Vrijzinnige fakkeltocht
Op 12 december 1985 hielden ongeveer 300 vrijzinnigen uit Vlaanderen en Nederland een Stille Fakkeltocht door de straten van het oude Antwerpen. Met deze gebeurtenis werd een lange reeks manifestaties afgesloten, die alle in het teken stonden van de 400-jarige herdenking van de Val van de stad.
Het jaar 1985 was voor de vrijzinnigen, humanisten en onkerkelijken in Vlaanderen een speciaal herdenkingsjaar. Niet alleen herdachten zij met de Val van Antwerpen de scheiding van de Nederlanden, maar evenzeer de zegepraal van de contra-reformatie in het Zuiden.
Het jaar 1985 was bovendien het jaar van het pauselijk bezoek aan de Nederlanden. Bij tal van vrijzinnigen in Vlaanderen en onkerkelijken in Nederland groeide gaandeweg het besef, dat de paus niet toevallig dit herdenkingsjaar had uitgekozen voor zijn bezoek. Men ging zich beraden over een soort tegenmanifestatie. In elk geval wilde men de buitenwereld tonen dat het Zuiden niet uit zo'n monolitisch klerikaal bolwerk bestaat, als het in boeken, publikaties en uitzendingen wel eens wordt voorgesteld.
In de schoot van de Unie van Vrijzinnige Verenigingen besloot men geen massa-bijeenkomst te houden, maar een waardige demonstratie van de principiële standpunten.
Uiteindelijk werd gekozen voor een Stille Fakkeltocht, naar het oorspronkelijk voorstel van Ger Schmook jr., de een jaar tevoren al te vroeg gestorven vrijzinnige Vlaming en Groot-Nederlander. Er zouden aldus geen toespraken worden gehouden, geen leuzen worden meegedragen, geen slagzinnen geroepen of gescandeerd. Er zou slechts één spandoek worden getoond, met de tekst ‘De asse van Claes klopt op onze borst’, naar de woorden die Tijl Uilenspiegel sprak bij de gedachtenis aan zijn vrijheidslievende vader, die door de Inquisitie als ketter werd verbrand.
Voorop in de optocht werden de Geuzenvlaggen gedragen van de Oud-Studentenbond van de Vrije Universiteit van Brussel en van het Taalminnend Studentengenootschap 't Zal Wel Gaan van de Gentse Rijksuniversiteit, de oranje-blanje-bleu vlaggen die ook gevoerd worden door de Vrijmetselaarsloges Marnix van Sint-Aldegonde uit Antwerpen en de Watergeuzen uit Den Haag.
Vanaf het betreden van de Grote Markt kende de Fakkeltocht zijn meest epische momenten, toen het gezelschap ‘Cantus Firmus’ het hele gebeuren een muzikale omlijsting gaf. De sobere tonen van verwelkoming mondden uit in De Tiende Penning, in een bijzonder arrangement van Florimond van Duyse, gekoppeld aan het Wilhelmus, het edelste van de geuzenliederen.
De manifestatie was hiermede afgelopen, de Val en de Scheiding ook in vrijzinnige harten herdacht. Uit de beiaard van de Onze-Lieve-Vrouwetoren weerklonk de melodie van Valerius’ Merck toch hoe Sterck.
G.H.