- Dàt durf ik niet luidop lezen......
Maar zonder er verder een woord over te spreken, nam hij het boek mede en vertrok. Alsof dit zoo hoorde.
Hoeveel keeren heb ik moeten vragen en aandringen om mijn exemplaar van Kloos' Verzen terug te krijgen! Maar nooit heb ik er hem toe gekregen het sonnet van de zee te doen voorlezen.
Nu ik, voor de gelegenheid, datzelfde exemplaar weer ter hand neem, zie ik, dat het perkament van den band de warmbruine tint gekregen heeft van een doorrookten oliekop of meerschuimen pijp, donker doorwolkt en glimmend bij plekken van de handeling. Het ziet er uit als een oud gebedenboek, een familiestuk, dat door verschillende geslachten gebruikt werd. En waar het breed openvalt - om 't even aan welke bladzijde - doet elk sonnet aan als eene bekende ets, of als balken muziekschrift, die eene oud-bekende melodie bevatten. Aan elk gedicht blijven de herinneringen vastzitten uit den heerlijken tijd van hun ontstaan, en het brengt mij een buitengewoon genoegen, ze nu met dit inzicht te herlezen en dien tijd te herdenken.
Ja, we zijn ook eens van de jongeren geweest, van de modernen! Jonger misschien en moderner dan de jongeren van hedendaags, want ik geloof niet, dat de jongeren van deze generatie vatbaar zijn voor zulke volledige overgave, zulke opbruischende geestdrift, zooveel opwinding, en eensgezindheid in hunne geweldige, absolute bewondering voor het schoone, met zooveel eerbied en dankbaarheid, verafgoding voor de makers, de voortbrengers van die schoonheid.
Daarin vooral was onze tijd schooner dan de tijd van nu, want van die vereering bij de huidige jongeren valt er weinig te bespeuren, en van dankbaarheid...... absoluut geen kwestie! Onder de kunstenaars van nu, is het eerder een wedstrijd geworden, een sport, waar ieder zijn beste krachten uitspeelt, met 't eenige doel om door het groot publiek als kampioen uitgeroepen te worden, en even gauw daarna, uitgediend en vergeten, plaats te ruimen voor een opvolger, die het beter doet, ofwel anders dan de voorganger.
Willem Kloos, wij behouden het gevoel van eerbied en dankbaarheid voor den dichter, die ons zooveel schoonheid geschonken heeft, - wij - de jongeren van toen - vergeten U niet!