Kroniek Noord-Zuid
Samenwerking aan weerszijden van de grens
Zeven Belgische en vijf Nederlandse gemeentebesturen, t.w.: Stabroek, Kapellen, Kalmthout, Wuustwezel, Loerhout, Meer en Essen (Vlaanderen) en Putte, Ossendrecht, Huijbergen, Roosendaal-Nispen en Zundert (Nederland) plegen reeds geruime tijd overleg, teneinde tot betere samenwerking te komen voor daarvoor in aanmerking komende objecten en projecten. Aldus een artikel in de NRC van 6 januari.
Tijdens een gezamenlijke bijeenkomst op 4 december a.p., in het raadhuis van Nederlands Putte, is men reeds zó ver gekomen, dat genoemde gemeenten hun problemen afzonderlijk vóór 10 januari zouden inventariseren. Op een grote vergadering op 29 januari te Kalmthout te houden, zullen dan prioriteiten worden vastgesteld en werkgroepen ingesteld, ter verdere uitwerking der plannen. Daarbij staat steeds de bedoeling voorop, over de rijksgrens, die maar een lastige hindernis vormt bij het oplossen van dringende zaken, heen te kijken.
De initiatiefnemers zouden niets liever willen zien dan dat ook andere gemeenten langs de grens zich bij hun plannen zouden aansluiten, omdat men alsdan met meer gezag kan trachten druk uit te oefenen op de autoriteiten in Den Haag en Brussel.
De gangmaker bij deze plannen is de heer J.A.M. Boudrie, burgemeester van Nederlands Putte, een plaats van 2200 zielen, die zonder onderbreking overloopt in het Belgisch Putte, dat deel uitmaakt van twee gemeenten: Stabroek en Kapellen. Dus eigenlijk één dorp verdeeld over drie gemeenten en twee landen.
Voor deze zo noodzakelijke samenwerking komen ettelijke zaken in aanmerking, o.a.
1 | Bij uitbreiding van de gemeente Putte met een fraaie villawijk moet het niet mogelijk zijn, dat vlak daarnaast in het Vlaamse Stabroek een industrieterrein zou worden geprojecteerd; |
2. | Wordt Antwerpen een universiteitsstad, dan zal de jeugd uit Brabant liever colleges lopen in Antwerpen dan in de veel verder gelegen Nederlandse academiesteden. Maar nog steeds bestaat er geen wederzijdse erkenning van de diploma's; |
3. | De brandweercorpsen moeten over en weer hulp kunnen bieden bij uitbrekende branden;
De burgemeester van het Nederlandse Putte noemde een sprekend voorbeeld voor noodzakelijke onderlinge samenwerking. Als in het Belgische Putte brand uitbreekt, moet de brandweer van Antwerpen het vuur blussen, terwijl de brandweer van zijn gemeente, gelegen op 300 meter van de brandhaard, werkeloos moet toezien. |
4. | Het Wit-Gele Kruis moet evengoed in Nederland als in Vlaanderen kunnen werken; |
5. | Nederlandse patiënten uit het grensgebied zouden moeten kunnen worden opgenomen in het ziekenhuis van Kapellen. Maar daartegen verzet zich de Nederlandse ziektewet; |
6. | Gaat Antwerpen beschikken over een academisch ziekenhuis, dan zullen de patiënten uit Brabant liever verpleegd worden in Antwerpen dan in het verder gelegen Utrecht; |
7. | Dezelfde mogelijkheden zijn er op het gebied van het cultuurleven, maatschappelijke opbouw, verkeer en vervoer; |
8. | Tenslotte nog één punt, n.l. de vuilverbranding, die veel economischer en veel efficiënter zou kunnen worden aangepakt, indien de daarvoor belangstelling hebbende gemeenten aan weerszijden van de grens konden samenwerken. |
Maar de gemeenten wikken, doch de regeringen beschikken. Veel wensen, maar nog weinig mogelijkheden voorshands! De 12 gemeentebesturen laten echter het hoofd niet hangen.