Leerlingen naar buurland
Het BRT-programma Terloops van zaterdag 19 september had het over Nederlandse jongeren die in Vlaanderen school lopen. De jongeren zelf en hun ouders kwamen aan het woord. Bij het kiezen van een school over de grens halen twee motieven de bovenhand: ten eerste biedt Vlaanderen inzake beroepsonderwijs (b.v. meubel-maken) een veel betere - want meer op de praktijk gerichte - opleiding dan Nederland, en ten tweede zijn de Vlaamse/Belgische scholen gedisciplineerder, strenger, en worden de leerlingen beter begeleid.
Het verschijnsel van kinderen die in het buurland op school gaan, is allicht universeel. Het doet zich alvast ook voor aan de Belgisch-Franse grens. In 1984 waren er meer dan 9000 Franse leerlingen ingeschrevan in het (Franstalig) middelbaar onderwijs in België. De diploma's zijn gelijkwaardig, maar de inschrijvingsgelden liggen vrij hoog: 10.000 BF voor kleuteronderwijs, 14.000 BF voor het lager onderwijs, en 35.000 BF voor het middelbaar onderwijs.
In het Institut Saint-Luc bij Doornik hebben 600 van de 960 leerlingen aan de middelbare afdeling de Franse nationaliteit. In de hoger secundaire cyclus zijn er slechts 46 Fransen tegenover 126 Belgen, omdat een regeringsmaatregel bepaalt dat slechts 2% van de leerlingen buitenlander mag zijn wil de school geen subsidies verliezen.
De Franse leerlingen komen uit de streek Nord-Pas-de-Calais, uit de streek van de Somme, uit de omgeving van Parijs en uitzonderlijk zelfs uit het zuiden van Frankrijk. Zoals de Nederlandse vinden ook de Franse ouders dat het onderwijs in België professioneler en strikter is dan in het eigen land.