| |
| |
| |
nieuwsbrief van het algemeen-nederlands congres
Onder ruime belangstelling had op zaterdag 16 juni ll. in het Antwerpse Keyser Hotel, en in aanwezigheid van de heren D.A. Th. Van Ooijen en G. Verhaegen (beiden lid van de Interparlementaire Commissie van de Nederlandse Taalunie), de statutaire Algemene Vergadering plaats van de V.Z.W. Algemeen-Nederlands Congres.
In deze aflevering van de Nieuwsbrief publiceren wij een korte samenvatting van het activiteitenverslag van de A.N.C.-werkgroepen en tevens een beknopt verslag van de vergadering van 16-6-1984.
De volgende editie zal opnieuw meer actuele gegevens verstrekken over de activiteiten van de werkgroepen.
Recent gehouden of nog te houden vergaderingen en activiteiten van de werkgroepen in september en oktober:
03-09-1984: |
werkgroep Boek, Den Haag; |
04-09-1984: |
werkgroep Toerisme, Huizingen; |
05-09-1984: |
werkgroep Leefmilieu, Antwerpen; |
17-09-1984: |
werkgroep Vormings- en Ontwikkelingswerk; |
06-10-1984: |
werkgroep Media, Antwerpen; |
12-10-1984: |
ronde-tafelconferentie Jeugdtoerisme, Antwerpen; |
19-10-1984: |
werkgroep Grensverkeer, Breda; |
20-10-1984: |
Programmaraad, Roosendaal. |
| |
Jaarverslag 1983-1984
Per werkgroep werd systematisch aangegeven wie het voorzitterschap van de werkgroep waarneemt, hoeveel maal de werkgroep in vergadering is bijeen geweest, welke activiteit(en) er werd(en) ingericht en - indien nu reeds bekend - het thema van de werkgroep voor het 39e Algemeen Nederlands Congres, Amsterdam 12 oktober 1985.
| |
Universiteit en wetenschappen
Voorzitter:
De heer K. VAN GOETHEM, Wilrijk.
In 1983 kwam de werkgroep niet in vergadering bijeen.
Wel zijn er dat jaar voorbereidende contacten gelegd die ressorteerden in een informatieve vergadering op 16 februari 1984 (Brussel) en een werkvergadering op 3 mei 1984 (Antwerpen).
Het voorzitterschap is in handen van de heer K. van Goethem, Directeur Rectoraat - Academische Planning bij de Universitaire Instelling Antwerpen.
De werkgroep kiest voor een gescheiden aanpak in het eerste werkjaar: Vlaamse en Nederlandse leden onderzoeken hoe de sanering in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek respectievelijk in Vlaanderen en Nederland wordt aangepakt. Daarna zal gezamenlijk een onderzoek worden verricht naar de mogelijkheden voor een gemeenschappelijke aanpak en beleidsaanbevelingen.
De werkgroep “Universiteit en wetenschappen” werkt rond 4 thema's:
- | onderwijsbeleid; |
- | onderzoeksbeleid; |
- | kostenbeheersing; |
- | informatievoorziening. |
| |
Boek
Voorzitters:
De heer A. GRYPDONCK, Diepenbeek;
De heer J. HEMELS, Nijmegen.
Manifestaties Stichting Boek:
1983: 24 maart en 25-26 maart;
1984: 22 maart en 23 maart.
De activiteiten van de werkgroep “Boek” worden waargenomen door de Stichting Boek.
Door de Stichting Boek - en in samenwerkingsverband met deze organisatie - zal de werkgroep “Boek” terug tot activiteit worden gebracht met het oog op het 39e Congres.
In 1983 organiseerde de Stichting talrijke manifestaties.
Op 24 maart: een studiedag onder het thema ‘Boek-ver-beelding. Een confrontatie omtrent aspecten van boekvormgeving’.
Deze studiedag behandelde de functionele vormgeving van het boek.
Op 25 en 26 maart: zesde symposion omtrent het boek.
Centrale vraag op deze manifestatie was ‘Welk is (wordt) de plaats van het boek temidden van de nieuwe (vooral electronische) media en heeft het boek nog een toekomst?’.
Congresthema:
‘Aspecten van gemeenschappelijk beleid voor boek en lezen in Noord en Zuid’.
Als uitgangspunt wordt de boekenconsument en de promotie van boek en lezen genomen.
Door de Stichting (in samenwerking met het Limburgs Universitair Centrum) werden daartoe in het voorjaar 1984 twee evenementen in de Brakke Grond georganiseerd:
22 maart 1984: Colloquium over ‘Sociale marketing voor lezen in het Nederlandse taalgebied’.
23 maart 1984: Symposion ‘De boekenconsument in het Nederlandse taalgebied’.
| |
Nederlanden in de wereld
Voorzitters:
De heer M. VERTOMMEN, Brussel;
De heer J.W. VOLLEBERG, Maastricht.
Vergaderingen 1983: 7.
Manifestatie 1983: Colloquium: ‘Gemeenschappelijk Vlaams-Nederlandse internationale Culturele Samenwerking’.
Antwerpen, 25 februari.
De werkgroep “Nederlanden in de Wereld”
| |
| |
organiseerde op vrijdag 25 februari 1983 te Antwerpen een colloquium onder het thema: ‘Gemeenschappelijk Vlaams-Nederlands beleid voor internationale culturele samenwerking’.
De werkvergaderingen in 1983 - 7 in totaal - waren hoofdzakelijk gewijd aan de voorbereiding, nazorg, evaluatie van het colloquium en de opmaak van het verslagboek.
Het verslagboek “Gemeenschappelijk Vlaams-Nederlandse internationale culturele samenwerking” is in de loop van januari 1984 verschenen. Het boek telt 80 blz. en bevat de inleidende referaten, de stellingen ter bespreking en de tekst van het debat. Verder werd naast enkele bijlagen ook in documentatie opgenomen: de culturele akkoorden en verdragen; de lijst van de diplomatieke vertegenwoordigers en culturele attachés; de culturele centra en wetenschappelijke instituten in het buitenland.
Momenteel onderzoekt de werkgroep in hoeverre de aanbevelingen, geformuleerd op het Congres van 1981 en het colloquium van 1983, kunnen gerealiseerd worden. Zo werden op de vergadering van 23 maart de teksten en inhouden/protocollen vergeleken die Nederland en België met derde landen gesloten hebben en die binnenkort moeten worden herzien.
Hiermee wil men de mogelijkheden onderzoeken om in de verdragen en protocollen een structuur voor internationale culturele samenwerking van Vlaanderen en Nederland op te nemen.
| |
Toerisme
Voorzitters:
De heer Th. G.W. BODEWES, Breda;
De heer K. DE MEULEMEESTER, Antwerpen.
Vergaderingen: viermaal per jaar.
1983: 13 januari, 18 april, 29 september, 14 november.
1984: 17 januari, 14 april.
Manifestaties: 1983: studiedag ‘Toeristisch radio- en TV-uitzendingen in Vlaanderen en Nederland’.
1984: Ronde-tafelconferentie: ‘Jeugdtoerisme’.
De werkgroep organiseert elk jaar een studiedag, het ene jaar een besloten studiedag voor specialisten, het andere een open studiedag.
In 1983 werd het thema van de toeristische uitzendingen in Nederland en Vlaanderen behandeld. Zo'n 300 deelnemers (studenten uit de toeristische hogescholen in Vlaanderen en de opleiding Toerisme en Recreatie uit Breda) waren samengekomen op 29 maart in het Amerikaans Theater te Brussel. Tijdens de voormiddag gingen programmamakers uit Noord en Zuid met mekaar in discussie en in de namiddag volgde er een confrontatie programmamakers toeristische programma's en studenten toeristisch onderwijs.
De studiedag in 1984 wordt gehouden op 12 oktober 1984 te Antwerpen en zal het thema van het jeugdtoerisme behandelen. Congresthema: ‘Nabuurtoerisme’.
Ten behoeve van het congresthema zal er een rapport worden samengesteld over het thema ‘Nabuurtoerisme’. Vier thema's zullen hierin aan bod komen:
- | cijfermatige gegevens van het toeristisch verkeer tussen Vlaanderen en Nederland; |
- | sociaal-psychologische schets van de toeristische balans, verklaren van oorzaken van het toeristisch gedrag Vlaanderen-Nederland; |
- | tussen welke instanties is er nu samenwerking in Vlaams-Nederlands verband op toeristisch gebied; |
- | actieplan voor de toekomst. |
| |
Leefmilieu
Voorzitters:
De Heer M.J.E. KRU1JTZER, Soest De heer H. GYSELS, Merelbeke.
Vergaderingen: viermaal per jaar.
1983: 21 januari, 22 april, 16 september en 9 december.
1984: 4 april.
Manifestatie: 25 februari 1984: studiedag: ‘Milieu-effectrapportering (MER) in Vlaanderen en Nederland’
De werkgroep besteedde in 1983 de meeste aandacht aan de voorbereiding van de studiedag van februari 1984 over de problematiek van de milieu-effectrapportering. Deze studiedag werd in Antwerpen (UFSIA) georganiseerd en kende - ondanks de techniciteit van het onderwerp - een ruime belangstelling van zowel Vlaamse als Nederlandse zijde (ruim 150 deelnemers waaronder 1/3 Nederlanders).
Van overheidswege waren aanwezig: Staatssecretaris F. Aerts, Opdrachthouder voor leefmilieu H. De Wel (Gemeenschapskabinet leefmilieu) en de plv.-directeur-generaal voor de milieuhygiëne mr. F.W.R. Evers (min. van VROM).
Verder ging in 1983 ook de aandacht uit naar de problematiek van de Zwinbosjes (West-Vlaanderen,/ Zeeland), de cadmiumvergiftiging aan de grensstreek, de grensoverschrijdende afvalstroom,...
Congresthema: ‘Bestemming, inrichting en beheer van grensoverschrijdende natuurgebieden en parken.’
Dit thema zal in nauw overleg voorbereid worden met een ambtelijke werkgroep van de B.E.U. en met de universitaire dienst van Prof. dr. H. Gysels (R.U.G.).
| |
Media
Voorzitters:
De heer A. SLIEPEN, Maasmechelen.
De heer H. SANTY, Londerzeel.
Vergaderingen: 1983: 17 juni en 19 november.
1984: 19 mei.
De werkgroep “Media” kwam in 1983 tweemaal in vergadering bijeen.
De agendapunten worden steeds gekozen in het kader van de twee grote aandachtspunten van de werkgroep.
1. | De beeldvorming.
Rapport van BRT- en NOS-studiedienst over de grensoverschrijdende beluistering van ROZ (Maastricht) en Omroep Limburg (Hasselt). |
2. | De gezamenlijke Vlaams-Nederlandse Radio- en TV-producties.
- | Het Radio Delta-plan en Copra-plan voor inrichting van Hilversum 5. |
- | Samenwerking Hilversum 4 en BRT 3 Radio. |
- | Stimuleren van co-producties tussen tussen NOS en zendgemachtigden en en BRT. |
|
Congresthema: Een commissie bestaande uit de beide werkgroepvoorzitters en de leden Van Lil en Hofstede zullen een werkplan opstellen voor het congresthema (waarschijnlijk: ‘Beeldvorming in de media.’).
Tevens zal de werkgroep - hierom verzocht door het Hoofdbestuur - de promotionele aspecten van het 39e Congres op zich nemen.
| |
Grensverkeer
Voorzitters:
De heer J.L.M. KITS NIEUWENKAMP, Den Haag; De heer J.E. WOUTERS, Hasselt.
Vergaderingen: driemaal per jaar.
1983: 10 juni, 9 september, 18 november. In de loop van 1983 hield de werkgroep zich voornamelijk bezig met het inhoud geven aan Resolutie 12 van het rapport “Samenwerking tussen lagere overheden aan
| |
| |
weerszijden van de grens met Duitsland en België” (Den Haag, 1980).
(Resolutie 12: Teneinde de grensoverschrijdende samenwerking voor de lagere overheden werkelijk te bevorderen dient een algemene publiekrechtelijke bevoegdheid daartoe te worden gecreëerd. Daartoe is een verdrag tussen Nederland en de buurlanden nodig).
De werkgroep gaat een ontwerp van verdragtekst opstellen dat aan de lagere overheden deze algemeen publiekrechtelijke bevoegheid geeft.
Gezien momenteel bij de B.E.U. een ambtelijke werkgroep is geïnstalleerd die hetzelfde doel nastreeft, zal voortaan de werkgroep “Grensverkeer” in nauw overleg met de B.E.U. haar ontwerpverdragstekst opstellen.
Eventueel zal aan de presentatie van deze tekst een hoorzitting in de grensstreek gekoppeld worden.
Congresthema: ‘Het “kleine” Grensverkeer’.
| |
Overheidsstructuren
Voorzitter:
De heer J. DEDEURWAERDER, Zottegem. De werkgroep heeft zich tot taak gesteld de evolutie en het operationeel worden van de Nederlandse Taalunie permanent te evalueren.
Tevens is de werkgroep momenteel - ook in 1983 - bezig met de inventarisatie van de parlementaire vragen i.v.m. cultuurbeleid in de Vlaamse Raad. Eenzelfde onderzoek zal gebeuren voor de Nederlandse situatie.
Congresthema: stand van zaken en uitvoering van het Taalunieverdrag.
| |
Vrouwenbeweging
Voorzitster:
Mevr. M. VAN HEMELDONCK, Brussel. In 1983 hadden geen werkvergaderingen plaats.
Op 28 februari 1984 kwam de werkgroep “Vrouwen” - voor de eerste maal sinds het 38e Congres - in vergadering bijeen in De Brakke Grond.
Het congresthema van de werkgroep richt zich op 4 domeinen:
- | de arbeidssituatie van de vrouw; |
- | het sexueel geweld; |
- | de onzichtbare gevolgen van de crisis voor vrouwen; |
- | coördinatie van het wetenschappelijk onderzoek i.v.m. de vrouwenproblematiek. |
| |
Beroepsonderwijs
Voorzitters: werden nog niet aangesteld.
Werkvergadering: november 1983.
Op uitnodiging van het A.N.C. kwamen een 20-tal Nederlandse en Vlaamse betrokkenen uit het beroepsonderwijs bij elkaar.
Op deze eerste bijeenkomst werd veel aandacht besteed aan het verklaren van elkaars systeem. Dit bleek noodzakelijk te zijn om van een gemeenschappelijk standpunt te kunnen starten.
Het werkdomein van deze sector zal in eerste instantie vooral het gebied bestrijken van:
1. | de vernieuwingen en de impact bij leerlingen en leraren; |
2. | de doorstroming van de informatie; |
3. | het probleem van de verloren generatie. |
Een volgende vergadering wordt voorzien in september 1984.
| |
Sociaal-cultureel werk
Voorzitters:
De heer J. DAS, Leuven.
De heer H. VAN HOUTE, Amersfoort.
Werkvergaderingen 1983: 24 maart, 12 april, 13 juni, 30 augustus, 18 oktober, 21 november en 12 december.
1984: 23 januari, 23 maart, 28 mei, 17 september.
Gedurende het werkjaar 1983 heeft de sector de organisatie van de conferentie ‘Werkloosheid en het sociaal-cultureel en educatief werk’ te Neerpelt als voornaamste werkterrein bestreken.
In samenwerking met de Nederlandse Stichting voor werkloosheidsvraagstukken werd de inhoud van de conferentie afgebakend en uitgewerkt.
Verder werden representatieve personen en projecten benaderd om op de conferentie het woord te voeren of praktijkprojecten voor te stellen.
De conferentiedagen (29, 30 september en 1 oktober) werden bijgewoond door een scala van betrokkenen uit de diverse invalshoeken.
Steunend op de resultaten van de evaluatie kan deze conferentie geslaagd genoemd worden. Ook de belangstelling van de pers was meer dan bevredigend.
In het verlengde van dit gebeuren zal de sector een vervolgconferentie organiseren waarbij ‘De problematiek van arbeid, vorming en tijdsbesteding’ zal behandeld worden.
Ook wil de sector, in samenwerking met de sector “beroepsonderwijs” een project organiseren waarbij de basiseducatie en het wederkerend leren onder de aandacht worden gebracht.
Binnen de sector wordt eveneens gewerkt aan de voorbereiding van het congres en dit in functie van de eigen sector en als bijdrage tot het grote geheel (Cfr. conceptnota congres 1985 sector “Sociaal-Cultureel Werk”).
| |
Onderwijs
Voorzitters:
De heer L. KNAEPKENS, Antwerpen;
De heer P. DE BONT, Eindhoven.
Werkvergaderingen: De werkgroep vergaderde 1 maal per maand.
Op 11 februari 1984 organiseerde de sector haar vierde colloquium met als thema ‘Taal in de schaal’.
De werkgroepvergaderingen in 1983 werden dan ook volledig gewijd aan de voorbereidende werkzaamheden.
Het colloquium bestreek 3 terreinen:
1. | De theoretische informatie aan de hand van de referaten; |
2. | De praktische informatie met praktijkvoorbeelden ter verbetering van het taalonderricht; |
3. | Informatie taalmethodieken, vanuit hun visie ten opzichte van taalonderricht werd informatie verschaft over het gebruik van hun methode in de dagelijkse praktijk. |
De belangstelling was bevredigend te noemen en de evaluatie bij de deelnemers leerde ons dat het colloquium aan de gestelde verwachtingen had voldaan.
De sector start nu met de voorbereiding van een volgend colloquium waarbij het gebruik van de nieuwe technologische hulpmiddelen centraal staan.
| |
Algemene vergadering van het Algemeen-Nederlands Congres op zaterdag 16 juni 1984 in ‘De Keyser Hotel’ te Antwerpen Om 14 U.
Aanwezig of bij volmacht vertegenwoordigd:
Prof. em. dr. H. Fayat (algemeen voorzitter), Dhr. M.J.A.R. Dittrich (voorzitter Nederland), Dhr. G.R. Piryns (afgevaardigd-bestuurder), Dhr. Th. G.W. Bodewes, Dhr. R. de Beule, Dhr. M. De Cleir, Dhr. B. De Corte, Dhr. J. de Graeve, Mevr. I. Desmet,
| |
| |
Dhr. R. Eliaerts, Dhr. H. Gysels, Dhr. A.G.U. Hildebrandt, Mevr. M. Knaepkens, Dhr. P. Meulemans, Dhr. D. Merlevede, Dhr. J.L.M. Kits Nieuwenkamp, Dhr. Y.J.D. Peeters, Dhr. V. Portier, Dhr. H. Rau, Dhr. J.H. Scheps, Dhr. Fr. van Leeuwen, Dhr. F. Van Passel, Dhr. L. Van Rompaey, Dhr. L. Verhaegen, Dhr. M. Vertommen.
Dhr. L. Bollaert, Dhr. P. Daels, Dhr. J. Das, Dhr. E. de Cuyper, Dhr. M. de Vroede, Dhr. J. Fleerackers, Dhr. A. Gerlo, Dhr. G. Groothoff, Dhr. H.H. Grünhagen, Dhr. A. Grypdonck, Dhr. M. Heida, Dhr. L. Knaepkens, Dhr. F.A.L. Kortie, Dhr. M. Kruijtzer, Dhr. L. Kympers, Dhr. C. Moeyaert, Dhr. L. Pareyn, Dhr. A. Sliepen, Dhr. H. Suykerbuyck, Dhr. A. Verhulst, Dhr. A. Verthé.
Genodigden: Dhr. D.A. Th, van Ooijen, Dhr. G. Verhaegen.
Vooriztter: Prof. em. dr. H. Fayat, algemeen voorzitter.
| |
Jaarrekening 1983
1983 wordt afgesloten met een aanvaardbaar tekort van 42.347 BF.
In de jaarrekening zijn naast de directe, ook de indirecte lasten en baten opgenomen, om de totale structuur van de rekening duidelijk te maken.
Het betreft hier het grootste deel van de personeelskosten, evenals de huisvesting die respectievelijk door een B.T.K.-project en door de Nederlandse Cultuur Commissie rechtstreeks worden gedekt.
De algemene vergadering keurt de jaarrekening 1983 goed.
| |
Begroting 1984 en 1985
De ontwerpbegroting van 1984 wordt afgesloten met een voorlopig tekort van 910.000 BF. Dit tekort zal worden aangezuiverd wanneer een nieuw B.T.K.-project wordt goedgekeurd (± 900.000 BF.).
(Het B.T.K.-project werd ondertussen goedgekeurd. Twee personeelsleden - een stafmedewerker en een administratieve kracht - zullen per 1 augustus een contract voor 1 jaar ondertekenen. Hierdoor is de begroting in evenwicht).
De voorlopige raming voor 1985, jaar van de organisatie van het 39e Algemeen-Nederlands Congres, bedraagt 4.900.000 BF. Aan de kant van de baten zijn er voor 1985 enkele beperkte zekerheden:
- vast bureausecretaris voor 3 jaar voor Congressecretariaat, gesubsidieerd door de Willem de Zwijgerstichting;
- I.C.S. heeft de jaarlijkse subsidie (1984: 450.000 BF.) bevestigd. Voor het Congresjaar wordt een verdubbeling overwogen (900.000 BF.);
- I.C.S. houdt het aanbod staande om een personeelslid te bekostigen in het geval ook de Nederlandse overheid daartoe bereid is;
- het dossier van belastingvrijstelling van giften is rond. Een gunstige beslissing in deze zal een beroep op het mecenaat vergemakkelijken.
De Algemene Vergadering keurt de begroting 1984 en de voorlopige raming 1985 goed.
De jaarbijdrage voor de aangesloten verenigingen voor 1984 wordt vastgesteld op 1.100 BF. / fl. 60,-.
Algemeen voorzitter Fayat dankt afgevaardigd-bestuurder Piryns voor de wijze waarop hij het congressecretariaat in deze moeilijke tijd draaiende houdt en tevens spreekt hij de wens uit dat de gunstige vooruitzichten bewaarheid kunnen worden.
Hij betreurt het evenwel dat ondanks de belangrijkheid van een goedfunctionerend congressecretariaat de beide overheden nog niet tot een afspraak zijn gekomen om een structurele subsidiëring te verzekeren.
Momenteel is het congressecretariaat nog tezeer gebonden aan korte-termijn-planning om echt haar taak van drijvende kracht in het integratiestreven te kunnen vervullen.
| |
Jaarverslag 1983
Bij de bespreking van het jaarverslag werd aan de werkgroep “Media” gevraagd het dossier “Radio Delta” in het oog te houden, eventueel in samenwerking met de werkgroep “Nederlanden in de Wereld”.
In verband met het verdrag dat aan lagere overheden algemeen publiekrechtelijke bevoegdheid geeft om grensoverschrijdende afspraken mogelijk te maken, werd gesignaleerd dat de Nederlandse minister van Binnenlandse Zaken Rietkerk, op een parlementaire vraag van de Tweede Kamerleden Van der Burg, Franssen en Hennekam, heeft gesteld dat uit gesprekken met zijn Belgische ambtgenoot, minister Nothomb, gebleken is dat op ‘Redelijk korte termijn een verdrag tot stand zou moeten komen’. Dit houdt niet in dat dergelijk verdrag er snel zal komen: ‘Vanwege de verschillende bestuurlijke systemen en de verschillen in toedeling van taken en bevoegdheden en in het toezicht in het betrokken land zal met het ontwerpen van zo'n verdrag - en dat zijn dus vooral technische problemen - nog wel enige tijd gemoeid zijn’.
Met deze toezegging kan de werkgroep Grensverkeer druk uitoefenen op de diverse instanties om, samen met de daartoe ingestelde Benelux-werkgroep, tot dit verdrag te komen.
Gebruik kan worden gemaakt van de Outline-Convention van de Raad van Europa. Enkele modellen die erin zijn opgesomd kunnen worden overgenomen voor een Belgisch-Nederlands verdrag.
De vergadering verheugt zich over de oprichting van een werkgroep Beroepsonderwijs. De sector van het H.B.O. (in Nederland 140.000 studenten) mag niet verwaarloosd worden.
De werkgroep Beroepsonderwijs zou stilaan moeten evolueren naar een werkgroep H.B.O.-N.U.H.O.
| |
Oprichting van een ‘Stichting Algemeen-Nederlands Congres’ volgens Nederlands recht.
Het Hoofdbestuur stelt voor in Nederland een Stichting Algemeen-Nederlands Congres naar Nederlands recht op te richten. De Algemene Vergadering gaat daarmee akkoord.
| |
Aankondiging en voorbereiding van het 39e Congres.
Het 39e Congres heeft plaats in Amsterdam op 12 oktober 1985 in het Vlaams Cultureel Centrum “De Brakke Grond”.
In februari had een eerste oriënterend gesprek plaats van de hoofdbestuursleden Piryns en Van Houte, met directeur W. Lerouge en stafmedewerker H. Rau van “De Brakke Grond” en Prof. Van de Voorde, voorzitter “Orde van den Prince”-Amsterdam.
Een beperkte stuurgroep zal een concreet plan uitwerken. In het voorjaar 1985 is een voorbereidende zitting gepland in het Stadhuis van Antwerpen. De slotzitting van het 39e Congres, met sectievergaderingen en plenumzitting is voorzien op 12 oktober 1985.
De accomodatie van “De Brakke Grond” wordt kosteloos ter beschikking gesteld. De avond zal worden afgesloten door een feestavond in het theater van “De Brakke Grond”.
Over het inhoudelijk aspect wat het Con- | |
| |
gres betreft en het algemeen congresthema zijn enkele voorstellen gedaan. Op de programmaraad van 20 oktober a.s. wordt hierover definitief besloten. Van de aangesloten verenigingen, de leden van Hoofdbestuur en Programmaraad worden verdere voorstellen verwacht.
| |
Bestuursverkiezing.
Volgens artikel 15 van de statuten is het Hoofdbestuur samengesteld uit maximum 12 leden, benoemd voor vier jaar.
Werden benoemd door de Algemene Vergadering in 1983 tot de Algemene Vergadering van 1987: De heren IJ. Van Houte, Th. Bodewes, Mevr. I. Desmet, Dhr. J. Dedeurwaerder.
Werden benoemd in 1980 en kwamen in aanmerking voor herverkiezing of vervanging: De heren M.J.A.R. Dittrich, A.G.U. Hildebrandt, J.L.M. Kits Nieuwenkamp, H. Candries, J. de Graeve, D. Merlevede, G.R. Piryns en L. Verhaegen.
Nieuwe kandidaturen als bestuurslid: de heren F. Van Leeuwen en E. Wilmink; als plaatsvervangend bestuurslid: Mevrouw L. Müller - Hafkemeijer en Dhr. J. Deleu.
Bij schriftelijke stemming werden verkozen tot 1988 als hoofdbestuurslid: de heren M.J.A.R. Dittrich, A.G.U. Hildebrandt, J.L.M. Kits Nieuwenkamp, F. Van Leeuwen, J. de Graeve, D. Merlevede, G.R. Piryns, L.J. Verhaegen.
Zijn verkozen tot plaatsvervangend bestuurslid: Mevr. L. Müller-Hafkemeijer, Dhr. E. Wilmink en J. Deleu.
Nota: de heer Hildebrandt heeft naderhand ontslag genomen als bestuurslid en voorgesteld de heer Wilmink in zijn plaats te benoemen. De heer Hildebrandt zal, als plaatsvervangend bestuurslid blijven meewerken.
| |
De uitbouw van de Nederlandse Taalunie
De mogelijkheden op het ‘ruimere gebied van de integratie’ bedoeld door de Nederlandse en Vlaamse ministers in hun besluit van 4 februari 1975.
Ingeleid door de heren Drs. D.A. Th, van Ooijen, lid van de Tweede Kamer, De heer G. Verhaegen, volksvertegenwoordiger, leden van de Interparlementaire Commissie van de Nederlandse Taalunie.
Beide parlementsleden schetsen een duidelijk beeld van de geleidelijke opbouw van de Nederlandse Taalunie.
Ze laten verstaan dat dit proces voor hen veel sneller en met minder aarzelingen zou mogen verlopen.
Zij verzekeren dat de interparlementaire commissie volledig achter de onderneming blijft staan, en hierbij de steun geniet van de Tweede Kamer en de Vlaamse Raad.
De commissie steunt eenparig de snelle en volledige overheveling van een aantal werkvelden naar de Taalunie, waar zij thuishoren. Zij steunt eveneens de begrotingsvoorstellen die de unie de nodige armslag moeten geven.
Bevestigd wordt dat de Interparlementaire Commissie, naast haar specifieke taak als orgaan van de Nederlandse Taalunie, ook optreedt als opvolger van de vroegere contactcommissie tussen Tweede Kamer en Vlaamse Raad. Zij delen de zorg van het Congres voor de ‘bredere gebieden van de integratie’ die niet door de Taalunie worden omvat, en voor de noodzaak daarvoor een bestendig steunpunt te vestigen in de vorm van een vast secretariaat.
Uit een levendige bespreking blijkt de consensus dat het niet aangewezen is te streven naar voorbarige uitbreiding van de Taalunie buiten het kader gevestigd door het verdrag.
De eerste zorg moet zijn het verdrag volledig uit te voeren en de unie volwaardig uit te bouwen binnen de overeengekomen doelstellingen. Daarna zal blijken of uitbreiding van het terrein aangewezen en haalbaar is. Het ‘veld’, en in 't bijzonder het ‘congres’ moeten hierbij verder een stuwende rol blijven vervullen. Het congres moet eveneens verder gaan met zijn bundelende werk op het ‘bredere terrein van de integratie’ en heeft recht op de nodige steun hiervoor.
| |
Slotwoord algemeen voorzitter H. Fayat.
De algemeen voorzitter dankt de heren Van Ooijen en Verhaegen, voor hun heldere uiteenzetting.
Hij meent te mogen besluiten dat het Algemeen-Nederlands Congres een stimulans én een steun is voor de Vl.-Ndl. samenwerking in het kader van de Nederlandse Taalunie. Tevens is hij van oordeel dat de Nederlandse Taalunie van groot belang is voor het Algemeen-Nederlands Congres.
Hij dringt er dan ook op aan de gelegde contacten te intensiferen door het instellen van een geregelde informatie-uitwisseling, opdat de bewindslieden in de beide landen op de hoogte gebracht zouden worden van de diverse gebieden van Vlaams-Nederlandse samenwerking.
Voorlopig - en in afwachting van de mogelijkheden op het ‘Ruimere gebied van de integratie’ - is het mede de taak van het Algemeen-Nederlands Congres de Nederlandse Taalunie te verdedigen en te laten werken binnen de mogelijkheden, geschapen door het Taalunieverdrag.
Algemeen voorzitter Fayat is alleszins verheugd te kunnen vaststellen dat het Algemeen-Nederlands Congres steeds op de welwillende steun kan rekenen van de Interparlementaire Commissie en hij spreekt de hoop uit dat de oproep voor een bestendig congres-secretariaat ten dienste van het ‘nieuwe gebied van de integratie’ gehoor zal vinden.
Om 17.30 uur sluit prof. em. dr. H. Fayat de algemene vergadering en dankt de aanwezigen voor hun medewerking.
W. CONINX
|
|