Jacht naar de macht (1)
Wat zou men er in Nederland van denken als Harry van den Bergh, oud-kamerlid voor de PvdA, zich volgend jaar aan zou dienen of door de PvdA naar voren zou worden geschoven als kandidaat voor het burgemeesterschap van een stad als Amsterdam? Een dergelijke kandidatuur zal - om het heel voorzichtig te zeggen - maar matig worden geapprecieerd. Het lijkt ondenkbaar dat een politicus die in september jl. uit de landelijke politiek verdween wegens gesjoemel met een pakket Fokker-aandelen nadien nog een kans zou maken op het veroveren van de ambtsketen van Ed van Thijn.
Ondenkbaar, maar niet onmogelijk. Brussel krijgt binnenkort misschien een burgemeester van een nog zwaarder kaliber dan Harry van den Bergh. Politiek zwaargewicht Paul vanden Boeynants wil z'n carrière afsluiten in zijn ‘eigen’ Brussel - als burgemeester. VDB (deze drie letters volstaan in België al jaren als er over deze politicus geschreven of gesproken moet worden) heeft ‘alles gehad’. De nu bijna 69-jarige tweetalige slagerszoon bouwde de familiezaak uit tot een industrieel vleesverwerkend bedrijf, bezette drie decennia lang een parlementszetel, werd dertig jaar geleden minister van Middenstand, was daarna vijf jaar voorman van de toen nog ongesplitste christendemocratische partij CVP/PSC en was tweemaal premier. De meeste bekendheid genoot hij als minister van Landsverdediging.
VDB is sinds het begin van de jaren '80 wég uit het landelijke politieke circuit. Niet omdat de jaren begonnen tellen. Dat blijkt wel uit z'n opvallende comeback. Eind januari maakte VDB publiek dat hij bij de komende gemeenteraadsverkiezingen, die in oktober 1988 plaatsvinden, lijsttrekker zal zijn van een gecombineerde lijst van de Nederlands- én Franstalige christendemocraten. Dat lijsttrekkerschap heeft alles te maken met het burgemeesterschap omdat in België burgemeesters in principe benoemd worden uit de verkozen gemeenteraad. Geen verkozen burgemeester dus, maar wel benoemd uit verkozenen. Vaak wordt de lijsttrekker van de grootste partij of van één van de gemeentelijke coalitiepartijen voor het burgemeestersambt uitverkoren. Vanden Boeynants is dus een serieuze kanshebber.
Vanden Boeynants lijkt op Harry van den Bergh. Ook VDB's verleden is niet brandschoon. Hij ging strafrechtelijk zwaar in de fout (op fiscaal vlak). De oud-bewindsman werd door het Brusselse Hof van Beroep ruim een jaar geleden bedacht met een straf van drie jaar gevangenis met uitstel en tot een boete van een half miljoen frank, leder die na deze uitspraak dacht dat VDB's politieke carrière nu wel definitief geschiedenis was, had het bij het verkeerde eind. VDB legde ook uit waarom hij zich weer in de politiek stort: ‘Ik wil nu alle energie, wilskracht, verbeelding en moed, die ik steeds in mij heb gehad, aan mijn land en aan Brussel wijden. Voor de privézaken die me verweten worden heb ik zwaar betaald, op alle vlakken. Ik heb veel te zeggen, maar beschouw die bladzijde als omgedraaid’.
De plaatselijke CVP en PSC denken er blijkbaar net zo over. De vergevingsgezindheid is groot bij de partijgenoten. Of werden de partijgenoten door electorale motieven gedreven? Het katholieke dagblad Gazet van Antwerpen schreef dat ‘vrij algemeen wordt aangenomen dat VDB, nu hij zich opnieuw op het politieke oorlogspad begeeft, nog steeds zal kunnen rekenen op een grote groep van de “zwijgende meerderheid” van de Brusselaars, die even pragmatisch denken en handelen als Vanden Boeynants’. Hoofdredacteur Lou de Clerck (zelf CVP'er) liet niet na de morele puntjes op de i te zetten: ‘Vanden Boeynants (...) heeft zich op een laakbare en door de rechtbank veroordeelde wijze aan de naleving van wetten en hun beschikkingen onttrokken. Hij is bijgevolg ook geen voorbeeld meer van een onkreukbare, integere politicus. In een democratie, die zichzelf respecteert, kan dat niet met de mantel der liefde worden toegedekt’ (GvA, 30 januari 1988).