[Neerlandica extra Muros - april 1964]
Het tweede Colloquium
Zoals reeds in het november-nummer 1963 van ‘Neerlandica extra Muros’ werd meegedeeld, zal het tweede Colloquium van Hoogleraren en Lectoren in de Neerlandistiek aan buitenlandse Universiteiten plaats vinden op 9, 10 en 11 september 1964 in het Paleis voor Kongressen te Brussel (vlak bij het Centraal Station).
Ook werd in het genoemde nummer reeds bekend gemaakt, dat het tweede Colloquium op breder basis zal worden opgezet dan het eerste. Het zal 3 in plaats van 2 dagen duren; behalve de ‘eigen’ docenten zullen ook de oud-docenten en de ‘binnenlandse’ (Nederlandse en Belgische) hoogleraren in de neerlandistiek worden uitgenodigd. Ook is het, in tegenstelling tot ons vroeger bericht, thans zeker, dat er verschillende recepties en andere manifestaties met het Colloquium zullen worden verbonden. Omtrent de eveneens nu vastgestelde excursie door Brabant en Vlaanderen op de aansluitende dagen, 12 en 13 september, zie beneden.
Nieuw zijn voorts, omtrent dit onderwerp de volgende mededelingen:
Door de Werkcommissie is van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen te Den Haag en het Ministerie van Nationale Opvoeding en Cultuur te Brussel bericht ontvangen, dat op haar verzoek het Colloquium zal plaatsvinden onder auspiciën van de Gemengde Commissie ter Uitvoering van het Nederlands-Belgisch Cultureel Accoord, verder, dat de Belgische fondsen voor de Belgisch-Nederlandse culturele betrekkingen de kosten zullen dragen van de zaalhuren en het personeel van het Paleis voor Kongressen en van het logies en de maaltijden der deelnemers.
Betreffende de reisfaciliteiten werd aan de Werkcommissie verzocht een gedetailleerde begroting bij de beide ministeries in te dienen, wat aan de hand van een uitvoerige prijsopgave van het reisbureau Lissone-Lindeman op 24 maart 1964 gebeurd is. Te kennen gegeven werd voorts, dat de Gemengde Commissie aan de ministers zal adviseren een subsidie voor dit doel in welwillende overweging te nemen. Omtrent dit voor het welslagen van ons Colloquium zo belangrijke punt volgt binnenkort definitief uitsluitsel.
Tenslotte heeft de Kultuurraad voor Vlaanderen tot onze vreugde niet alleen toegezegd tijdens de drie eigenlijke Colloquiumdagen enkele ontvangsten en andere manifestaties te willen arrangeren, doch ook de excursie door Brabant en Vlaanderen op 12 en 13 september - zo mogelijk hierbij ter zijde gestaan door de provinciale besturen - voor eigen rekening te willen organiseren en financieren.
Deze uitnodiging van de Kultuurraad geldt ook voor de dames der docenten, die hun echtgenoten naar Brussel vergezellen.
De uitnodiging tot het bijwonen van het Colloquium en het voorlopige programma zullen zeer binnenkort aan de aspirant-deelnemers worden toegezonden. Wij rekenen op zo mogelijk aller aanwezigheid.
De Werkcommissie.