Suriname en de Antillen
Volgens een mededeling van de gevolmachtigde minister van Suriname in Den Haag hebben een delegatie van het ministerie van Openbare Werken en Verkeer, de vertegenwoordiger van de Nederlandse ontwikkelingshulp in Suriname en van het aannemersbedrijf N.V. Arriba een onderzoek ingesteld naar de situatie waarin zich de luchthaven Zanderij bevindt. Het is de bedoeling dat het vliegveld wordt uitgebreid en gemoderniseerd waarvoor een bedrag van 605 miljoen Surinaamse guldens nodig is.
Het dagblad de Amigoe publiceerde onlangs een artikel onder de titel ‘Werkloosheid en huisvesting Curacaos grootste zorgenkind’. De redactie ontleende de gegevens aan een toespraak van de voorzitter van de Vereniging Bedrijfsleven Curacao, de heer H. Salas jr. en de rede van de heer Lionel Capriles. De laatste deed enkele suggesties om verbetering te brengen in de situatie waarin Curacao verkeert. Hij kwam tot de gevolgtrekking, dat overheid, bedrijfsleven, vakbonden en particulieren elkaar moeten vinden om gezamenlijk in de komende jaren voor de vele problemen een oplossing te zoeken. Hij stelde tevens voor de Raad van ministers terug te brengen tot een ledental van zes en verder vier gedeputeerden aan te wijzen. Door het gelijk houden van staten- en eilandsraadverkiezingen kunnen kosten worden bespaard en verliezen overheidsdienaren minder tijd aan politieke campagnes. Er moest volgens hem ook een wet komen op de bijdragen voor politieke campagnes. Belangrijke benoemingen bij de overheid moeten gebaseerd zijn op capaciteiten en niet op politieke overwegingen. De overheid moet zuiniger zijn bij het ontvangen van buitenlandse gasten en niet onnodig grote recepties houden. Het politiekorps dient versterkt, merkte de inleider op en er moet een para-militaire organisatie in het leven worden geroepen, gelijk aan de marechaussee in Nederland. Andere belangrijke vraagstukken die de inleider aanstipte waren, volgens het verslag van de Amigoe o m. op sociaal-economisch terrein het bevriezen van salarissen voor bepaalde groepen voor een periode van twee jaar, het optrekken van de lonen van huishoudelijk personeel van f 100 tot f 125 per maand en het minimumloon brengen van f 209.- op f 250.- De heer Capriles betoogde dat de huurvoorwaarden aangepast moeten worden en de belastingvoorschriften met betrekking tot de bouw van woningen gewijzigd. Het bouwen van huizen moet aantrekkelijker worden gemaakt door bijvoorbeeld de uitgifte van
belastingvrije leningen en door huishuren voor bepaalde woningen belastingvrij te maken. ‘Er moet een periode van twee jaren worden ingesteld waarbij de vakbonden op vrijwillige basis afzien van stakingen mits van de kant van de werkgevers garanties ten aanzien van de werkgelegenheid worden gegeven’.
De vakbonden hebben inmiddels gereageerd op de uitlatingen van de heer Capriles en zich bereid verklaard een rechtvaardige oplossing voor de vraagstukken te zoeken met alle betrokken politieke partijen. De heer Capriles was van oordeel, dat er in het verleden veel te weinig aandacht aan het sociale probleem is geschonken. ‘Wij kunnen niet onze hoop richten op een goede toekomst, wanneer er bittere armoede bestaat in onze gemeenschap en wanneer kinderen niet naar school kunnen gaan omdat zij geen schoenen hebben. Wanneer er nog huizen zijn waarin men geen bedden vindt, geen ramen en geen toiletten. Dit is onaanvaardbaar in elke maatschappij’, aldus de heer Capriles.