Neerlandica extra Muros. Jaargang 2007
(2007)– [tijdschrift] Neerlandica extra Muros / Internationale Neerlandistiek– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 13]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Arie Pos (Coïmbra)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 14]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
landse film vrijwel onbekend zijn in Portugal. Beide evenementen zorgden voor publiciteit in kranten en op radio en televisie en bewezen dat de aanwezigheid van auteurs meer media-aandacht oplevert dan het verschijnen van een boek. Journalisten en critici schreven over de literatuur van de Lage Landen en over recente vertalingen, auteurs verschenen in de krant en op de televisie: er bestond Nederlandstalige literatuur in Portugal. De manifestaties motiveerden uitgevers om vertalingen te publiceren en boekpresentaties te organiseren. Inmiddels bekend met de subsidiemogelijkheden, gingen ze daarmee door. Niet met grootse projecten en al te hooggespannen verwachtingen, maar eerder voorzichtig, de markt aftastend met bescheiden oplagen (twee- tot drieduizend exemplaren voor proza, duizend tot vijftienhonderd voor poëzie - gangbare beginaantallen voor vertaalde literatuur). Slechts een gering aantal titels werd niet rechtstreeks uit het Nederlands vertaald. Alle andere werden gepubliceerd met Vlaamse of Nederlandse vertaalsubsidie. Door middel van literaire vertaalworkshops en een vertaalmentoraat konden jonge vertalers worden begeleid en gestimuleerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Keuze van auteurs en titelsDe keuze van te vertalen boeken heeft doorgaans weinig te maken met verkoopcijfers, bekroningen en literaire status in het Nederlandse taalgebied. Het Nederlandse waardeoordeel lijkt alleen van belang voorzover het de subsidietoekenning voor vertaling betreft. Belangrijker is waar het boek over gaat en hoe het in het buitenland werd ontvangen. Met name Frankrijk en Spanje fungeren voor Portugal als ‘gidslanden’. Zeventig procent van de in het Portugees vertaalde Nederlandstalige titels verscheen eerder in het Frans en/of Spaans. Bezonken rood van Jeroen Brouwers en Bruiloft aan zee van Abdelkader Benali werden vertaald nadat ze in Frankrijk respectievelijk waren bekroond met de Prix Fémina Étranger 1995 en de Prix du Meilleur Premier Roman Étranger 1999. Ook literaire agenten en adviseurs, het Nederlandse en het Vlaamse fonds en internationale boekenbeurzen bieden de nodige oriëntatiepunten. Wat de Portugese uitgevers uit dit brede aanbod van informatie kozen, spoort aardig met wat elders uitgegeven wordt. De internationaal gevestigde grote namen - Claus, Haasse, Mulisch en Nooteboom - zijn aanwezig naast jongere regelmatig vertaalde auteurs zoals Adriaan van Dis, Renate Dorrestein, Anna Enquist, Arthur Japin, Margriet de Moor en Connie Palmen. De in het buitenland succesvolle migrant-auteurs Abdelkader Benali en Moses Isegawa ontbreken evenmin als recente toptitels van Karel Glastra van Loon en P.F. Thomése. De vertaalde schrijvers zouden een vrij representatief mini-boekenbal in Lissabon kunnen bevolken. De ontvangst van de ‘onbekende noorderlingen’ was positief en de boeken werden goed tot zeer goed besproken. Het aantal recensies is echter klein en wordt kleiner naarmate er minder aan promotie wordt gedaan. De literaire manifestaties en presentaties leverden steeds een aardig aantal interviews en kritieken op, maar zonder die extra's dreigen de boeken te verdrinken in het, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 15]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
voor een klein land waar weinig gelezen wordt, enorme boekenaanbod (bijna 17.000 nieuwe titels in 2005). Niettemin was er veel aandacht en lof voor Nooteboom, Haasse en Claus. Ook Van Dis, Komrij, Brouwers, Japin en Provoost trokken belangstelling. Komrijs Een zakenlunch in Sintra beleefde een tweede druk en Benali's Bruiloft aan zee verscheen ook als boekenclubeditie. Wat opvalt is dat nog weinig schrijvers met meer dan één titel vertegenwoordigd zijn. Van Harry Mulisch verscheen voor 1992 een vertaling van De aanslag (O assalto, vertaald door Maria Alice Vila Fabião, Lissabon: Caminho 1988), zodat hij, evenals Adriaan van Dis en Anna Enquist, met twee titels aanwezig is. Cees Nooteboom is met vier titels het meest vertaald, gevolgd door Hugo Claus en Gerrit Komrij met elk drie. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
OnderwerpenDe elders weinig vertaalde Komrij is met drie titels sterk vertegenwoordigd in Portugal, wat niet verwonderlijk is aangezien hij in Over de bergen en Een zakenlunch in Sintra zijn tweede vaderland portretteerde. De link met Portugal moet eveneens bepalend zijn geweest voor de vertaling van Het China van Gaspar, de debuutroman van de Vlaamse schrijfster Magda van den Akker over de fascinatie voor China van twee Portugese Aziëreizigers uit de zestiende eeuw, de koopman-avonturier Fernão Mendes Pinto en de dominicaan Gaspar da Cruz. Ook de keuze van Slauerhoffs Het verboden rijk verraadt interesse voor de eigen zestiende eeuw, hier in de persoon van de nationale dichter Camões en zijn verblijf in Macao. Slauerhoff is de enige vooroorlogse auteur op de lijst, die verder maar vijf werken van voor 1980 bevat. De publicatie van klassieken uit de Nederlandstalige literatuur is kennelijk geen prioriteit voor de uitgevers. Namen als Couperus, Elsschot, Hermans en Reve ontbreken, al zag in 1976 wel een vertaling van Max Havelaar het licht. Nog altijd is Het achterhuis van Anne Frank veruit het bekendste en meest gelezen Nederlandse boek in Portugal. De vertaling verscheen voor het eerst in 1957 en werd sindsdien vele malen herdrukt. In 2003 verscheen bij dezelfde uitgever de ‘definitieve versie’ en ook die wordt regelmatig herdrukt. Maar Anne Frank is sinds lang een internationaal icoon en, naast Primo Levi, in Portugal de belangrijkste vertegenwoordiger van de Holocaust-literatuur, die weinig prominent aanwezig is. Dat geldt in algemenere zin voor literatuur over de Tweede Wereldoorlog en de verwerking daarvan, waardoor een representatief deel van de moderne Nederlandstalige literatuur vooralsnog moeilijk te slijten lijkt aan een Portugees publiek. De ‘neutraliteit’ van het Salazar-regime zorgde voor een heel andere beleving van de oorlog dan in het bezette deel van Europa en voor een beperkte interesse voor het thema. Iets vergelijkbaars valt te signaleren met betrekking tot de Indische literatuur. Ook hiervoor is de belangstelling klein, naar het zich laat aanzien vooral door de aversie tegen Indonesië vanwege de overheersing van de voormalige Portugese kolonie Oost-Timor. Ondanks de Timorese onafhankelijkheid blijft de publieke | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 16]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
opinie anti-Indonesisch en is de interesse voor het toch al onbekende land vrijwel nihil. Verschillende uitgevers zagen daarom niets in publicatie van Indische romans van bijvoorbeeld Hella S. Haasse of Adriaan van Dis. In hoeverre dit een voorbijgaand fenomeen is zal de toekomst leren. Onder de overige titels valt een voorkeur voor Afrika waar te nemen die gezien het koloniale verleden en de huidige Portugese banden met dat continent niet verwonderlijk is. De vertaalde boeken van Van Dis, Isegawa, Benali, Van Woerden en Japin werden duidelijk op hun Afrikaanse thematiek geselecteerd en ook onder die noemer besproken. Dat Afrika een item is bleek ook uit het feit dat tijdens de literaire manifestaties van 1997 en 2003 een debat werd gewijd aan (post-)koloniale literatuur dat uitsluitend over ‘het verloren continent’ ging. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
GenresHet genre van de roman geniet nadrukkelijk de voorkeur van de Portugese uitgevers. De Portugese eigenzinnigheden in aanmerking genomen, is het aanbod aan Nederlandstalige fictie kwalitatief goed, betrekkelijk up-to-date en aangenaam verscheiden, al blijft het aantal Vlaamse auteurs onder de maat. Het poëzie-aanbod is met kleine bloemlezingen uit het werk van Herman de Coninck en Eva Gerlach en ruimere keuzes uit de poëzie van Arjen Duinker en Gerrit Komrij nog marginaal en zeker voor uitbreiding vatbaar. De anthologie die Komrij samenstelde uit de twintigste-eeuwse Nederlandse poëzie bood volgens de critici door de opname van een of twee gedichten per dichter te weinig houvast voor een gefundeerd oordeel. Dankzij initiatieven van het Theater Instituut Nederland en de Lissabonse theatergroep Artistas Unidos werd de contemporaine Nederlandstalige toneelliteratuur onder de aandacht gebracht. In 1998 maakte Artistas Unidos een productie van Pick-up en Kanker van Gerardjan Rijnders en op 24, 25 en 26 november 2000 verzorgde het gezelschap een reeks leesvoorstellingen van vertaalde stukken van Rijnders, Karst Woudstra, Judith Herzberg, Esther Gerritsen, Don Duyns en Arne Sierens. De teksten werden gepubliceerd in een speciaal nummer van Artistas Unidas Revista (jrg. 2, nr. 3, november 2000). Daarin verscheen ook de vertaling van Herzbergs De caracal, dat in 2003 werd opgevoerd. In 2005 verzorgde Artistas Unidos eveneens een productie van haar toneelstuk De nietsfabriek. Van Arne Sierens werden in 2001 en 2002 Mijn Blackie, De drumleraar, De broers Geboers en Mouchette/Colette opgevoerd. Op 1 februari 2007 ging Rijnders' Liefhebber in première. De toneelgroep Assédio had in 1999 Mooi van hem op de planken gebracht. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tot slot: een beginVeertig vertalingen in vijftien jaar is niet veel om een onbekende literatuur op de kaart te zetten, maar wat verscheen is een redelijk solide begin. Er is een basis waarop kan worden voortgebouwd, er zijn uitgevers en vertalers. Met | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 17]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gerichte Vlaamse en Nederlandse steun kan verder worden gewerkt aan een representatieve Nederlandstalige bibliotheek. Daarin zou de aanwezigheid van Vlaamse auteurs moeten worden versterkt. De uitgave van meer na- en vooroorlogse klassieken zou wellicht een kader kunnen scheppen dat voor meer zichtbaarheid zorgt, zeker wanneer een beknopte literatuurgeschiedenis ondersteuning biedt. Met meer vertaalde titels van internationaal bekende auteurs zouden niet alleen die auteurs maar ook de Nederlandstalige literatuur zich sterker kunnen profileren op de Portugese markt. Zoals in voorgaande jaren bleek, kunnen Nobelprijskandidaturen, buitenlandse bekroningen, verfilmingen en aansluiting bij culturele evenementen extra aandacht genereren. Rekening houdend met de Portugese interesses moeten er ook op het gebied van non-fictie en kinder- en jeugdliteratuur aantrekkelijke auteurs te vinden zijn. Zolang uitzonderlijke publiekssuccessen en gevestigde reputaties nog ontbreken, zijn de kwaliteit, de diversiteit en het kosmopolitisme van de Nederlandstalige literatuur belangrijke troeven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nederlandstalige literatuur in het Portugees 1992-2006
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 18]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 19]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|