Suriname: Nederlandse Antillen
Herhaalde malen is er in de Staten van Suriname over de onafhankelijkheid van gedachten gewisseld. Premier dr. J. Sedney deed de suggestie gedurende de debatten over de begroting van 1973 dat de partijen die zich duidelijk hebben uitgesproken voor de onafhankelijkheid gaan werken aan een duidelijke parlementaire meerderheid. Een andere mogelijkheid zag de bewindsman in het houden van een referendum. De premier liet duidelijk blijken een voorstander van de zelfstandigheid van het land te zijn. Als voorzitter van de Progressieve Nationale Partij heeft dr. Sedney in een brochure ‘Van voorbijgaand begrip tot reële politieke macht’ zich uitgesproken voor de landelijke, evenredige vertegenwoordiging bij de verkiezingen van de Staten van Suriname. Hij zou daarbij een drempel van 5 procent gesteld willen zien, waardoor partijen die minder dan 5 procent van het totaal der stemmen op zich hebben verzameld, van mededinging naar zetels worden uitgesloten. De stem van de kiezer wordt hierdoor, indien hij tot één van de kleinere partijen behoort, buiten zijn wil om aan de grootste partij toegerekend. Met de bedoeling dit mechanisme uit te schakelen is de tweede keuze ingegroeid. Hierdoor kan de kiezer zijn stem met een optimaal effect uitbrengen. In de brochure merkt dr. Sedney op ‘dat de stem dan naar de partij gaat die de kiezer bewust heeft willen aanwijzen’.
Het gevoel van het staatsgebeuren te zijn buitengesloten kan niet alleen worden weggenomen maar zelfs door daadwerkelijke participatie worden vervangen door de instelling van zg. ‘districtsparlementen’. Deze districtsparlementen - aldus een toelichting in het ‘Surinaams Nieuws’ - bestaande uit personen die door de locale bevolking zelf zijn gekozen, zullen tot taak hebben als intermediair tussen de bevolking en de centrale overheid te fungeren. Volgens de brochure blijft de positie van de districtscommissaris ten opzichte van de centrale regering, gelet op zijn taak met betrekking tot de openbare orde, gehandhaafd. De plaats die deze functionaris in het district inneemt leidt er toe dat bij zijn benoeming met het gevoelen van het districtsparlement rekening wordt gehouden. De voordracht gaat dan ook uit van het districtsparlement; de districtscommissaris wordt voor een tijd van 5 jaar benoemd. Vervolgens pleit dr. Sedney voor het betrekken van de gehele bevolking bij de ontwikkelingsplanning. Daarvoor is het nodig uit de districtsparlementen een zg. planraad samen te stellen. ‘Dit orgaan waarin voor ieder district een D.P.-lid zitting heeft, verschaft niet alleen een forum waarop de ontwikkelingsplanning kan worden bekeken, tegen de achtergrond van het specifieke districtsbelang, maar ook die feedback welke nodig is voor het voeren van een, door de meerderheid van de bevolking gesteund ontwikkelingsbeleid’.
Premier dr. J. Sedney zal in het begin van 1973 een bezoek aan Nederland brengen voor het voeren van besprekingen; zoals bekend is gemaakt komen de volgende problemen aan de orde; het migratievraagstuk, de dienstplichtaangelegenheden en de huisvesting van Surinamers in Nederland.
Eind oktober werd een nieuwe telefonische verbinding - volgens het straalverbindingssysteem - tot stand gebracht tussen Curaçao en Aruba, berichtte onlangs de regeringsvoorlichtingsdienst van de Nederlandse Antillen. Daardoor is 'n nieuwe fase bereikt bij het moderniseren van de interinsulaire- en internationale telefoon- en telegraafverbindingen, welke worden verzorgd door de Lands Radio- en Telegraafdienst. Er werd met het project in 1969 een begin gemaakt. Na deze nieuwe straalverbinding is de modernisering van de verbindingswegen eind 1973 voltooid met de ingebruikstelling van de zeekabel tussen Curaço - Sint-Maarten en Sint Thomas.