Varia
Taalunie in de Tweede Kamer
Het op 9 september van vorig jaar geratificeerde Taalunieverdrag tussen Nederland en België werd op 28 april jl. door de Nederlandse Tweede Kamer bekrachtigd. In zijn bij die gelegenheid gehouden maidenspeech vroeg het PvdA-kamerlid Niessen zich af of de basis van het verdrag niet al te smal is: ‘Een loutere taalkundige verbondenheid is ongetwijfeld van een zeker cultureel belang, maar er zijn in het bestaan van staatkundige gemeenschappen nog aanzienlijk belangrijker waarden’. En verder: ‘Wat gebeurt er met de zaken die nu onder het Nederlands-Belgisch Cultureel Verdrag ressorteren en die straks waarschijnlijk buiten het Taalunieverdrag blijven? Ik denk bij voorbeeld aan verdere activiteiten in verband met de gelijkschakeling van onderwijsdiploma's, onder meer voor onderwijsgevenden in het kleuter- en lager onderwijs. Juist op dit terrein is nog heel wat werk te verzetten. Het is merkwaardig dat de gelijkschakeling van diploma's beter is geregeld met Duitsland dan met België’.
Minister Pais deelde mee dat gedacht wordt aan een algemeen secretariaat met vier beleidsafdelingen, resp. voor taalaangelegenheden, letteren en taalonderwijs en informatie- en communiecatieaspecten. Er wordt nog gewerkt aan een rechtspositieregeling. De zetel komt in Den Haag en de eerste secretaris-generaal van de Unie zal een Vlaming zijn. Terloops wees minister Pais op artikel 20, dat het mogelijk maakt dat derde landen zich kunnen associëren, mits goedkeuring van België en Nederland. We herinneren er even aan dat de Taalunie volgens plan op 1 januari operationeel moet worden.