| |
| |
| |
Van het dagelijks bestuur
Vergaderingen van het dagelijks bestuur vonden sinds de oprichting van de ivn plaats op:
7 oktober 1970 (Den Haag)
agendapunten waren o.a.: de Docentenlijst - Neerlandica extra Muros - liquidatie Vierde Colloquium - naam en eerste taken van de ivn; |
25 november 1970 (Den Haag)
hier werden o.a. behandeld: procedurekwesties, statuten, beslissing over de Nederlandse en Engelse naam van de ivn (zie boven, blz. 2-3) - financiën; |
3 februari 1971 (Brussel)
hier kwamen bv. aan de orde: resoluties Vierde Colloquium - vertraging in de uitbetaling reisvergoedingen Vierde Colloquium - brief aan Nederlandse en Belgische universiteiten over de drie Gentse beurzen - aansluiting ivn bij overkoepelende organisaties; |
10 maart 1971 (Den Haag)
besproken werden o.a.: ontwerp-sollicitatieformulier voor betrekkingen aan buitenlandse universiteiten - Verslag Vierde Colloquium - lidmaatschap ivn (zie boven, blz. 3-5) - instelling van een Nederlands diploma voor buitenlandse studenten (zie N.e.M.-15, blz. 90) - bijeenkomst nederlandisten in Parijs (zie elders in dit nummer). |
De vergaderingen werden bijgewoond door het voltallige d.b.: prof. dr. W. Thys (Rijsel), voorzitter, dr. J. de Rooij, secr., drs. F.P. Thomassen (penn.m.), prof. dr. M. Rutten (Luik) en prof. dr. C.A. Zaalberg (Leiden), alsook door mej. mr. E. Talsma als waarnemer van de afdeling Internationale Betrekkingen van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen en - op 25 nobember 1970 - door dr. jur. J. Fleerackers, Kabinetschef van de Minister van Nederlandse Cultuur, eveneens als waarnemer (voor de andere vergaderingen liet de heer Fleerackers zich verontschuldigen). Mevr. Moolenburgh zorgde voor de notulering van de vergaderingen.
Verder werden er twee vergaderingen van de ‘Jaarboek-commissie’ gehouden (bestaande uit het dagelijks bestuur, prof. dr. K. Heeroma, Groningen, en prof. dr. J. Weisgerber, Brussel), nl. op 15 december
| |
| |
1970 in Dordrecht en op 18 februari 1971 in Rotterdam. Over de plannen inzake het Jaarboek wordt elders in dit nummer bericht.
| |
Ontwerp sollicitatie-formulier.
Zoals we hierboven al vermeldden werd in de vergadering van het d.b. van 10 maart gesproken over de wenselijkheid van een dergelijk formulier. In het verleden is meermalen gebleken dat een gebrek aan coördinatie de belangen van de kandidaten heeft geschaad. Daarom zijn wij van mening dat het gewenst is dat de instanties die bij benoemingen in het buitenland betrokken zijn zo volledig en zo overzichtelijk mogelijk worden ingelicht over de kwalificaties van de verschillende kandidaten. Wij overwegen nu aan personen die de wens te kennen hebben gegeven in aanmerking te komen voor een betrekking bij het onderwijs van het Nederlands aan een buitenlandse universiteit een invulformulier te doen toekomen. De door de betrokkenen ingevulde formulieren zullen worden gestuurd aan het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen in Den Haag, aan de Ministeries van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur in Brussel en eventueel aan andere instanties. Nadere mededelingen volgen.
| |
Leerstoel Nederlandse taal- en letterkunde Universiteit Londen.
Aan een aantal binnen- en buitenlandse vakgenoten werd documentatie gestuurd betr. de vakante leerstoel in de Nederlandse taal- en letterkunde aan de Universiteit te Londen (zie elders in dit nummer).
| |
‘Centrale Verzameling’.
Aan de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde te Gent werd in januari 1971 de verzameling ‘Werk van buitenlandse nederlandisten’ voor een tentoonstelling aangeboden (zie N.e.M.-15, blz. 92-93). De Academie kon niet op dit aanbod ingaan bij gebrek aan expositiemogelijkheden.
| |
Orde van den Prince.
Op donderdag 17 december 1970 werd de voorzitter van de ivn uitgenodigd door het hoofdbestuur van De Orde van den Prince te Brussel om er voor het bestuur en een aantal vertegenwoordigers van de afdelingen een uiteenzetting te houden over de werking van de leerstoelen en lectoraten in de nederlandistiek aan buitenlandse universiteiten. Hem werd gevraagd suggesties te doen over de wijze waarop de Orde zo efficiënt mogelijk het eerder genomen initiatief tot ondersteuning van een aantal leerstoelen en lectoraten (zie N.e.M. nr. 14, blz. 7-8) zou kunnen realiseren. Er werd besloten de actie vooral te richten tot titularissen van buitenlandse nationaliteit, omdat Nederlanders en Vlamingen het gemakkelijker hebben om contacten met het
| |
| |
‘moederland’ te leggen. De afdeling Oostende van de Orde van den Prince sprak alvast haar voorkeur uit voor Groot-Brittannië en meer bepaald voor Cambridge, Canterbury en Reading. Kabinetschef dr. jur. J. Fleerackers zou samen met de voorzitter van de ivn een tekst opstellen die de afdelingen kunnen gebruiken in hun contact met de leerstoeltitularissen en lectoren. Ook zou een lijst worden opgesteld van een veertigtal prioritaire docentschappen waarvoor het patronaat zou kunnen gelden. Dat is inmiddels gebeurd. Een aantal vakgenoten in het buitenland kunnen binnenkort dan ook rekenen op een eerste contactname met hen door de Orde van den Prince. Intussen heeft de Afdeling Kortrijk besloten de Section de Néerlandais te Rijsel te patroneren. In verband daarmee heeft de voorzitter van de ivn op uitnodiging van deze afdeling op donderdag 25 februari in Kortrijk een uiteenzetting gehouden over de jongste ontwikkelingen van het onderwijs van het Nederlands in Frankrijk en de wijze waarop het patronaat zou kunnen worden opgevat (er zijn inderdaad verschillende mogelijkheden: de Orde brengt de nodige gelden bij elkaar om daarmee een buitenlandse student gedurende enige tijd in het binnenland te laten studeren, de Orde koopt een aantal boeken aan en deze worden op het einde van het academisch jaar aan verdienstelijke studenten uitgereikt, een afdeling organiseert voor een bepaalde docent met zijn studenten een studiereis door Vlaanderen of nodigt een docent uit voor een lezingentournee enz.).
| |
Basislijst Nederlandse taal- en letterkunde en cultuur.
Aan de heer B. van Goidsenhoven van het Ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur te Brussel werd een basislijst gezonden van in België uitgegeven werken op het gebied van de Nederlandse taal- en letterkunde en cultuurgeschiedenis die in aanmerking kunnen komen voor aanbieding aan Nederlandse lectoraten in het buitenland. Op die wijze zullen nieuwe lectoraten gemakkelijker in het bezit kunnen komen van de werken waar het meest behoefte aan is. Voor de taalkunde werden 14 titels meegedeeld, voor de letterkunde 35 en voor cultuur en varia 11.
| |
Spiegel Historiael.
Het Ministerie van Nederlandse Cultuur heeft op ons verzoek 200 exemplaren aangekocht van het België-nummer van Spiegel Historiael en daarvan 140 exemplaren bestemd voor buitenlandse docentschappen.
| |
‘Kaas’ en ‘Multatuli’.
Er werden door het d.b. van de ivn opnieuw pogingen gedaan bij de Dienst Didactische Films van het Ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur om een copie te verkrijgen voor verspreiding
| |
| |
in het buitenland van de film ‘Kaas’ naar de gelijknamige roman van Willem Elsschot. Anderzijds werden de stappen op de sinds 1967 gevolgde (lijdens)weg om een copie te bekomen van de Multatulifilm van prof. Gomperts, met goede moed voortgezet.
| |
Bezoeken van buitenlandse collega's aan bestuur IVN.
In de voorbije maanden ontvingen voorzitter en/of secretaris het bezoek van de volgende collega's uit het buitenland: de heer H.J. van der Heijden (Sydney), de heer drs. J.H. Meter (Napels), mej. lic. Y. Stoops (Port Elizabeth), prof. dr. M. Zwart (Naperville) en prof. dr. G. Worgt (Leipzig).
| |
Streuvels' ‘Teleurgang van de Waterhoek’ verfilmd.
De voorzitter van de ivn werd door de Minister van de Nederlandse Cultuur uitgenodigd om op 2 maart 1971 in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel de wereldpremière bij te wonen van ‘Mira’ of ‘De Teleurgang van de Waterhoek’, naar de (met de tweede titel) gelijknamige roman van Stijn Streuvels. Het is een kleurenfilm in een bewerking van Hugo Claus, geregisseerd door Fons Rademakers en gerealiseerd in co-produktie door Kunst en Kino N.V. en Fons Rademakers' Productie. De film werd uitgebracht ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van Stijn Streuvels' geboorte (3 oktober 1871 te Heule bij Kortrijk), ter gelegenheid van 25 jaar Belgisch-Nederlands Cultureel Akkoord en als vooropening van Europalia 71-Nederland (zie elders in dit blad). Het is de eerste kleurenfilm die gerealiseerd werd in het raam van het Belgisch-Nederlands coproductie-akkoord, met de steun van het Ministerie van Nederlandse Cultuur, de brt en de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid. Het is een mooie film, gedragen door geslaagde kleuren en een welluidende, meeslepende muziek, die het romangegeven weliswaar vrij interpreteert maar toch niet verraadt en iets laat doorklinken van de oerkracht waarmee Streuvels de bewoners van de Waterhoek beschreven heeft, die plots uit hun eeuwenoud isolement achter de stroom worden gehaald doordat er een brug wordt gebouwd en die daar primitief, wreed, dom en machteloos op reageren. Zodra hij in roulatie kwam lokte de film aanhoudend volle zalen. Hij gaat een groot succes tegemoet en zal ongetwijfeld ook in het buitenland belangstelling wekken. Wie met zijn studenten de film wil komen bekijken, hij schrijve ons, wij zullen hem laten weten waar hij op dat ogenblik vertoond wordt.
| |
Het Breviarium uitverkocht.
Aan de Erven Thiry (voormalige uitgeverij Die Poorte, Antwerpen) werd gevraagd de mogelijkheid na te gaan om een nieuwe uitgave te bezorgen van het Breviarium der Vlaamse Lyriek van Marnix Gijsen.
| |
| |
Voor deze waardevolle bloemlezing bestaat vooral belangstelling bij de docenten Nederlands in het buitenland. Was het niet juist een van hen die de allerlaatste exemplaren opkocht?
| |
Belangstelling in Limburg voor de IVN.
De ivn heeft aan de directeur van de Economische Hogeschool Limburg op diens verzoek de namen en adressen meegedeeld van een aantal leerstoelen en lectoraten die in aanmerking kunnen komen voor een aantal door deze jonge instelling voor wetenschappelijk onderwijs gepubliceerde werken. De e.h.l. wil namelijk een bijdrage leveren tot de realisering van de doelstellingen van onze vereniging en daar zijn wij bijzonder dankbaar voor. Voorlopig gaat het om de volgende publikaties:
Sociologische aspekten van de architektuur, door E. Lagrou (10 ex.)
Het einde van de architektuur, door Geert Bekaert (10 ex.);
Linguïstiek, door dr. F.G. Droste en W.P.F. de Geest (30 ex.);
Vernieuwde Nederlandse architektuur (Colloquium 30/4-3/5 1970) (3 ex.). Bovendien stelt de e.h.l. vijf gratis abonnementen ter beschikking van een multidisciplinair wetenschappelijk tijdschrift dat binnenkort zal verschijnen en dat bijdragen zal bevatten van hen die aan de wetenschappelijke instellingen verbonden zijn of er gastcolleges geven.
| |
Gentse U.B. wil nederlandistiek extra muros helpen.
De directie van de Gentse Universiteitsbibliotheek verzocht ons de adressen te bezorgen van een aantal instituten voor nederlandistiek aan buitenlandse universiteiten. Men wil namelijk voortaan ook aan die adressen de periodiek verschijnende aanwinsten-lijsten van de u.b. op het gebied van de Nederlandse taal- en letterkunde toesturen.
| |
Tentoonstelling Middelnederlandse handschriften.
Aan de k.b. te Brussel werd verzocht een aantal affiches en folders betr. de tentoonstelling ‘Middelnederlandse handschriften uit Europese en Amerikaanse bibliotheken’ die daar van oktober tot december 1970 werd gehouden, aan een aantal docenten in de omliggende landen te sturen ten einde hen in de gelegenheid te stellen de expositie met hun studenten te bezoeken.
| |
Studiebeurzen Rijksuniversiteit Gent.
Aan enkele buitenlandse studenten die belangstelling hebben voor de door de Rijksuniversiteit te Gent aangeboden beurzen, werd documentatie over deze universiteit bezorgd.
|
|