‘Benelux in Europees perspectief’
Voor de Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel voor Nederland hield de Nederlandse staatssecretaris van buitenlandse zaken, mr. L.J. Brinkhorst op 20 oktober een tafelrede over de ontwikkeling van de Benelux in Europees perspektief. Zijn bedenkingen en waarschuwingen worden in het volgend artikel samengevat.
De situatie in de Europese Gemeenschappen is zorgwekkend, het gevaar van de desintegratie dreigt. Nu het herstel van de wereldeconomie zich slechts aarzelend inzet, blijft het risico bestaan, dat de partners nationale oplossingen verkiezen, ten detrimente van de Europese integratie. Maatregelen in Italië zijn slechts een voorbeeld. Ook op monetair terrein is de samenwerking aan spanningen onderhevig. Op de landbouwmarkt treffen wij compenserende heffingen aan, die een prijsverschil van 35 procent moeten opheffen.
Voor de drie Benelux landen is er alle aanleiding om de situatie zoveel mogelijk gezamenlijk het hoofd te bieden. Dit is vereist, omdat de Benelux van oudsher de gangmaker van Europa is. Van de Beneluxlanden wordt verwacht, dat zij op de bres staan voor handhaving van het verworvene en uitbouwen van de integratie. Het blijft ook van economisch belang, dat de Beneluxianden gemeenschappelijk zoeken naar het antwoord op de problemen. De Beneluxlanden, met hun kleine open economieën, zijn voor hun welvaart immers in belangrijke mate afhankelijk van de in- en uitvoer. Dit maakt hen kwetsbaar en heeft hen voorbestemd steeds de voorvechter te zijn van economische integratie en een open wereldeconomie.
Er zijn ook politieke redenen waarom de Beneluxlanden gezamenlijk naar het antwoord moeten zoeken. Als kleinere landen moeten wij ons staande houden in het concert van de grotere, in economisch maar mogelijk ook in politiek opzicht.
Uiteraard moet de Benelux aktie in de Europese Gemeenschappen niet het karakter krijgen van blokvorming, integendeel, één van de doeleinden moet juist zijn de mogelijke neiging tot blokvorming van grotere landen te bestrijden. De Benelux-landen zijn tegen afspraken, die door een klein aantal grote landen worden gemaakt buiten
de Europese Gemeenschappen om i.p.v. in de bestaande fora in aanwezigheid van de Europese Gemeenschappen.
Terecht heeft Eerste Minister Tindemans op 4 juli gesteld, dat de situatie zowel in de Europese Gemeenschappen als in de Benelux onbevredigend is. In dit verband kan met waardering worden gesproken over de inspanningen, die Eerste Minister Tindemans zich heeft getroost bij de totstandkoming van het Rapport over de Europese Unie en de follow-up daarvan. M.b.t. de Benelux is er reden tot tevredenheid, dat de organisatorische voorzieningen binnen de Benelux zijn verbeterd, o.a. door de instelling van het college van secretarissen-generaal met een initiatiefnemende en adviserende functie. Dit alles is echter niet voldoende.
Een gezamenlijke inspanning van de Benelux-landen vergt een bezinning op de vraag waar onze gemeentelijke belangen liggen. Strukturen die van bovenaf worden opgelegd, kunnen in de huidige fase niet voldoen. Wij moeten nagaan waar de punten van verschil en van overeenstemming liggen in onze systemen, in de benadering van de problematiek en ook aan de basis, in filosofie, geestesgesteldheid en normstelling van de onderdanen van de Benelux-landen zelf. Wij moeten dit doen in het bewustzijn dat bepaaalde verschillen niet moeten worden overbrugd, als daartoe niet de noodzaak bestaat. Anderzijds is er zeker op vele punten uitzicht op overeenstemming. Dit moet nader worden uitgediept. Ons perspektief moet zijn, dat wij alle kansen aangrijpen om de samenwerking te verdiepen, ook als het gaat om deelgebieden, die op het eerste oog voor de grote politiek van geringer belang lijken. Het zijn de alledaagse problemen van de burger, die een gemeenschappelijke inspiratiebron kunnen blijken.
Voorbeelden van thema's voor de toekomst: