[Nummer 1]
Certificaat Nederlands als vreemde taal
In mei 1981 werd voor de vijfde keer examen afgenomen voor het Certificaat Nederlands als vreemde taal. Tevens was het de derde keer dat examen werd gedaan voor hetzelfde Certificaat op basisniveau.
Vijf jaar ‘Certificaat’. Een kort overzicht van de gang van zaken tot nu toe.
Op het vijfde Colloquium (1973) van docenten Nederlands aan buitenlandse universiteiten werd het plan geopperd ‘voor een officieel erkend examen Nederlands voor anderstaligen’.
Dit plan kreeg de instemming van de Belgische en de Nederlandse regering en zo kon in 1977 voor de eerste maal examen worden afgelegd voor een Certificaat Nederlands als vreemde taal. De handtekening daarop namens de Belgische minister van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur en namens de Nederlandse minister van Onderwijs en Wetenschappen gaven aan het getuigschrift de status die door de docenten Nederlands-extra-muros was gewenst.
Toen op 9 September 1980 tussen België en Nederland het Taalunieverdrag werd gesloten, werd deze status bevestigd en verstevigd. Immers in artikel 4 van dit verdrag wordt bepaald dat de verdragsluitende partijen besluiten tot (...) ‘het gemeenschappelijk bepalen van de toetsstenen voor het behalen van het getuigschrift Nederlands als Vreemde Taal en het gezamelijk toekennen van het getuigschrift’.
De wetenschappelijke en organisatorische uitvoering van het project werd toevertrouwd aan een Nederlands-Vlaamse staf die aanvankelijk onderdak vond aan de Katholieke Universiteit van Leuven, maar die in 1979 met de Franstalige sectie van deze universiteit meeverhuisde naar de nieuwe Université Catholique de Louvain te Louvain-la-Neuve (België).
De voorbereiding van het project en, vervolgens, de begeleiding van de uitvoerende werkzaamheden berustten, en berusten bij een werkgroep bestaande uit wetenschappers uit België en Nederland en een vertegenwoordiger van het Belgisch Ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur en van het Nederlandse ministerie van Onderwijs en Wetenschappen.
Deze werkgroep koos voor examens op drie niveaus: elementaire kennis, basiskennis en uitgebreide kennis, en op ieder niveau voor het toetsen van de vier vaardigheden: lezen, luisteren, schrijven, spreken.
De examens voor elementaire kennis worden sinds 1977 afgenomen, die voor basiskennis sinds 1980, nadat in 1979 een proefexamen was gehouden. Voor uitgebreide kennis kan men nog geen examen doen.
De examens vinden eenmaal per jaar plaats (op de eerste woensdag van mei). Het inschrijfgeld bedraagt 125 Belgische frank per vaardigheid en 500 frank voor een volledig examen (vier vaardigheden). Aanmeldingen moeten voor 15 maart in Louvain-la-Neuve zijn.
Om tot het examen toegelaten te worden is geen specifieke vooropleiding vereist. Het examen steunt ook niet op een bepaalde door de organisatoren samengestelde, voorgeschreven of aanbevolen cursus.
Zowel het examen voor elementaire kennis als voor basiskennis omdat de vier deelvaardigheden: lezen, luisteren, schrijven en spreken.
Men kan voor alle vier de onderdelen opteren, maar ook voor één, twee of drie. Wie voor vier vaardigheden slaagt, krijgt een volledig Certificaat. Als men niet voor alle onderdelen slaagt of als men niet voor alle onderdelen examen doet, krijgt men een deelcertificaat voor het onderdeel waarvoor men is geslaagd.
Voor niet-behaalde deelcertificaten kan men bij een volgende sessie (niet noodzakelijkerwijze de eerstvolgende) opnieuw examen doen.
Vier deelcertificaten kunnen worden ingeruild tegen een volledig Certificaat.
De examens worden centraal samengesteld en centraal gecorrigeerd.
In de zogenaamde ‘Algemene taxonomie van verbale communicatie’ staat voor ieder niveau en voor iedere vaardigheid aangegeven waartoe een kandidaat na het behalen van het Certificaat of deelcertificaat in staat mag worden geacht bij mondeling en schriftelijk gebruik van het Nederlands.
Bij het samenstellen van de examenopgaven wordt voor elementaire kennis geput uit een woordenlijst van ongeveer 900 lemma's en voor basiskennis uit deze zelfde woordenlijst plus ongeveer 1000 andere lemma's.
De genoemde taxonomie - die gezien kan worden als een omschrijving van de eisen die per niveau en per vaardigheid gesteld worden -, de beide woorden-