Ambassadeur van het jaar
‘Het Haagse “instituut Saur” bestaat sedert 1904 en is vanaf 1928 gevestigd op het huidige adres aan de Lange Voorhout in het Saur-gebouw,’ zo heet het in een brief van 22 februari jongstleden betreffende de ‘Stichting Vrienden van Saur’. Voorzitter is mr. H.P.G.A.M. de Rooij. De stichting wil ‘deze alom bekende ontmoetingsplaats van prominente leden van de Haagse samenleving en loyale gasten’ in stand houden. Het maximale aantal leden is voor 2001 vastgesteld op 125.
De voornaamste activiteit van de groep Saur-vrienden is de jaarlijkse uitverkiezing van ‘de ambassadeur van het jaar’, hij of zij die naar het oordeel van de jury het beste zijn of haar land heeft vertegenwoordigd gedurende het voorbije jaar. De Saur-prijs bestaat uit een bronzen beeld, het ‘Saur-boertje’, gemaakt door George van Herwaarden, én uit een geldbedrag dat de laureaat aan een goed doel in zijn of haar land moet besteden.
In het voorjaar kreeg Johan Swinnen, ambassadeur van België in Nederland, de prijs. En die onderscheiding kreeg - terecht - enige weerklank in de media. Zo berichtte gewezen correspondent in Nederland Steven De Foer in ‘De Standaard’ over het hele gebeuren. Hij schreef over de verwondering van een Nederlandse collega over een raar woord dat de ambassadeur in zijn dankwoord gebruikte: ‘convivialiteit’. Wie de ambassadeur kent, heeft dat woord al eens uit zijn mond horen rollen. Hij gebruikt het meestal als hij het heeft over het zo goed mogelijk met elkaar samenleven van diverse gemeenschappen in een federaal land. Misschien kunnen een paar Franse werkwoorden helpen om dat rare woord te verklaren: vivre (leven) en convier (uitnodigen voor een feest, een maaltijd). En, zo zegt de taalkundige: convivium in het Latijn is een gastmaal, met de klassieke connotatie dat drinken volgt en dat discussie en beraadslagingen erbij horen. Feesten en maaltijden zijn doorgaans gelegenheden waarop mensen hartelijk met elkaar omgaan. En gezien de plek waar de prijsuitreiking plaats vond...