Neerlandia. Jaargang 87

[p. 140]

nieuwsbrief van het algemeen-nederlands congres

Deze Nieuwsbrief is geheel gewijd aan het activiteitenverslag van het Algemeen Nederlands Congres in 1982-'83. Dit overzicht wordt afgesloten met een verslag van de algemene vergadering van 4 juni.

Werkgroep ONDERWIJS

De werking van de sector heeft zich toegespitst op de voorbereiding van het colloquium ‘Taal in de schaal’.

Dit colloquium wordt gehouden op zaterdag 11 februari 1984 in het provinciehuis te 's-Hertogenbosch.

Het colloquium beoogt een Nederlands-Vlaamse informatie- en ontmoetingsdag te zijn voor onderwijsgevenden. Schoolhoofden, leerkrachten, kleuterleidsters en kleuterleiders kunnen ideeën en ervaringen uitwisselen. Zij zullen kennis maken met opvattingen, werkwijzen en methodieken die thans in Nederland en Vlaanderen leven.

Sociaal-cultureel werk

In aansluiting op de resoluties van het Algemeen-Nederlands Congres van oktober 1981 en in uitvoering van de in de brochure ‘Vormings- en ontwikkelingswerk’ gedane aanbevelingen, heeft de sector een project ontwikkeld met betrekking tot werkloosheid en het sociaal-cultureel werk. Tevens werd samenwerking gezocht met de Landelijke stuurgroep sociaal-culturele aktiviteiten voor werklozen in Nederland en met de Vlaamse werkgroep die een voorstel voor een langlopend onderzoeksen praktijkproject hebben gericht aan de Vlaamse Executive. Een voornaam onderdeel van dit overleg is de voorbereiding van de 3-daagse conferentie die zich zal richten op de problematiek van de werkloosheid en de rol die het Sociaal-Cultureel werk in Noord en Zuid hierin speelt, respectievelijk kan spelen.

Het is de bedoeling een analyse te maken van de sociaal-economische situatie in de beide Limburgen en de aard en de omvang van het werkloosheidsprobleem daarbinnen aan te duiden.

Deze conferentie wordt gehouden op 29, 30 september en 1 oktober 1983 in het Provinciaal Centrum ‘Dommelhof’ te Neerpelt.

Werkgroep Economie

Alhoewel na het 38e Algemeen-Nederlands Congres werd besloten om de activiteiten van de werkgroep te bestendigen, is de werkgroep sindsdien nog niet in vergadering bijeen gekomen.

Mevr. C. Verhaegen kon wegens beroepsomstandigheden niet langer het secretariaat van de werkgroep waarnemen. Dhr. J. Vannieuwenhuyzen, bedrijfsadviseur, heeft haar opdracht overgenomen.

Werkgroep Sport

De werkgroep Sport is na het Congres eenmaal bijeen geweest op 6 november '81. Er werd reeds een aanvang gemaakt met de realisatie van een der congresbesluiten: het zoeken naar een structuur waardoor de contacten tussen Nederland en Vlaanderen een meer permanent karakter krijgen. In dit verband zal de Nederlandse Sportfederatie (NSF) contact opnemen met het ministerie van WVC, en parallel hiermee, zal in Vlaanderen contact gelegd worden met de Hoge Raad voor de Sport.

In dit najaar zal opnieuw met de werkgroep worden gestart ter voorbereiding van het congresthema voor 1985. Een van de mogelijkheden is de samenwerking op het gebied van de ‘Fair-Play’-actie. Over dit thema heeft de werkgroepvoorzitter reeds contact gehad met alle sportkoepels in Nederland.

Om die reden wordt gewacht tot dit najaar om een eerste vergadering van de werkgroep te beleggen.

Werkgroep Media

De werkgroep Media kwam in vergadering bijeen op 5 november 1982 te Maastricht onder het voorzitterschap van P. Hofstede. Op dezelfde vergadering werd het voorzitterschap van de werkgroep overgedragen aan A. Sliepen, directeur Regionale Omroep Zuid. Co-voorzitter blijft de H. Santy.

De werkgroep zal rond volgende thema's verder werken:

-	Het normen- en waardenonderzoek in Vlaanderen en Nederland en de wederzijdse beeldvorming. Voor deze studie zal o.a. beroep gedaan worden op het onderzoek grensoverschrijdende beluistering, uitgevoerd door NOS en BRT.
-	De werkgroep zal alle inspanningen doen om het Radio-Delta project te blijven steunen. Om die reden zal Fr. Van Leeuwen, NOS-medewerker en gevolmachtigde Radio Delta, als nieuw werkgroeplid worden opgenomen.

De volgende vergadering heeft plaats op vrijdag 17 juni te Antwerpen. Op de agenda o.m. volgende punten:

-	grensoverschrijdende beluistering: onderzoeksresultaten beluistering R.O.Z.
-	samenwerking Vlaamse en Nederlandse omroep: Radio Delta; uitwisseling BRT 3 en Hilversum 5 vanaf oktober.
-	onderzoek naar beeldvorming.

[p. 141]

Werkgroep Grensverkeer

Na het 38e Algemeen-Nederlands Congres in 1981 kwam de werkgroep Grensverkeer onder het voorzitterschap van J.E. Wouters in vergadering bijeen op 15 december '81, 29 september '82, en 25 maart '83, telkens te Breda.

Op de vergadering van 29 september '82 werd besloten om de werkgroepresolutie zoals aangenomen op het 38e Algemeen Nederlands Congres te versturen aan:

-	alle gemeentebesturen aan de Belgisch-Nederlandse grens;
-	de provinciebesturen aan de Belgisch-Nederlandse grens;
-	Leden Vlaamse Raad en Eerste en Tweede Kamer woonachtig in de grensprovincies;
-	Leden E.P.;
-	Enkele instellingen, verenigingen, politieke partijen...

Uit de ontvangen antwoorden bleek enerzijds dat bepaalde gemeenten en instellingen grensoverschrijdend contact hebben, maar anderzijds bleek er tevens bij andere gemeenten grote onwetendheid te bestaan over de mogelijkheden die dergelijke contacten met zich mee kunnen brengen.

De werkgroep pleit daarom ook voor de aanstelling van contactambtenaren om het grensoverleg te stimuleren.

De werkgroep wil er in ieder geval voor zorgen dat de problematiek van het grensoverschrijdend verkeer actueel blijft. Daarom ook wil de werkgroep in '84 in de grensstreek enkele hoorzittingen organiseren. In de nabije toekomst zal daarom ook contact gezocht worden met verenigingen, gemeentebesturen... om mede deze hoorzittingen te organiseren.

Het congresthema voor '85 zal betrekking hebben op het ‘kleine grensverkeer’: de vele kleine praktische problemen die de grens vaak tot bron van ergernis maken voor vele personen die er dagelijks mee geconfronteerd worden. Door de werkgroep zal een bundel worden samengesteld om aan de hand van typevoorbeelden te komen tot praktische richtlijnen ten behoeve van het beleid.

Op vrijdag 10 juni 1983 had te Maastricht een nieuwe vergadering plaats, waarover verslag in de volgende nieuwsbrief.

Werkgroep Toerisme

De werkgroep Toerisme vergaderde onder het voorzitterschap van Th. Bodewes, achtereenvolgens op 16 januari '82 (Amsterdam), 26 maart 1982 (Brussel), 2 september '82 (Kaatsheuvel), 10 november '82 (Hasselt), 13 januari '83 (Utrecht) en 18 april '83 (Brussel).

Naast de gewone werkgroepvergaderingen (jaarlijks vier), organiseert de werkgroep tevens elk jaar een studiedag. De eerste studiedag ging door op 10 juni '82 op het NWIT te Breda waar een dertigtal journalisten van de schrijvende pers uit Vlaanderen en Nederland samen kwamen. Bedoeling van deze dag was de journalisten toerisme met elkaar in contact brengen, de bekendheid van mekaars gebied vergroten, ideeën uitwisselen over hoe toeristische informatie over de grens komt.

Een tweede studiedag werd gehouden op 29 maart ll. in het Amerikaans Theater te Brussel. Ongeveer 350 deelnemers uit Vlaanderen en Nederland waren aanwezig op deze dag. Op deze studiedag werd voor het eerst toeristische radio- en TV-programmamakers uit Vlaanderen en Nederland met elkaar geconfronteerd en met studenten uit het hoger toeristisch onderwijs van Vlaanderen en Nederland. Een derde studiedag, gepland najaar 1984, zal handelen over het jeugdtoerisme.

Verder zal de werkgroep rond april-mei '84 (datum nog nader te bepalen) een colloquium organiseren over een geïntegreerd recreatiebeleid aan de beide zijden van de Maas. Nagegaan zal worden hoe het toerismebeleid (en meer specifiek het beleid op het gebied van de watersportrecreatie) in de beide Limburgen op mekaar kan worden afgestemd. Een beperkte commissie heeft reeds drie voorbereidende vergaderingen achter de rug (8-3, 2-5 en 16-5).

Globaal dagopzet van de studiedag:

-	ochtend: lezingen en discussies over ‘Geïntegreerd toeristisch-recreatief beleid in de Limburgen’;
-	middag: excursie door het gebied;
-	avond: drie workshops met personen uit ondernemerswereld, overheid en wetenschap.

Het congresthema van de werkgroep Toerisme heeft betrekking op het nabuurtoerisme. Momenteel inventariseert de werkgroep het cijfermateriaal. In een tweede fase zal onderzocht worden hoe dit nabuurtoerisme bijdraagt tot een beter begrip voor mekaar over de grenzen heen.

De volgende vergadering van de werkgroep heeft plaats op zaterdag 19 september '83.

Vlaams-Nederlandse werkgroep Leefmilieu

Na het 38e Algemeen-Nederlands Congres vergaderde de Vlaams-Nederlandse werkgroep Leefmilieu achtereenvolgens op 1211-'81, 18-6-'82, 8-11-'82, 21-1-'83 en 2-4-'83 telkens te Antwerpen.

De werkgroep Leefmilieu (38e Congres) is sinds de vergadering van 18-6-'82 uitgebreid met het ‘Vlaams-Nederlands overleg Grensgebieden’. De nieuwe werkgroep, die 18 leden telt, heet ‘Vlaams-Nederlandse werkgroep Leefmilieu’.

Het voorzitterschap was tot 1 mei ll. in handen van Roeland Dirks. Vanaf 1 mei treedt Max Kruijtzer ad interim als voorzitter op. Prof. H. Gijsels neemt voorlopig het co-voorzitterschap waar.

Momenteel werkt de werkgroep rond twee hoofdthema's:

1. Colloquium 25 februari over de Milieu-Effect-Rapportering (MER) in Vlaanderen en Nederland. (De hoofddoelstelling bij het invoeren van een mer is het verzekeren van het milieubelang bij de besluitvorming over plannen en projecten die gevolgen kunnen hebben voor natuur, milieu en landschap). Dagindeling:

-	Opening: uiteenzetting v.h. doel v.d. studiedag en v.h. doel en belang van mer;
-	Inleiding door de minister van Volkshuisvesting, RO en Milieubeheer over de mer ten noorden van de grens;
-	Inleiding door de Gemeenschapsminister van Leefmilieu, Waterbeleid en Onderwijs over de mer ten zuiden van de grens;
-	Gelegenheid tot het stellen van vragen aan de ministers;
-	Vergelijking tussen de wettelijke initiatieven in Vlaanderen en Nederland inzake mer;
-	Leiden de wettelijke initiatieven tot een beter milieubeleid?;
-	Discussie;
-	Slotbeschouwing en sluiting.

2. Congresthema 39e Algemeen-Nederlands Congres 1985: de grensoverschrijdende natuurgebieden en parken. Momenteel wordt door de werkgroep op twee vlakken gewerkt:

-	opstellen inventaris van de betreffende gebieden;
-	uitwerken op welke manier het beheer aan beide zijden van de grens op mekaar kan worden afgesteld, welk statuut gunstig is...

[p. 142]

Verder kan, afhankeijk van de actualiteit en de noodzaak, van ideeën gewisseld worden en eventueel acties ondernomen.

De volgende vergadering van de werkgroep wordt gehouden op vrijdag 18 september 1983.

Werkgroep Boek

Door de ‘Stichting Boek’, waartoe leden van de ‘Werkgroep Boek’ bijdragen, werden volgende manifestaties georganiseerd waaraan telkens zowel sprekers als deelnemers uit Noord en Zuid participeerden.

-	Wetenschappelijke workshop ‘Omgaan met boeken in onze samenleving’, 6-11-1982 (het rapport werd gepubliceerd door de Stichting Boek).
-	Studiedag ‘Boek-ver-Beelding’, 24-3-1983 (de referaten worden gepubliceerd in het tijdschrift ‘Grafiek’, Gent).
-	6e Symposion omtrent het boek: ‘Het Boek in het medialandschap’, 25 en 26-3-1983, georganiseerd door het Limburgs Universitair Centrum en Stichting Boek (de referaten worden in boekvorm gepubliceerd door de uitgeverij ‘Heideland-Orbis’ te Hasselt).

Onlangs verscheen in de reeks van het Algemeen-Nederlands Archief een andere publikatie, die onder de impuls en met de begeleiding van de ‘Werkgroep Boek’ tot stand is gekomen: ‘Het boekenvak in Noord en Zuid - Een vergelijkend overzicht’ door E. De Smet, onder redactie van dr. A. Grypdonck.

Het is de bedoeling van de Stichting Boek (met het L.U.C.) om in het voorjaar 1984 (wellicht in Amsterdam) een symposion te organiseren over ‘de boekenconsument’. In de loop van 1984 zullen één of meer workshops worden georganiseerd rond het thema van ‘een beleid voor het boek in Noord en Zuid’. Dit laatste zou dan een bijdrage kunnen zijn tot de voorbereiding van het Algemeen-Nederlands Congres van 1985.

Werkgroep ‘Overheidsstructuren’

De werkgroep ‘Overheidsstructuren’ werkte voor het colloquium ‘Gemeenschappelijk Nederiands-Vlaams Internationaal Cultuurbeleid’ nauw samen met de werkgroep ‘Nederlanden in de wereld’, zowel wat de inhoudelijke als wat de organisatorische aspecten betreft.

Door de heer J. Dedeurwaerder, voorzitter van de werkgroep ‘Overheidsstructuren’ werd tijdens het colloquium een referaat gehouden met als onderwerp ‘Vragen over culturele verdragen’.

Het is de bedoeling van de werkgroep ‘Overheidsstructuren’ om naast haar taak om te waken over de uitvoering van het Taalunie-verdrag verder te werken rond het thema van de internationale culturele akkoorden.

Er wordt overwogen om een subcommissie ‘vreemdelingenbeleid’ op te richten. Hiervoor wordt graag een beroep gedaan op de medewerking van belangstellenden.

Werkgroep ‘Franse Nederlanden’

Voor deze werkgroep staat vooral het Komitee voor Frans-Vlaanderen in. In de driemaandelijks gepubliceerde KFV-mededelingen vindt men het verslag van hun werking. Jaarlijks worden door het KFV de Frans-Vlaamse Kultuurdagen georganiseerd. Deze hadden plaats op zaterdag 25 en zondag 26 september 1982 in het stadhuis van Belle (Bailleul - Frans-Vlaanderen).

Zaterdag 25 september 1982 werd een geschiedkundig colloquium van de werkgroep geschiedenis van het KFV gehouden.

Zondag 26 september vergaderden dan de verschillende sekties: onderwijs, literatuur - media, geschiedenis, familiekunde, jeugd. In september 1983 zal men reeds aan de 36ste uitgave toe zijn van de Frans-Vlaamse Kultuurdagen.

Werkgroep ‘Nederlanden in de wereld’

Op vrijdag 25 februari j.l. werd te Antwerpen in het groot auditorium van de Kredietbank, op initiatief van de ANC/ANV-werkgroep ‘Nederlanden in de Wereld’ en de medewerking van het Belgisch-Nederlands Cultureel Accoord een colloquium georganiseerd op het thema ‘Gemeenschappelijk Nederlands-Vlaams beleid voor Internationale Culturele Samenwerking’.

Het colloquium werd bijgewoond door circa 170 belangstellenden, onder wie één derde Nederlanders.

Met dit colloquium wilde de werkgroep onderzoeken in welke mate door Nederland en door de Vlaamse gemeenschap naar derde landen toe een gemeenschappelijk beleid voor internationale culturele samenwerking gevoerd kan worden via de instrumenten die nu reeds ter beschikking staan van de regeringen: culturele akkoorden en verdragen, diplomatieke vertegenwoordigingen, en meer bepaald de culturele attachés, en de Nederlandse en Vlaams/Belgische wetenschappelijke en culturele centra in het buitenland.

Tenslotte wou de werkgroep een gedachtenwisseling uitlokken over de rol die particuliere organisaties kunnen en zouden spelen bij het meebepalen van ons internationaal cultuurbeleid.

In het laatste nummer van Neerlandia vindt men een verslag van het colloquium, samen met de teksten van inleidingen die op het colloquium werden uitgesproken door de aanwezige deskundigen.

Het debat van het colloquium is volledig uitgeschreven.

Op vrijdag 17 juni wordt er te Roosendaal een nieuwe bijeenkomst gehouden.

Werkgroep ‘Vrouwenbeweging’

Vorig jaar werd door de werkgroep ‘Vrouwenbeweging’ een ‘Noord-Zuid contactdag’ gepland in het voorjaar van '83 in ‘de Brakke Grond’ te Amsterdam met als thema ‘Gelijke onderwijskansen’.

Hierbij werd gedacht aan een gezameiijke zitting van de ‘Belgische Onderwijscommissie Gelijke Kansen’, de ‘Nederlandse Emancipatieraad’ en de stichting ‘Marie, word wijzer!’.

Tezelfdertijd zou een begeleidende tentoonstelling ingericht worden die in hoofdzaak zou bestaan uit stukken van de tentoonstelling van Dr. D. De Weerdt ‘Een verhaal over Vrouwen’.

Gezien de werkingsproblemen van ‘de Brakke Grond’ en de drukke werkzaamheden van het ANC-secretariaat met het colloquium ‘Gemeenschappelijk Nederlands-Vlaams Internationaal Cultuurbeleid’ ging dit plan niet door.

Er wordt gedacht om deze activiteiten in het najaar van 1983 te laten plaatshebben.

Werkgroep ‘Universiteit en wetenschappen’

De werkgroep heeft in het verleden volgend actieplan uitgewerkt:

1) mobiliseren van de VLIR en de Academische Raad om te komen tot een gezameiijke actie op het gebied van Universiteit en Wetenschap;

2) samenwerking inzake het project Open School en Open Universiteit;

3) grensoverschrijdende universitaire contacten bevorderen, met name in de grensprovincies.

Er zijn reeds kontakten met Nederland (Academische Raad) en Vlaanderen (VLIR)

[p. 143]

geweest; en een bijeenkomst van de afgevaardigden van de VLIR, de Academische Raad en de werkgroep ‘Universiteit en Wetenschappen’ zal worden belegd om de mogelijkheden van samenwerking te onderzoeken.

Algemene vergadering van het anc op 4-6-'83 te Roosendaal

Aanwezig: Prof. em. dr. H. Fayat (algemeen voorzitter), Dhr. M.J.A.R. Dittrich (voorzitter Nederland), Dhr. G.R. Piryns (afgevaardigde-beheerder Vlaanderen), Dhr. J.W. Volleberg, Dhr. J. De Graeve, Dhr. J.L.M. Kits Nieuwenkamp, Dhr. D. Merlevede, Dhr. H. Verwaetermeulen, Dhr. L. Verbeke, Dhr. Van Rompaey, Dhr. J.H. Scheps, Dhr. P. Bellemans, Dhr. P. Nijhoff, Dhr. Th.G.W. Bodewes, Mevr. I. Desmet, Dhr. E. Dirks, Dhr. H. Gijsels.

Notularis: Willy Coninx en Karla Theys.

Verontschuldigd: Dhr. A.G.U. Hildebrandt, Dhr. M. Heida, Dhr. H. Candries, Dhr. L. Verhaegen, Mevr. N. Maes, Dhr. G. Groothoff, Dhr. A.W. Willemsen, Dhr. L. Pareyn (vervangen door dhr. Van Rompaey), Dhr. Y. Peeters, Mr. Dr. C.J.M.A. Van Rooy, Prof. dr. A. Gerlo, Mevr. M. Van Hemeldonck, Dhr. H. Bertels, Dhr. E. De Cuyper, Dhr. J. Fleerackers, Dhr. A. Demedts, Dhr. A. Verthé, Dhr. M. Vertommen, Mevr. M. Knaepkens-Abel, Dhr. L. Knaepkens.

De heer Fayat opende om 14.00 u. de vergadering als algemeen voorzitter en las de namen van de verontschuldigden voor. De heer Piryns lichtte de jaarrekening 1982 toe. 1982 was geen gemakkelijk jaar daar het tekort van 1981 moest worden opgeslorpt. Dit tekort was ontstaan bij de afrekening van het congres in 1980-'81: een aantal beloofde subsidies werden niet gehonoreerd. Toch is men er in geslaagd om het tekort van 1981 in 1982 bijna volledig weg te werken. De jaarrekening werd afgesloten met een negatief saldo van 8.082 BF (in 1981 bedroeg het negatief saldo nog 592.196 BF).

Vervolgens commentarieerde de heer Piryns de begroting voor 1983. De begroting voor '83 vertoont een tekort van 450.000 BF, dat men zal trachten op te vullen. In elk geval zal er spaarzaam moeten worden omgesprongen, wil de begroting in evenwicht blijven.

De personeelskosten zijn in 1983 opgevoerd daar het nieuwe BTK-project een verlenging is van het vorige project en er nu 25% van de personeelskosten moeten worden terugbetaald.

Alles bij elkaar is de financiële toestand goed te noemen. Tot april volgend jaar (einde BTK-project) is men veilig maar voor de verdere toekomst is er nog steeds geen structurele regeling getroffen die noodzakelijk is voor de bestendiging van het congressecretariaat. Een structurele regeling zou dan verder kunnen worden aangevuld met de financiële steun van particuliere stichtingen.

Verder werd er gewezen op het belang van het aanvragen van subsidies voor de specifieke activiteiten van de werkgroepen. Deze zgn. projectsubsidies dienen echter zeker een half jaar van tevoren te worden aangevraagd.

De algemene vergadering keurde tot slot de jaarrekening '82 en de begroting '83 unaniem goed.

Daarna werd er een jaarbijdrage van de aangesloten verenigingen van minimum 1.000 BF gestemd voor het lopende jaar en ook reeds voor 1984.

De heer Fayat deelde mee dat er 4 vacatures zijn voor het hoofdbestuur, dat momenteel uit 12 leden bestaat.

Volgens de statuten moet het hoofdbestuur uit ten minste 6 en ten hoogste 12 leden bestaan, maar de heer Fayat pleitte toch voor een voltallig hoofdbestuur.

De 4 ontslagnemers zijn: Mevr. Moolenburgh-Ekkel, Dhr. M. Cantrijn, Dhr. M. Heida, Dhr. J.W. Volleberg.

4 personen stelden zich kandidaat: Dhr. J. Dedeurwaerder, Mevr. I. Desmet, Dhr. Th. G.W. Bodewes, Dhr. H. van Houte (met voorbehoud).

Deze voorgestelde kandidaten zouden het mandaat tot 1984 voortzetten. Op dat ogenblik zal een nieuw hoofdbestuur verkozen worden.

Onder handgeklap werden de nieuwe hoofdbestuursleden verkozen.

Willy Coninx en Karla Theys, stafmedewerkers, gaven vervolgens een overzicht van de activiteiten van de verschillende werkgroepen binnen het A.N.C.

In het algemeen besluit gaf de heer Piryns een evaluatie van het voorbije jaar en wees nog eens op het probleem van de bestendiging van het congressecretariaat. Het bestuur moet zich dan ook, aldus de heer Piryns, met alle kracht wijden aan de bestendiging.

De werkgroepen moeten in de nabije toekomst hun programma voor het Algemeen-Nederlands Congres van 1985 naar voor brengen.

In 1984 zal er tevens een congres in Leiden worden gehouden, ter voorbereiding van het congres van 1985.

In zijn slotwoord dankte de heer Fayat de heer Piryns voor zijn algemeen besluit. Hij wees er op dat het A.N.V. en het A.N.C. hetzelfde doel beogen maar dat ze voor de rest financieel volkomen autonoom zijn. Tot slot dankte de algemeen voorzitter de leden van de algemene vergadering voor hun medewerking en belangstelling.

Samenwerkingsproject vormings- en ontwikkelingswerk en onderwijs

De ANC-werkgroepen ‘vormings- en ontwikkelingswerk en onderwijs’ hebben het initiatief genomen voor een gezamenlijk project. Zij gaan er immers van uit dat opvoeding en onderwijs zich voltrekken in een brede context van ontwikkelingssituaties: thuis, in de buurt, in het welzijnswerk en op school.

Met het oog op maximale ontwikkelingskansen alsook op een continue ontwikkeling dienen aktiviteiten van de verschillende betrokkenen (gezin, buurt, welzijnswerk en school) op elkaar afgestemd.

Een school kan en mag niet opereren als een ‘losstaand’ en ‘geïsoleerd’ instituut. Wereldgeoriënteerd onderwijs mag geen slogan blijven. ‘Wereld’ betekent voor een kind op de eerste plaats de directe omgeving, de leefwereld, de buurt. Opvoeding en onderwijs dienen zich te richten naar en aan te sluiten bij deze buurt.

In het belang van het kind zal een school bij de realisatie van haar opvoedingsproject moeten samenwerken met de betrokken ouders.

De verschillende participanten van ontwikkelingssituaties dienen veelal nog een lange weg af te leggen vooraleer van nauwe samenwerking sprake zal zijn.

Her en der worden in Nederland en Vlaanderen pogingen ondernomen om onderwijsstimuleringsprojecten te realiseren.

Het congres beoogt bij de deelnemers een bewustwording op gang te brengen m.b.t. de noodzakelijkheid van overleg en samenwerking tussen de verschillende betrokkenen in ontwikkelingssituaties.

De samenwerkende werkgroepen (onderwijs, vormings- en ontwikkelingswerk) richten zich daarbij naar de onderwijsgevenden, de ouders (ouderverenigingen), buurtwerkers en gemeentelijke beleidsverantwoordelijken.