook, behalve de boeken, die iedereen kent (Menschen im Hôtel, Zwischenfall in Lohwinckel, Eingang zur Bühne), Das grosze Einmaleins, Feme, Leben ohne Geheimnisz, maar bovenal dat gave, onovertrefbare meesterstuk ‘Hunger’ in Die andern Tage? En zoo niet, spaar ons dan in 's hemelsnaam uw oppervlakkigen hoon.
Alleen maar Peter kan in essentie vergeleken worden met: Leben ohne Geheimnisz; alleen ‘in essentie’, want Willy Corsari bezit, gelukkig, oorspronkelijkheid en kracht en inventievermogen genoeg. Fijn en gevoelig is dit boek en getuigend van een zuiver inzicht in de enigmatieke psyché eener actrice en vrouw.
| |
Jo van Ammers-Küller. Prins incognito. Meulenhoff, Amsterdam.
Wat een buitengewoon gelukkig gekozen titel voor een buitengewoon aantrekkelijk, modern en zeer goed geschreven boek. Dat mevrouw van Ammers een knappe auteur is, wisten we al lang; dat zij een clever plot kan ensceneeren, wisten we óók, eveneens dat zij vlot en aangenaam schrijft. Prins incognito is daar een nieuw voorbeeld van. Het boek houdt u vast, en ge legt het niet neer, alvorens de laatste bladzij is gelezen. (Dat Julia, zonder dit te weten, juist kamers huurt bij de echtgenoote van den jongen man, met wien zij een liefdesverhouding begonnen is, is wel wat heel toevallig, - maar ja, anders zou een zeer goed gedeelte van den roman niet geschreven hebben kunnen zijn. Ook geloof ik nooit, dat tijdens de ziekte van Friedel, de verwende Julia zèlf zoozeer de handen uit de mouw zou hebben gestoken, zij zou natuurlijk een
| |
| |
noodhulp of ten minste een werkster hebben genomen.) De karakters zijn met vaste, strakke lijnen neergezet, en de huwelijksverhoudingen zijn met zeer juist psychologisch inzicht en geheel up to date behandeld.
| |
Mia Kloek-Pirée. Acht lezingen. Hollandia-Drukkerij, Baarn.
Zooals men weten zal, is Mia Kloek-Pirée de Directrice van het Instituut Coué te Amsterdam, en deze acht lezingen worden voorafgegaan door een inleiding van Mme. Coué, de echtgenoote van den schrijver van het leerzame boekje La Maîtrise de soi-même, dat tegelijk twee functies vervult: het onderdrukken van den eeuwigen angst der menschen...... en het opwekken der beste en hulprijkste levenskrachten. Moeten wij niet iedereen erkentelijk zijn, die ons het onbegrijpelijke, benauwende, vreesaanjagende leven helpt dragen? Er is niemand, krachtig, zelfbeheerscht en compleet genoeg, om niet wel eens een bemoediging, een steun, een ópstoot noodig te hebben. Ik raad iedereen aan deze lezingen van Coué's trouwe en sterke discipel te lezen en ernstig te overwegen; ik meen, dat iedereen er wel iets in vinden kan, wat hem bemoedigt en steunt, en hem leert ‘spreken met zijn innerlijk Ik’, zoodat ‘rust, kracht en blijheid’ zijn deel zullen worden.
| |
Boeken voor de jeugd.
Ditmaal dragen de boekgeschenken der firma Kluitman te Alkmaar, die zichzelve overtreft in haar nieuwe uitgaven (en dat wil wat zeggen!) het karakter van boeken, die ook door ouderen graag zullen worden gelezen. Speciaal heb ik het oog op Andy's gouden stippen door A.M. Nachenius-Roegholt, en De drie door Minnie de Winter. Beiden behandelen een nieuw onderwerp, namelijk de disharmonie in het ouderhuwelijk, waaronder de kinderen lijden. Minnie de Winter bewerkt door dochterlijke tusschenkomst een gelukkig einde, en mevr. Nachenius, op blz. 187 geeft het jeugdig publiek een behartenswaardige les, om overal ‘de gouden stippen’ in het leven op te merken en te waardeeren. Een alleraardigst boek is Mieps en Gé op reis naar Zweden, gezellig, levendig en frisch. (Illustraties van Hans Borrebach, mevrouw
| |
| |
Midderigh-Bokhorst, Miep de Feyter.) Met het uiterlijk der ‘boeken van Kluitman’ kan moeilijk worden geconcurreerd, ze spannen, wat formaat, kleuren, druk en...... prijs betreft, heusch wel de kroon.
Ook de jongens worden verrast met het boeiende, opgewekte, uitstekend-gecomponeerde: Kees maakt carrière van A.D. Hildebrand (ill. Hans Borrebach). Dit natuurlijke, eenvoudige, vroolijke en toch ook ernstige boek maakt een zeer prettigen indruk. De gewonnen kano door Nico v.d. Hoeven (geïll. Titus Leeser) is een Hollandsche avonturen-roman van de beste soort, waarbij een paar ‘jongens van Jan de Witt’ blijk geven van moed, beleid en speurzin. Voetbal beslaat in dit verhaal een groote plaats, waardoor menigen jongen zal worden gewonnen, evenals door De mooiste overwinning door A. van Welsenes, dat den bekenden Han Hollander, zooals hij in een voorwoord zegt ‘in 't hart is gegrepen’. Zonder dat de auteur moraliseert, heeft zijn boek een uitstekende opvoedkundige werking, en het slot ontroert. De illustraties van Hans Borrebach zijn als altijd ‘juste à point’. Een prachtige collectie wederom.
| |
Lout de Bruine. Blafhoek. J. Noorduyn & Zn., 's-Gravenhage.
Zoo dikwijls heb ik verlangd naar eens een geheel nieuw onderwerp voor een meisjesboek. Welnu: hier is er een: een meisje wordt assistente in een hondenkennel (de aantrekkelijke omslagteekening toont haar met twee prachtige witte barzoïs), en het heele verhaal wordt zoo aardig en levendig verteld, dat jongemeisjes dol en dol zullen zijn op dit boek.
| |
Van Gorcum's Naar 't zonlicht toe. Assen.
In deze allerprettigste serie zijn weer eenige zeer goede nummers verschenen. De uitgaafjes in kartonnen omslag zien er zeer verzorgd uit, met mooien druk en goede illustraties. Ditmaal ontvingen we het roerende: Een dessajongen van Marie C. van Zeggelen (naverteld door L. Gerlach), Jan en Karel van Terschelling door C.A. Elink Schuurman; en twee Kerstverhalen van onze hoogst gewaardeerde Ida Heyermans. Deze boekjes zijn bij uitstek geschikt als geschenk voor Kerstmis.
| |
| |
| |
Percy Westerman. De strijd in de lucht. J.H. Brinkgreve-Entrop. Meisjes die vliegen. Felicie Jehu. Viola heeft vacantie. Gebrs. Kluitman, Alkmaar.
En daar komt nog een extra-verrassing, waarmee Gebr. Kluitman het jonge volkje in royale gulheid bedenkt. Eerstens het prachtige jongensboek, door Jhr. v. Nahuys uitstekend voor Holland bewerkt, en knap geïllustreerd door R. van Looy. Fantastisch en spannend in de hoogste mate! En de meisjesboeken? Ik had onze lieve, trouwe Felicie Jehu al gemist: geen nood, daar is zij weer en met wat een aardig onderwerp! Wat Felicie Jehu doet, doet zij goed en alle ouders zullen een boek van haar graag aan haar dochtertjes geven. Maar ook: Meisjes die vliegen mag er zijn. Kostelijk, origineel en goed verteld. Schattige platen van Miep de Feyter.
| |
Claudine Bienfait. Het huisje in de bergen. Meulenhoff, Amsterdam.
Het gaat goed, het gaat goed met onze meisjesboeken! Al meer en meer laten onze schrijfsters de geijkte, banale onderwerpen varen, en brengen ons iets nieuws, iets frisch', iets oorspronkelijks. Zoo ook Het huisje in de (Zwitsersche) bergen, waar we mèt de schrijfster een pooslang alleraangenaamst verblijven, in wisselende vreugd en verdriet. Hoe goed heeft Claudine Bienfait haar personen getypeerd, vooral het figuurtje der kleine Stien en de uitbeelding van den gevoeligen Flip zullen ons nog lang in de gedachten blijven.
| |
Anke Servaes. Spreekuur. Hollandia-Drukkerij, Baarn.
Anke Servaes' Bezoekuur ligt ons nog versch in het geheugen, omdat de inhoud er een was, die een klein boekje groot maakt. Wij zijn blij met dit nieuwe werkje van de sympathieke schrijfster, die zoo gevoelig en tegelijk met zooveel fijnen humor vertelt. Deze lectuur stemt ons weemoedig en toch tegelijk hoopvol...... en wij zijn dankbaar, dat naast het ontzaglijke lijden er ook troost en hulp bestaat, gebracht door zachte, begrijpende naturen als van Zuster Anneke - van wie we nog veel meer momentopnamen verwachten! Het allerkeurigste uitgaaf je in soberen band met zeer mooi papier en druk zal stellig zijn weg wel vinden.
| |
| |
| |
De Boerderij. Het nieuwe Verkade Album, Zaandam. Tekst van H. Kuylman. Illustraties van C. en H. Rol en J. Voerman Jr.
De Albums van Verkade zijn beroemd en algemeen bekend in den lande, maar van dit nieuwe exemplaar ben ik werkelijk verrukt. Het is even belangwekkend als aardig, en begint men er eenmaal in te bladeren, dan kan men niet rusten, eer men de laatste letter van den tekst gelezen, het laatste plaatje bekeken heeft. Jongen, jongen, wat komt er allemaal kijken bij een boerderij, aan granen, bloemen, boomen, bloesems, vruchten, beesten, pluimvee, vogels, insecten, werktuigen, - in lente, zomer, herfst en winter! Dit boek is niet alleen leerzaam het is een ware schat, en de kinderen, ja, haast elk gezin, zullen er ‘reuzeblij’ mee zijn. Dat is nog eens een toepasselijk geschenk voor Nederland! met zijn vakkundigen tekst en zijn menigte, technisch-verantwoorde, maar toch zoo charmante, en hier en daar zelfs poëtische plaatjes. Het is ons werkelijk, als hadden we een poos dit frissche, vrije, maar ook nuttige en werkzame buitenleven meegemaakt, dat zóó innig genoeglijk voortrolt, dat we er maar niet genoeg van kunnen krijgen, terwijl we ons met de meest belangrijke en veelverscheidenste indrukken voelen verrijkt.
Jeanne Kloos-Reyneke van Stuwe.
Tot mijn spijt te laat, om nog te worden besproken, ontvingen wij: (H. Meulenhoff, Amsterdam) Emmy van Lokhorst. Aanloop. Fenna de Meyier. Het leven gaat door, die ik hier met genoegen aankondig, tevens de aandacht vestigend op een nieuwe, welkome, goedkoope, en toch keurig verzorgde serie: Zilveren Wiekslagen.
J.K.-R.v.S.
|
|