Karel van de Woestijne, The Peasant, dying. Translation by Walter Thys. Delta, Amsterdam, 1965.
W. Thys, lid van het Bibliographical Committee van het ‘Yearbook of Comparative and General Literature’, Indiana University. Verzorging van de Nederlandse Comparatistische bibliografie in vol. 14 (1965).
P. Brachin, ‘Victor Hugo's bezoek aan Vlaanderen (1837)’. De Vlaamse Gids, 1965, bl. 1-14.
idem, ‘Tendances de la littérature néerlandaise contemporaine’. Le Monde, 11.3.1965.
idem, ‘Les Kerkhofblommen’ de G. Gezelle. Société des Bibliophiles de Belgique, 1965, pp. 7-15.
idem, ‘Les Pays-Bas vus par Hoffmann von Fallersleben’. Et. Germ., 1965, 2, pp. 189-210.
P. Angelini, ‘Arthur van Schendel et l'Italie: les notes sur la Renaissance’. Et. Germ. 26e année, no. 4 (Octobre-Décembre 1965), pp. 511-528.
Th. Weevers, ‘Mythe en Vorm in de gedichten van Albert Verwey’. Tjeenk Willink, Zwolle, 1965.
idem, ‘Albert Verwey, de dichter. 1865-1965’. Jaarboek 1964-'65 van de Mij. der Ned. Letterk. te Leiden, bl. 11-30. Dit is de tekst van de boeiende lezing die Prof. Weevers op 10.7.1965 te Leiden hield (zie N.E.M.-5).
idem, ‘Some aspects of Verse Translation’. The Cambridge Review, 15 May 1965.
P. King, ‘Vondel tussen imitatio en imitatio Christi’ Nieuwe Taalgids, 59 (1965), bl. 388-395.
G. van Woudenberg, ‘Paul van Ostayen’. Persona, 1966, 3.
Luís Crespo Fabiǎo, ‘O caso de David curiel com Alemaǒ’ (curioso manuscrito inédito seiscentista, da autoria dum Judeu português de Amsterdǎo). Coimbra, 1965.
Th. Oostendorp, ‘Spanje op weg naar zelfaanvaarding’, (verslag van een historische crisis en de pogingen deze op te lossen). Paul Brand, Hilversum-Antwerpen, 1965.
F. Kalda, ‘Zur Frage der niederländischen Diphthonge’, Acta Universitatis Carolinae Philologica 3. Prague Studies in English II, 1965, p. 53-58.
J. de Rooy, ‘I knew you knew he knew. Een dialectgeografische studie over objectszinnen zonder voegwoord met hoofdzinvolgorde’. Taal en Tongval XVII (1965), 3, bl. 105-123.
J. Smit, ‘De Noordnederlandse W en de Engelse V’. N. Tlg., 1965., bl. 139.
idem, ‘De correspondentie Potgieter-Huet’. N. Tlg., 1965, bl. 323-326.
S. Asakura, ‘Een bijdrage over Nederlandse en Vlaamse letterkunde voor ‘Wereldcultuur’ van Mij. Zan-ho.
W. Lagerwey, ‘Modern Dutch, A first year college level audio-lingual course for the Dutch language’. Volume I and II, 458 pages, Calvin College, Grand Rapids, Michigan, 1965.
M. Nienaber-Luitingh en C.J.M. Nienaber, ‘Woordkuns. Inleiding tot die literatuurstudie’. Derde uitgave, Pretoria, 1965.
M. Nienaber-Luitingh, ‘Ik en mijn speelman deur Aart van der Leeuw’. Kriterium, no. 10, Julie 1965.
idem, ‘De kleine Rudolf deur Aart van der Leeuw’. Kriterium, no. 11, Oktober 1965.
R.K.J.E. Antonissen, ‘Die Afrikaanse letterkunde van aanvang tot hede’. Derde uitgave, Nasionale Opvoedkundige Uitgeverij, Kaapstad, 1965, 358 bl.
idem, ‘Bredero se Brabander’. Dietse Studies, bundel aangebied aan prof. dr. J. du P. Scholtz, Academica, Kaapstad-Pretoria, en Van Gorkum, Assen, 1965, bl. 1-24.