Spiegel Vlaamse beweging
Erkenning van het Nederlands
In ‘De Standaard’ van 7 februari is een opsomming geplaatst van de hand van Robert Vandekerckhove van alle fasen in de evolutie die de langzame erkenning van het Nederlands tussen de jaren 1840 tot 1963 heeft betekend. Het leek ons dienstig dit t.b.v. onze Noordnederlandse lezers over te nemen.
Een eerste kentering werd waargenomen op 30 mei 1840 n.a.v. het zg. Vlaams petitionnement. Kamerlid Lejeune verklaarde toen: De reaktie die zich sedert de revolutie tegen de Vlaamse taal heeft voorgedaan, is overdreven geweest; men is veel te ver gegaan... Er bestaat geen grotere tirannie dan een volk een taal op te leggen die dit volk niet verstaat.
Op 1 juni 1850 zei de toenmalige minister van onderwijs, dat het Nederlands voortaan grondig zou moeten aangeleerd worden ‘in het Nederlands’ en zulks in het middelbaar onderwijs van Vlaams-België.
Op 27 juni 1856 wordt de Kommissie der Vlaamse Grieven opgericht. In oktober 1857 dient die kommissie haar verslag in. Het mag niet worden gedrukt. Dit zal nochtans niet verhinderen, dat geleidelijk het Nederlands veld wint.
Rapporteur Vandekerckhove somt op:
1858. - Instelling van staatsprijzen voor de Nederlandse letterkunde en voor het Vlaams toneel.
1860. - Aanmoedigingspremie voor het Vlaams toneel; tweetalige opschriften in alle spoorwegstations.
1864. - Eén uur Nederlands per week in de retorikaklassen van het Staatsonderwijs.
December 1866. - Interpellatie van volksvertegenwoordiger Gerrits. De ministers Bara en Frère-Orban antwoorden dat er geen taalgrieven in gerechtszaken bestaan.
5 december 1867. - Wetsvoorstel De Laet (de rechters moeten de Nederlandse taal kennen in de Vlaamse gewesten en in Brussel).
13 december 1867. - Wetsvoorstel verworpen in de Kamer met 4 tegen 40 stemmen.
13 april 1872. - Wetsvoorstel-Coremans - (verplicht gebruik van Nederlandse taal in strafzaken, tenzij de betichte Frans spreekt of verkiest).
17 augustus 1873. - Taalwet in gerechtszaken. De Vlaamstaligen mogen hun taal gebruiken voor de rechtbanken van de Vlaamse gewesten (niet te Brussel).
1874. - De leraars Nederlands mogen de Nederlandse taal gebruiken bij het geven van deze lessen in de poësis en retorikaklassen.
1878. - Het beknopt verslag wordt tweetalig (Annales parlementaires nog niet).
22 mei 1878. - Taalwet in bestuurszaken. - Nederlandse eentaligheidsregel in het Vlaamse land (voor staatsdiensten alleen) voor de berichten en mededelingen, tenzij tweetaligheid wordt verkozen.
1879. - Vlaamse reisgids voor Belgische spoorwegen.
15 juni 1882. - Taalwet voor het middelbaar onderwijs (alleen toepasselijk voor Vlaamse gewesten en op staatsonderwijs). - De leergangen in de voorbereidende afdelingen worden in het Nederlands gegeven, met versterkt onderricht in de Franse taal. - In het middelbaar onderwijs wordt de leergang Nederlands in het Nederlands gegeven, evenals Engels en Duits. - Twee bijkomende leergangen dienen in het Nederlands gegeven. - Wiskunde en natuurkunde worden gelijktijdig in het Nederlands en het Frans gegeven. - Regering mag echter afwijkingen toestaan om toch tegelijk de vakken in het Frans te geven. - Normaalleergangen worden ingericht voor de leraars Nederlands.
7 december 1883. - Inrichting aan de Hogeschool te Gent van Vlaamse normaalafdelingen.
Augustus 1885. - Titels van staatsleningen ook in het Nederlands.
4 april 1886. - Muntstukken met tweetalige aanduidingen.
27 september 1887. - Eerste Nederlandse rede van Koning Leopold II (in de nieuwe Vlaamse Schouwburg te Brussel).
18 oktober 1888. - Nederlands op bankbriefjes.
27 november 1888. - Eerste Nederlandse redevoering in de Kamer (Coremans).
22 december 1888. - Amendement Hanssens-Buls-Grauw op de onderwijswet (Krijgsschool). De aspirant-officieren zullen op de krijgssschool de Nederlandse taal aanleren (genoegzame kennis) - met zelfde aantal punten als aan de Franse taal.
3 mei 1889. - Lijst der Vlaamse gemeenten.
20 februari 1890. - Amendement Helleputte-Nerinckx (wet op hoger onderwijs) - Minimale kennis van de volkstaal vereist voor leden van de rechterlijke macht - moeten leergang van strafrecht en van strafvordering gevolgd hebben in het Nederlands. - De wet van 10 april 1890 bepaalt dat om tot notaris te kunnen worden benoemd in de Vlaamse provinciën en in de arrondissementen Brussel en Leuven, de kandidaten door een eksamen moeten bewijzen dat zij de Vlaamse taal kunnen gebruiken in de uitoefening van hun ambt. Alleen toepasselijk op Vlaamse gewesten en ten vroegste van 1 januari 1895 af.
1890. - Invoering van leergang strafrecht en strafvordering in het Nederlands aan de rijkshogescholen te Gent en te Luik.
November 1890. - Enkele vakken in de Nederlandse taal aan de Tuinbouwschool te Vilvoorde.
4 september 1891. - Taalregeling (vrije optie) voor de Beroepshoven te Brussel en te Luik (voor taal van betichte of pleiter - niet voor het Hof zelf).
4 mei 1891. - Eerste tweetalige postzegels.
16 februari 1892. - Grondwetsherziening. - Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 23 van de Grondwet - bepalend dat ook het Nederlands een officiële taal is in België.
30 juli 1894. - Taalwet over de ambtseed (toegelaten in het Nederlands).
30 maart 1895. - Volledige tweetaligheid van het Belgisch Staatsblad.
9 september 1897. - Taalwet-Heuvelmans (minimale kennis van het Nederlands opleggend in de Burgerwacht in het Vlaamse land na talloze tuchtmaatregelen en incidenten).
Juli 1897. - Oprichting van Koninklijk Vlaams Conservatorium te Antwerpen.
18 april 1898. - Taalwet-De Vriendt-Coremans (gelijkheidswet): officiële taalgelijkheid voor de wetteksten.
28 december 1900. - Eerste Nederlandse rede in de Senaat (door senator Mertens).
9 augustus 1901. - Wetsvoorstel Coremans over de vervlaamsing van gans het middelbaar onderwijs (taalwet van 1883 was slechts toepasselijk op het staatsmiddelbaar onderwijs).
Mei 1905. - Wetsvoorstel over de vervlaamsing van de universiteit te Gent.
Jubeljaar 1905. - Vlaamse redevoeringen van koning Leopold II bij bezoeken aan de Vlaamse provincies.
September 1906. - Bisschoppelijke onderrichtingen over het Nederlands in het